Natuurclubs nemen afscheid van korhoen
Het korhoen kan waarschijnlijk niet van de ondergang worden gered. De vogelsoort dreigt uit te sterven door de slechte kwaliteit van het leefgebied en genetische verandering. Dat concluderen Vogelbescherming Nederland, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten uit onderzoek naar de achteruitgang van de vogelsoort.
Op de Sallandse Heuvelrug in Overijssel leven de laatste korhoenders. Bijplaatsing van Zweedse soortgenoten heeft volgens de drie natuurorganisaties onder de huidige omstandigheden geen zin. Ze stoppen daar dan ook mee. Dit jaar mochten 25 korhoenders naar Nederland overkomen. Vorig jaar werden al vijf Scandinavische korhoenders in het natuurgebied losgelaten.
De belangrijkste oorzaak voor het uitsterven is de ongunstige kwaliteit van het leefgebied. De van origine boerenlandvogel gedijt niet meer in agrarisch gebied. Ze hebben weinig meer te eten doordat insecten verdwijnen door de hoge stikstofuitstoot vanwege het gebruik van kunstmest. Ook de 'versnippering' van natuurgebieden speelt mee. Daardoor raken soorten geïsoleerd en 'genetisch verlamd', aldus de natuurorganisaties.
De organisaties zijn ook bezorgd om andere soorten. In Nederland is volgens de natuurclubs nog vijftien procent van de oorspronkelijke biodiversiteit over. In heel Europa zou dat vijftig procent zijn en in de rest van de wereld 75.
De Vogelbescherming, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten hebben het onderzoeksrapport aangeboden aan staatssecretaris van Economische Zaken Sharon Dijksma (PvdA). Er staan ook aanbevelingen in over het beheer van de Sallandse korhoenpopulatie. De organisaties zeggen belangrijke stappen van de overheid te verwachten.