Vriendinnenmomentje
Ik zie het wel, als je glimlach verstart. Die momenten dat je naarstig naar aanknopingspunten zoekt, hoe klein dan ook, om het gesprek op een ander onderwerp te brengen. Je groeiende ergernis omdat ik met mijn walgelijke zelfvertrouwen spreek over mijn vriend, terwijl jij nog zoekt naar de liefde van je leven. Ik zie het wel als je met je ogen letterlijk zoekt naar een uitweg, terwijl ik je aandacht gevangen probeer te houden met nog meer verliefde anekdotes. Natuurlijk zie ik het. Ik ken je. En toch ga ik door. Gewoon om je te plagen. Omdat we vriendinnen zijn.
Echte vriendinnen, dat zijn we. Het is heerlijk om samen America’s Next Top Model af te kraken, Chinese groenten in een Italiaanse ovenpasta te doen, plannen maken om tijdens free hugs stiekem onze telefoonnummers in de jaszakken van de leuke kerels te stoppen, te piekeren wie ook alweer wie was als ze daadwerkelijk terugbellen, mijmeren over bananenlasagne, elkaars nieuwe schoenen bewonderen, filosoferen over onze gezamenlijke achteloosheid ten opzichte van Haïti en samen urenlang koulijden op onze ijsexpedities tijdens winkeluren.
Sinds ik weer een vriend heb, spreek je me veel minder. Overdag als wij samen zijn, ben jij nummer één, ’s avonds is hij dat. Doordeweeks heb jij de meeste aandacht. In het weekend niet meer. Maar hij sijpelt ook door in onze momenten samen. “Wat eten we vanavond?” vraag ik. “Pizza!” roep je vanuit je keuken. “Oh, hihi, hij bestelt altijd de pizza margherita!” Als ik hem niet zie, dan praat ik wel over hem. Ik wil je zelfs over zijn teennagels vertellen, maar daarmee stap ik vast over de boeiendheidsgrens. Ik lijk wel zo’n gelukkige klapjosti uit het publiek van Paul de Leeuw en op het irritante af straal ik van geluk. Dat jij het nog met me uithoudt als we wat afspreken, verbaast me nog steeds.
Ik weet wel dat je blij voor me bent. En je weet dat ik ook graag zo blij voor jou wil zijn. Ik wil al je verhalen van al je vriendjes aanhoren en ik wil zoveel mogelijk details onthouden. Sorry dat ik het steeds over dezelfde man heb. En sorry dat ik alleen maar gelukkige verhalen heb, zodat we niet eens iets hebben om over te roddelen. Dat is niet om je jaloers te maken, integendeel. Maar ik ben zo verliefd, dat ik geen enkel negatief punt weet te noemen.
Maar weet je dat ik hem ook over jou vertel? Zoals die keer dat jij zo ver mogelijk van me af wilde staan en toch je arm uitstrekte om voorzichtig op mijn rug te kloppen, terwijl ik over de gootsteen hing om de paëlla er met veel geluid en aan het verkeerde uiteinde eruit te werken. Jouw lef om in je eentje op een podium te springen en ‘You’ll never walk alone’ te vertolken. Hij roemt jouw eeuwige glimlach op de foto’s van ons samen die ik hem laat zien. En hij is net zo vertederd als ik wanneer ik hem vertel hoe jij van iedere mug een compleet uitgebroken circusolifant weet te maken. Zoals die keer dat je een grote harige spin de naam Boris had gegeven en drie uur panisch bezig bent geweest om hem een humane dood te bezorgen, wat uitmondde in een waterbad in de keuken en Boris die verdwenen was, maar nooit meer is teruggevonden.
Het is waar, ik heb minder tijd voor je. Hij staat ineens altijd op nummer één. En jij moet alles maar van mij aanhoren, vooral de dingen die ik mijn moeder niet durf te vertellen. Maar ik vertel je juist graag alles, omdat ik alles met je wil blijven delen. Zodat je nooit het gevoel hoeft te hebben dat ik je buitensluit. Weet dat jij net zo belangrijk voor me blijft als altijd. Zoals hij nu de enige man is voor mij, ben en blijf jij als vriendin onvervangbaar.