Rechtbank: baby moet besneden worden
Een vrouw uit Israel is door de een rechtbank in Jeruzalem veroordeeld tot het betalen van 103 euro voor elke dag dat haar zoontje niet besneden is.
Normaal gesproken worden baby's in Israel, acht dagen nadat ze geboren zijn, voor het leven verminkt, maar bij de geboorte van het zoontje van moeder Elinor waren wat complicaties die dit onmogelijk maakten. Toen er een wat langere tijd verstreken was en Elinor tijdelijk verlost was van de psychose die religie heet, kon zij het niet meer over haar hart verkrijgen om priesters een stuk van haar kind af te laten snijden.
De Beet Dien, een religieuze rechtbank die dezelfde functie als sharia-rechtbanken heeft, is van mening dat de vrouw haar kind gebruikt als wapen bij haar echtscheiding. De rechtbank, die niet bepaald de schijn van onafhankelijkheid heeft, gaf de moeder op 29 oktober de opdracht om haar kind binnen een week te laten verminken. Indien dit niet zou gaan gebeuren, dan is de werkloze mama opgelegd om 103 euro per dag neer te leggen wegens het blokkeren van de joodse procedure.
Elinor zegt dat haar man het in de eerste instantie eens was met de beslissing om geen mes in hun telg te laten zetten. Later, toen het wat minder goed ging tussen de twee, kwam hij daarop terug. Volgens de rechters moet er in elke joodse baby gesneden worden, mits een van de ouders dit wil. De partner kan het dan niet meer tegenhouden en het is verboden om voor vertraging te zorgen, tenzij hier medische noodzaak voor is.
De wanhopige moeder was van plan om tegen deze gerechtelijke beslissing in hoger beroep te gaan, maar dit is haar geweigerd. De rekening is inmiddels opgelopen tot meer dan vijfhonderd euro.
Tijdens de rechtszaak pakten de wijze mannen die zichzelf rechter noemen nog even een media-momentje om een statement te maken: 'wij zien al een tijdje erg veel weerstand tegen besnijdenis in Europa en de Verenigde Staten'. De heren wijzen erop dat het volk van Israel actie moet ondernemen tegen dit fenomeen en zien het als een zoveelste uiting van antisemitisme dat bestreden dient te worden. Eerder al gaven dezelfde wijsneuzen aan dat deze zaak erop wijst dat er wijdverspreide discriminatie bestaat tegen joodse gebruiken.
