Olympische geschiedenis in het kort - 2

Veel sporters zijn al volle bak bezig met de Olympische Spelen van Rio de Janeiro, die in augustus 2016 van start gaan. Ook bij FOK!sport zijn we in voorbereiding en dat gaan we onder meer doen met deze nieuwe rubriek. In de aanloop naar Rio komen we elke zondagochtend met een tiental statistieken, weetjes, korte verhaaltjes en meer uit de bijzonder rijke olympische geschiedenis, vaak geholpen door de enorme hoeveelheid informatie van Sports-Reference. Een vaste lijn zit er niet in: we houden geen chronologische volgorde aan en dus kan een statistisch weetje uit 2012 zomaar onder een opmerkelijke anekdote uit 1896 staan, maar we blijven zoeken naar opmerkelijke wetenswaardigheden. Let the Games begin!

Het discuswerpen is één van de meest iconische onderdelen van de oude, Griekse Olympische Spelen. In 1896 stond het in Athene dan ook gelijk op het programma van de eerste moderne Olympische Spelen, de eerste keer op een groot toernooi. De Amerikaan Robert Garrett had getraind met een 10 kilogram zware replica van een discus, maar gaf op omdat het te zwaar was. Toen hij hoorde dat er tijdens de Spelen met een slechts twee kilogram zware discus gegooid werd deed hij toch mee. Hij won goud, tot groot ongenoegen van de toeschouwers die hun Griekse discuswerpers onverslaanbaar hadden geacht.

Robert Garrett bleek met een acht kilogram lichtere discus dan gedacht de onverslaanbare Grieken te kunnen verslaan (WikiCommons/Ilario)
Robert Garrett bleek met een acht kilogram lichtere discus dan gedacht de onverslaanbare Grieken te kunnen verslaan (WikiCommons/Ilario)

Brunei deed in 1988 in Seoul weliswaar mee aan de openingsceremonie, het team bestond slechts uit één official en geen atleten. Pas in 1996 deden er daadwerkelijk sporters uit het kleine Aziatische land mee aan de Spelen.

Slechts twee mensen wonnen ooit olympische medailles in de kunst én in een 'echte' sport: Alfred Hajos en Walter Winans. De Hongaar Hajos won twee keer olympisch zwemgoud in 1896 en kreeg in 1924 zilver voor zijn 'Ontwerp voor een Stadion'. Hij ontwierp onder meer het stadion van de Hongaarse topvoetbalclub Ujpest FC. Winans, nakomeling van de Nederlandse Wynants-familie, won olympisch goud in het schieten in 1908. Vier jaar later won hij goud bij het beeldhouwen met een beeld van een paard. In dat jaar won hij overigens ook een zilveren medaille in het schieten. Zodoende is Winans de enige olympiër ooit die goud won in de kunst én een 'echte' sport en de enige die op beide 'disciplines' een medaille won tijdens dezelfde Spelen.

Turnen op de Olympische Spelen van 1928 in Amsterdam. Te zien is dat vooral het damesturnen een totaal andere uitstraling had, hoewel ook de wedstrijden van de mannen niet bepaald vergelijkbaar zijn met de toernooien waar Epke Zonderland tegenwoordig furore op maakt. "Ongekend", zou NOS-commentator Hans van Zetten het ongetwijfeld genoemd hebben als hij er destijds bij was. (Bron: YouTube)

Tijdens de Spelen van Sochi in 2014 werd Nederland eerste tot en met vierde op de 1500 meter schaatsen bij de vrouwen. Jorien ter Mors, Ireen Wüst, Lotte van Beek en Marrit Leenstra namen de bovenste vier posities in beslag, de eerste keer in de complete olympische schaatsgeschiedenis dat een land daar in slaagde.

Tussen 1900 en 1936 heeft de paardensport polo vijf keer op het olympisch programma gestaan. De sport waarbij men vanaf een paard een balletje in een goal probeert te slaan werd twee keer door de Britten gewonnen. Bij de laatste twee keer, in 1924 en 1936, ging het goud naar Argentinië, het land dat tegenwoordig de absolute wereldtop is in deze sport.

De Argentijnse ploeg die in 1924 olympisch goud pakte in Parijs: Juan Nelson, Enrique Padilla, Arturo Kenny en Juan Miles. Op de foto ontbreekt Guillermo Naylor. (WikiCommons/Roblespepe)
De Argentijnse ploeg die in 1924 olympisch goud pakte in Parijs: Juan Nelson, Enrique Padilla, Arturo Kenny en Juan Miles. Op de foto ontbreekt Guillermo Naylor. (WikiCommons/Roblespepe)

Een waterpoloër van Malta raakte op de Spelen van 1936 in Berlijn bewusteloos in het duel met grootmacht Hongarije en zonk naar de bodem. Hij werd uit het bad gevist (en was uiteindelijk in orde), maar omdat er niet gewisseld mocht worden had Malta een man minder. Hongarije kwam met een sportieve oplossing: zij haalden ook een speler uit het water. "We kregen er meer applaus voor dan voor het goud later op de Spelen", zei speler Sandor Tarics daarover.

De misschien wel belangrijkste Spelen in de geschiedenis waren officieel geen Olympische Spelen. De 'Tussenliggende Spelen' of 'Intercalated Games' van 1906 waren bedoeld om het gat van 4 jaar tussen Spelen op te vullen en zouden altijd in Athene gehouden worden. Het bleek de enige keer, maar het was zo succesvol - vooral de relatief korte tijdsduur, in plaats van maanden - dat de toekomstige Spelen gebaseerd werden op Athene 1906.

De start van de 100 meter tijdens de 'Intercalated Games' van 1906. Archie Hahn uit de VS, tweede van rechts, zou er met het goud vandoor gaan (Foto: Getty)

Michael Phelps won achttien keer olympisch goud, vier sporters wonnen er negen en staan daarmee gedeeld tweede op die ranglijst: turnster Larisa Latynina (Soviet-Unie), atleet Paavo Nurmi (Finland), zwemmer Mark Spitz (VS) en atleet Carl Lewis (VS).

Tijdens de Spelen van Parijs in 1900 werden voor de eerste en laatste keer levende dieren gebruikt als doelen bij het schieten. De ongelukkigen waren duiven die werden beschoten in drie onderdelen die niet in de officiële olympische resultaten staan. Het doel was vrij simpel: duiven werden vrijgelaten en wie er het meest aan hun einde hielp won de eerste prijs. De Australiër Donald Mackintosh doodde 22 volgens in de wedstrijd met 20 franc entreegeld, de Belg Léon de Lunden won de wedstrijd met 200 franc entree door 21 duiven aan stukken te schieten.