'Radicale islam sluipt Nederland binnen'
Uit het vandaag vrijgegeven jaarrapport van de AIVD blijkt dat de radicale islam zich niet uit Nederland laat wegjagen. Sterker nog: de extremistische moslims (salafisten) proberen in Nederland juist vaster voet aan de grond te krijgen. Volgens de AIVD trachten radicale moslims sluipenderwijs meer invloed te krijgen. Dus ''niet openlijk verkondigen” van geweld, maar beetje bij beetje.
Hun voornaamste doelstelling is de radicale islam in Nederland te laten uitgroeien tot een beweging met invloed en gezag. Er is geen sprake van geweldsdreiging of acute aantasting van de democratische rechtsorde, wel wijzen ze integratie in de Nederlandse samenleving ten stelligste af. Van de democratische rechtsstaat moeten ze weinig hebben. De AIVD vreest dat hierdoor langzaam maar zeker de ''solidariteit in de samenleving” en de ''waarborging van grondrechten” kan worden ondermijnd. Onder meer door het ''streven de eigen leefregels boven de Nederlandse wet te stellen” en tendensen van ''isolationisme die gepaard kunnen gaan met onverdraagzaamheid” jegens anderen.
De inlichtingendienst maakt zich zorgen over radicale jongerenpredikers die steeds meer greep krijgen op moslimjongeren. Deze salafisten houden op steeds meer plekken in Nederland lezingen. De predikers nemen stelling tegen ''de waarden van de democratische rechtsstaat”, al roepen ze niet openlijk op tot geweld. Vooral jonge Marokkanen tonen interesse. Zo'n 25.000 tot 30.000 personen zouden ontvankelijk zijn voor de radicale boodschap.
Marokkaanse jeugd
In Marokkaanse kringen is een islamitische jeugdcultuur ontstaan, waar radicalisering op de loer ligt, zo stelt AIVD-directeur G. Bouman. De radicale jongeren van Marokkaanse komaf zetten zich af tegen de Nederlandse samenleving en richten zich op de wortels van de zuivere islam. Ze eren leden van de Hofstadgroep. ''Ze kleden, gedragen en uiten zich op dezelfde manier.”
De AIVD zegt dat sommigen van hen zo ''in de ban” raken van de radicale islam, dat ze ''daadwerkelijk een bedreiging vormen voor de nationale veiligheid.” Andere jongeren uit deze categorie zijn minder gevaarlijk. ''Hun radicale uitingen zijn vooral een poging erbij te horen. Ze proberen hun onzekerheid en frustratie te maskeren, maar houden er geen diepgewortelde radicaalislamitische gevoelens op na.”
Ook bij Turkse jongeren is sprake van radicalisering onder een ''beperkt deel” van de jeugd. Ze zijn uit op invoering van de islamitische wet. ''Concreet werkt men aan de verwezenlijking van dit toekomstbeeld door intensief de Koran en de teksten van conservatieve of radicale islamgeleerden te bestuderen.”
Verder noemt de inlichtingendienst het opmerkelijk dat steeds meer radicaalislamitische vrouwen hun partijtje meeblazen. Op internet verspreiden ze radicale boodschappen, waarmee ze ''radicalisering van andere vrouwen” bevorderen.
Overigens constateert de AIVD dat in vrijwel alle Europese landen de niet-gewelddadige radicale islam in opkomst is.