Duitse en Oostenrijkse rodelaars domineren World Cup-seizoen én WK, olympische baan eindelijk 'klaar'

Het einde van de sportwinter begint nu toch echt in zicht te komen, wat voor de liefhebber ook betekent dat we ons hierna op kunnen gaan maken voor de volgende en dus olympische winter. We nemen een kijkje bij het rodelen, waar het seizoen al enige tijd is afgelopen, maar waar ook nieuws te melden is: de olympische baan van Cortina heeft deze week eindelijk de eerste keuring doorstaan. Een mooi moment voor een blik op het World Cup-seizoen, met tussendoor ook nog het wereldkampioenschap in het Canadese Whistler.

Mannen
Max Langenhan was de topfavoriet en begon het seizoen met een zege in Lillehammer, maar de Oostenrijker Nico Gleirscher won twee van de volgende drie races en nam de leiding in de World Cup over. Die pakte Langenhan wel weer terug: hij won in Altenberg, pakte een zege in Oberhof en met winst in de seizoensfinale op de olympische baan van Yanqing kroonde hij zich tot eindwinnaar in de World Cup. De Oostenrijker Jonas Müller pakte ook twee zeges, landgenoot Wolfgang Kindl won er één - Felix Loch won niet, maar werd wel derde in de eindstand.

Op het wereldkampioenschap waren de Duitsers weer het best: Langenhan noteerde in beide runs de snelste tijd en verdedigde zijn wereldtitel, voor Loch (+0,135) en Nico Gleirscher (+0,222).

Vrouwen
Bij de vrouwen was het best een spannende strijd: de Duitse Julia Taubitz en het Oostenrijkse duo Madeleine Egle en Lisa Schulte. Taubitz won de eerste wedstrijd, Egle won de twee erna, in Innsbruck in Oberhof. In het Letse Sigulda boekte thuisfavoriete Elina Bota een sensationele zege, daarna werden het weer 'gewoon' Egle, Taubitz, nog eens Egle en Schulte. Taubitz pakte vervolgens de winst in Yanqing, waar Egle na een flinke fout bleef steken op plek negen. Daardoor pakte Taubitz haar vijfde eindzege in de World Cup, voor Egle en Schulte.

Op het WK was Taubitz ook de beste, hoewel het niet veel scheelde: landgenote Merle Fräbel pakte op slechts 0,041 seconden het zilver. Het verschil achter Fräbel was zelfs nog kleiner, ze bleef twee duizendsten van een seconde voor de Amerikaanse Emily Sweeney, de leidster na run één. Plek vier ging op 0,081 seconden naar de zeer verrassende Canadese tiener Embyr-Lee Susko, voor eigen publiek.

Mannendubbels
Na vele jaren en ongekende successen met Sascha Benecken kwam Toni Eggert dit seizoen uit zijn pensioen en wel met Florian Müller op de slee. De Duitsers wonnen hun eerste wedstrijd gelijk, maar hadden het daarna iets moeilijker. Martins Bots en Roberts Plume wonnen namens Letland twee keer, de Oostenrijkers Thomas Steu en Wolfgang Kindl pakten een zege, maar de grote bazen waren wederom de Tobi's: de DuitserS Tobias Wendl en Tobias Arlt wonnen vier keer en pakten hun zesde World Cup-titel, voor Bots/Plume en Steu/Kindl.

Hannes Orlamünder en Paul Gubitz wonnen in Oberhof, maar hun échte stunt kwam op het WK. Het al enige jaren 'derde' Duitse duo gaf iedereen klop en won het goud met 0,102 seconden voorsprong op Bots en Plume - brons ging op 0,133 naar Wendl en Arlt.

Vrouwendubbels
De Amerikanen Chevonne Forgan en Sophia Kirkby wonnen de openingswedstrijd, daarna volgden er maar liefst zes overwinningen op rij voor Selina Egle en Lara Kipp uit Oostenrijk. Jessica Degenhardt en Cheyenne Rosenthal uit Duitsland wonnen er vervolgens één, waarna Egle en Kipp de slotwedstrijd met een extreme voorsprong van ruim 1,8 seconden wonnen en daarmee ook hun eindzege in de World Cup definitief veilig konden stellen.

Niet verrassend waren Egle en Kipp op het WK ook de besten, maar het was zeer spannend: ze hielden in de beslissende tweede run 0,029 seconden over op Degenhardt en Rosenthal, wiens landgenoten Dajana Eitberger en Magdalena Matschina op 0,060 seconden brons pakten.

Estafette
Duitsland is doorgaans het grote dominante land, maar na vier opeenvolgende eindzeges moesten ze de winst nu aan Oostenrijk laten. Oostenrijk won in Oberhof, Winterberg en Yanqing, Duitsland was in Sigulda de beste en Letland won in Altenberg. Ondertussen was er in Sigulda een historische derde plek voor Oekraïne, het eerste World Cup-podium ooit voor het land, ietwat geholpen door het niet finishen van meer dan de helft van de deelnemende teams.

Op het wereldkampioenschap trokken de Duitsers wel aan het langste eind: Taubitz, Orlamünder/Gubitz, Langenhan en Degenhardt/Rosenthal waren uiteindelijk met 0,131 seconden nét te snel voor Egle, Steu/Koller, Nico Gleirscher en Egle/Kipp. Brons ging op 1,280 seconden naar de sensationele Canadese thuisploeg van Susko, Devin Wardrope/Cole Zajanski, Theo Downey en Beattie Podulsky/Kailey Allan.

Gemengde singles
In de mixed singles - samen met de dubbels de vervanging van de sprintdiscipline - worden teams gevormd van één man en één vrouw, waarbij 'Duitsland 1' de World Cup won, voor 'Duitsland 2' - dat is wat nietszeggend, want de teams hebben niet altijd dezelfde samenstelling. Langenhan en Taubitz wonnen de eerste wedstrijd in het nieuwe format, Loch en Fräbel wonnen de tweede wedstrijd en de laatste ging naar veteraan Kindl en de jonge Schulte.

Gemengde dubbels
Hetzelfde format als bij de singles, maar dan uiteraard met dubbels. Ook hier eindigde Duitsland bovenaan, waarbij Wendl/Arlt en Eitberger/Matschina de openingswedstrijd wonnen. Dat mannenduo won ook wedstrijd twee, maar dan met Degenhardt/Rosenthal, die op hun beurt de slotwedstrijd wonnen met Eggert en Müller.