Ook Britten betrokken bij martelingen Abu Ghraib
Ook een Britse officier was indirect betrokken bij de incidenten in de Iraakse Abu Ghraib gevangenis. Dit antwoordde de Britse minister van Defensie, Adam Ingram, op vragen vanuit het Britse parlement. Tot nu toe had de Britse regering altijd verklaard dat het Verenigd Koninkrijk op geen enkele wijze iets te doen had met de martelpraktijken in Abu Ghraib.
De officier maakte deel uit van de zogeheten 'Combined Joint Task Force 7', die als taak het opstellen van een richtlijn voor ondervragingen in Irak had. De richtlijn, die in september 2003 geldig werd, stond onder andere het gebruik van honden, het plaatsen van gevangen in voor hen onprettige posities, het gebruik van fel licht en het gebruik van hard geluid toe. Een Amerikaans onderzoek claimt dat de richtlijn sterk is georiënteerd op de praktijken die in de Amerikaanse gevangenis Guantanamo Bay toegepast worden.
In Groot-Brittannië gaan stemmen op die zich afvragen waarom de officier, een jurist verbonden aan het Britse leger, niet aan de alarmbel heeft getrokken. "De richtlijn druist in tegen het Britse militaire recht en de Geneefse Conventie. De officier had zijn superieuren moeten waarschuwen", aldus parlementariër Adam Price van Plaid Cymru, de nationale partij van Wales. Price, die tevens de vragen had ingediend, vraagt zich af of de structuur van het Britse leger in dit geval niet tekort heeft geschoten.
Vorig jaar schokten foto's die vanuit Abu Ghraib naar buiten waren gekomen Irak de hele wereld. Ondanks dat de Amerikaanse minister Rumsfeld zijn ontslag aanbood aan president Bush, zijn er tot nu toe nog geen grote koppen gerold naar aanleiding van het schandaal. Wel zijn enkele verantwoordelijke cipiers veroordeeld. Nog altijd speelt de vraag in hoeverre de Amerikaanse legerleiding van de praktijken notie had.