Vermogen huishoudens halveerde sinds crisis
Het vermogen van Nederlandse huishoudens is tussen 2008 en 2012 met bijna de helft geslonken. Waar een doorsneehuishouden in 2008 51 duizend euro bezat, was dat in 2012 nog 27 duizend euro. De daling komt met name doordat huizen minder waard werden. Dat heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek maandag gemeld in een rapportage over het welvaartsniveau in Nederland.
De doorsneewaarde van woningen nam in die vier jaar af van 256 duizend euro naar 231 duizend euro. Tegelijkertijd namen in deze periode de hypotheekschulden toe van 143 duizend naar 163 duizend euro.
Begin vorig jaar stonden de hypotheken van 1,4 miljoen van de 4,3 miljoen huishoudens onder water, oftewel bij 34 procent van de woningbezitters. Dat is bijna drie keer zo veel als begin 2008. In totaal waren in 2012 bij 830 duizend huishoudens de schulden groter dan de bezittingen, tweeënhalf keer zo veel als in 2008.
De crisis tastte sinds 2008 het vermogen aan, stelt hoofdeconoom van het CBS Peter Hein van Mulligen maandag. Lager vermogen betekent lagere groei omdat vermogen 'essentieel is voor innovatie en groei'. Vooral middenstanders werden hard geraakt door de dalende huizenprijzen. Het leeuwendeel van het vermogen van die groep komt uit de eigen woning. "Doordat de huizenprijzen daalden met twintig procent, daalden de vermogens mee", aldus van Mulligen. De vermogensongelijkheid nam toe door het effect van de lagere huizenprijzen.
Doordat meer hypotheken onder water stonden, werd meer afgelost dan voor de crisis. "Die schuldaflossing remt de economie af, omdat geld dat voor aflossingen wordt gebruikt niet aan andere zaken kan worden uitgegeven", zegt Van Mulligen.
De tien procent huishoudens met de hoogste inkomens hadden begin 2012 dertig procent van al het vermogen van de Nederlandse huishoudens in handen, met een vermogensdoorsnee van 220 duizend euro. De inkomenscategorie daaronder kwam uit op een vermogen van 121 duizend euro, de laagste inkomensgroep op 1500 euro. Het aantal miljonairshuishoudens nam tussen 2008 en 2012 af van 164 duizend naar 154 duizend.
Huishoudens met een kostwinner tussen de 55 en 65 jaar oud waren over het algemeen het meest vermogend. De huishoudens met het meeste vermogen zijn vooral in het westen van het land te vinden, met name in het Gooi. Ook enkele plaatsen in Noord-Brabant herbergden in 2012 relatief veel vermogende huishoudens. In Limburg en Oost-Groningen zijn huishoudens gemiddeld het minst welvarend.