Hoe was je weekendwip? (Deel 22)
Huwelijksperikelen in een serie. Vrachtwagenchauffeur Michael, bankbediende Monique. Lees hier de vorige aflevering.
‘Wat gek. Ik zou toch durven zweren dat ik alle lampen uit heb gedaan voor ik naar het ziekenhuis ging,’ peinst Michael, terwijl hij op zijn gemakje op het toilet zit. Hij moest steeds al nodig, maar om in een ziekenhuis nou even uitgebreid te gaan zitten bouten… Hij moet grinniken om zijn eigen gedachten. Dat komt ook door de opluchting. Het gaat met Lisa al weer een beetje beter, de hoge koorts is wat gezakt. Ze zal nog wel enkele dagen in het ziekenhuis moeten blijven, maar Michael en Monique hebben elkaar minutenlang zwijgend vastgehouden, toen de zuster met het goede bericht kwam, dat de koorts van Lisa gezakt was tot onder de veertig graden. Paul had dit een uitgelezen tijdstip gevonden om afscheid te nemen, en Michael had hem zijn hand toegestoken. “Bedankt man, je bent weer een redder in nood geweest,” had hij vanuit de grond van zijn hart gezegd. Monique had blij gekeken, toen ze hem dat had horen zeggen.
Nadat Paul weggegaan was, had Monique zich bij hem even laten gaan. In zijn armen had ze gehuild. En zelfs Michael had het te kwaad gekregen. “Ik kon eerst aan niets anders denken dan aan mijn baan. Maar jullie tweetjes zijn veel belangrijker voor mij dan welke baan dan ook,” had hij gesnotterd, met zijn gezicht verborgen in Moniques hals. “Ik hoop echt, dat er betere tijden aanbreken voor ons,” had Monique ernstig geantwoord. “En we krijgen inderdaad van alles voor onze kiezen de laatste tijd, maar daardoor voel ik me wel enorm close met jou. Onze liefde kan een stootje hebben, dat bewijzen we toch maar weer steeds.” En ze had hem innig gezoend. Even had Michael in een flits aan Shirley moeten denken. Dat voorval met haar bleef voor hem toch een donkere wolk aan een heldere lucht. Maar gelukkig was dat nare gevoel weer net zo snel weggeëbd als dat het gekomen was.
Michael hijst zijn broek op en trekt door. Tering, wat een lucht. Hij drukt even flink op de spuitbus. Zo, nou eerst een pilsje, daar is hij wel aan toe. Hij doet de kamerdeur open. Toch gek. De lamp boven de eethoektafel brandt, de felle lamp boven de salontafel, die bijna nooit gebruikt wordt, omdat het zo’n ongezellig schel licht is, en ook in de keuken brandt licht. ‘Misschien heb ik de lampen juist áán gedaan, in plaats van uit,’ bedenkt Michael als hij een flesje bier uit de koelkast pakt. Hij haalt de dop eraf, en opent de pedaalemmer. Er ligt een bos bloemen in de prullenbak. Dat is raar, want Michael weet zeker, dat hij de restanten van het Chinese voedsel in de prullenbak heeft gegooid. En stond die bos bloemen niet op tafel? Met het flesje bier in zijn hand loopt hij naar de woonkamer. Op de tafel staat een vaas. Leeg. Dat was vanavond toch niet zo toen hij thuiskwam?
Hij doet de grote lampen uit en knipt een paar schemerlampjes aan. Hoe laat is het? Al bijna één uur. Hij zoekt naar een kanaal op de televisie waar nog wat te beleven valt. Een autorace. Prima. Als het maar beweegt, hij heeft nu toch te veel aan zijn hoofd om zich te kunnen concentreren. Het zit hem toch niet lekker. Hij pakt zijn mobieltje en sms’t naar Monique: ‘Hee schatje, ben je nog wakker? Bel me ff.’ Even later gaat zijn telefoon. “Hee schat, ik wilde je nog even horen. Gaat alles nog goed daaro?” Monique vertelt, dat Lisa lekker ligt te slapen en zelfs alweer wat gedronken heeft. “Dat is fijn. Goed zo. Hee, maar zo gek joh, ik weet zeker dat ik alle lichten had uitgedaan, toen ik naar jou toekwam, maar nu zijn ze allemaal aan. Misschien word ik toch een beetje dement, of zo.” Hij lacht. Probeert het luchtig te houden. Monique lacht mee. Hij zal er vast niet met zijn gedachten bij geweest zijn, denkt zij. “Nog een vraagje: Er stonden toch bloemen in de kamer? Ja? Zie je wel, ik ben niet gek. Nou, die bloemen lagen in de vuilnisbak toen ik thuiskwam, en de lege vaas staat op tafel. Wat? Nee, ik snap er ook niks van. Helemaal niks. Nou ja, er zal wel een verklaring voor zijn. Ik ga nu naar bed, slaap lekker, geef Lisa een kusje van me, en morgen zet ik de wekker op zeven uur, dan bel ik je, oké? Ja, vertel me morgen maar wat ik allemaal mee moet nemen voor jou en Lisa. Ik hou van je, kusje!” Michael neemt de laatste slok bier en staat op. Bedtijd.
