Inwoners Homs massaal de straat op
Inwoners van de Syrische stad Homs zijn dinsdag en masse de straat opgegaan nadat het leger zijn tanks uit de stad had teruggetrokken om plaats te maken voor een bezoek van waarnemers van de Arabische Liga. Groepen demonstranten lieten weten zich niet te zullen laten afschrikken door het geweld waarmee president Bashar Assad probeert de protesten tegen zijn regime de kop in te drukken. Velen zwaaiden met de Syrische onafhankelijkheidsvlag, uit de tijd voordat de Baath-partij van Assad in 1963 aan de macht kwam.
Een zestigtal waarnemers van de Arabische Liga ging dinsdag in Syrië aan de slag. Zij zijn de eerste onafhankelijke waarnemers die in het land zijn toegelaten sinds de protesten tegen het bewind van Assad negen maanden geleden begonnen. De terugtrekking van de tanks was het eerste tastbare teken dat Assad meewerkt aan het plan van de Liga om het geweld tegen de grotendeels ongewapende demonstranten in Homs te laten ophouden.
Assad verklaarde zich vorige week akkoord met het plan, maar in plaats van zich terug te trekken voerden zijn troepen het geweld juist op. Alleen in de afgelopen week doodden de veiligheidstroepen honderden mensen. Maandag kwamen ten minste 42 mensen om, voornamelijk in Homs.
Activisten in Homs verspreidden amateurbeelden van inwoners van de wijk Baba Amr die bij de waarnemers van de Arabische Liga hun beklag deden. Volgens het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten verzamelden zich tijdens het bezoek van de waarnemers in sommige wijken van Homs tienduizenden mensen 'om de wandaden van het regime aan de kaak te stellen'. Veiligheidstroepen schoten traangasgranaten af en losten later ook waarschuwingsschoten om te verhinderen dat mensen het grootste plein in de stad konden bezetten.
Het plan van de Arabische Liga vereist dat de regering haar veiligheidstroepen en zware wapens weghaalt uit de stad, overleg begint met leiders van de oppositie en mensenrechtengroepen en journalisten toelaat in Homs. Tot de hergroepering van althans een aantal tanks dinsdag wees niets er op dat Assad aan die voorwaarden zou voldoen, laat staan zou stoppen met het neerslaan van de revolte.
Homs, met achthonderdduizend inwoners de derde stad van Syrië, ligt 160 kilometer ten noorden van de hoofdstad Damascus. Veel Syriërs bestempelen de stad als 'de hoofdstad van de revolutie'.
De waarnemers van de Arabische Liga spraken met de provinciale gouverneur van Homs en bezochten vervolgens enkele wijken, waaronder Baba Amr en Inshaat, die het sinds vrijdag zwaar te verduren hebben gehad. Het merendeel van de waarnemers keerde later terug naar Damascus, maar drie van hen zouden in Homs blijven, zei een plaatselijke bestuurder.
De oppositie ziet Syriës instemming met het plan van de Arabische Liga als een farce. Sommigen beschuldigen de Liga zelfs van medeplichtigheid aan het geweld. Sinds Syrië op 19 december met de komst van de waarnemers instemde is het geweld alleen maar verhevigd en zijn volgens activisten bijna driehonderd burgers gedood. Ook kwamen 150 mensen om bij gevechten tussen militairen en deserteurs, het merendeel deserteurs.
Tegenstanders van Assad betwijfelen of de Arabische Liga de autocratische leider tot inkeer kan brengen. Oppositieleider Burhan Ghalioun deed zondag een beroep op de Liga om de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties in te schakelen. Volgens de VN zijn sinds maart in het politieke geweld in Syrië al meer dan vijfduizend doden gevallen.