10% studenten CHE 'seksverslaafd'
Wanneer echter de definitie van de Rutger Nisso Groep wordt gehanteerd, daalt het aantal seksverslaafden naar 3%. Het kenniscentrum voor seksualiteit noemt iemand pas seksverslaafd als hij of zij er geen controle meer over heeft en de verslaving het dagelijks leven ontregelt.
Volgens studentenpastor Nico van der Voet is het eenvoudig te verklaren dat christelijke studenten zich eerder seksverslaafd noemen: ''Van huis uit krijgen ze vaak mee dat bijvoorbeeld het kijken naar porno niet goed is, waardoor studenten het sneller als een verslaving aanmerken als ze dat wel doen.''
Ruim 33% van de ondervraagden is het eens met de stelling 'mijn verslaving staat mijn relatie met God in de weg'. Opmerkelijk, omdat een deel van de studenten die het hier mee eens is, tegelijk zegt zelf niet verslaafd te zijn. Zo'n 66% van de studenten vindt dat er onder christenen grotere openheid moet komen om over seksverslaving te praten.