Monique vindt het ook maar vreemd, dat de bloemen in de vuilnisbak lagen. Maar ze had wel een beetje lacherig gedaan en had hem ‘verstrooide professor’ genoemd. Michael knipt de lampen uit en doet de kamerdeur achter zich dicht.
Shirley heeft een benauwd uurtje gehad. Op het moment dat ze de sleutel in het slot had gehoord, had ze vliegensvlug om zich heen gekeken en zich achter de grote leunstoel in de hoek van de kamer verstopt. Gelukkig, de persoon was niet meteen binnengekomen, maar ze had de wc-deur open en dicht horen gaan. Nog even had ze gedacht aan de achterdeur, maar dat idee had ze maar meteen weer laten varen. Met bonkend hart had ze afgewacht wat er komen ging. Ze had de kamerdeur open horen gaan en voetstappen naar de keuken. Daarna kwamen die voetstappen angstig dichtbij en had ze zich nog kleiner gemaakt. Aan het gekraak van de stoel had ze gevoeld en gehoord dat de persoon – Michael waarschijnlijk, wie anders – op de stoel waar zij achter zat, was gaan zitten. Duizend gedachten gingen door haar hoofd. Gelukkig stond haar mobieltje uit. Als ze maar niet hoefde te niezen. Wat moest ze doen, als ze ontdekt werd? Zou ze gewoon tevoorschijn komen? Ze hoorde geluiden van de televisie, en even later klonk Michaels stem door de kamer. Nu werd haar een heleboel duidelijk. Monique was met Lisa in het ziekenhuis. Dáárom was Michael natuurlijk thuis! Nu was het een kwestie van wachten. Als Michael naar bed ging, kon zij er mooi snel vandoor gaan. Wat baalde ze van deze ontwikkelingen! Het had zo mooi kunnen zijn, als Monique morgenochtend beneden was gekomen. Daar had zij alle moeite voor gedaan! Dat hele eind gereden met haar auto!
Eindelijk, uren later naar haar gevoel, was Michael opgestaan en naar bed vertrokken. Ze heeft nog een hele tijd in dezelfde houding gezeten, maar nu komt ze voorzichtig tevoorschijn uit haar schuilplaats. Shirley rekt zich eerst eens uit, al haar spieren doen pijn. En nu? Wat gaat ze nu doen? Naar huis? Terwijl ze al zo veel moeite heeft gedaan? Met wild kloppend hart loopt ze zo zacht mogelijk naar de gang. Ze houdt haar adem in als ze de kamerdeur opent en ook weer zachtjes sluit. Doodstil blijft ze staan luisteren. Niets. Zou ze het wagen? Een brutale trek komt op haar gezicht. Ja. Waarom niet? En langzaam, tree voor tree, beklimt Shirley de trap.
Monique kan maar niet slapen. Alle gebeurtenissen van deze dag malen maar door haar hoofd. Ze is blij dat het beter gaat met Lisa, en dankbaar voor alle hulp die haar vandaag is geboden, en al is een deel van haar ongerustheid weggenomen, het lijkt wel alsof ze het nu alsnog voor haar kiezen krijgt. In het eenzame ziekenhuisbed voelt ze de tranen in haar ogen opwellen. Fijn, dat ze Michael nog even aan de telefoon heeft gehad, ze voelde zich zó alleen toen hij wegging. Heerlijk, dat hij zo goed op Paul had gereageerd. Zijn gedrag is zo anders, vergeleken met een paar maanden terug. Toch tobt Monique wel over de rare dingen die Michael haar heeft verteld. Die lampen, nou ja, daar kan een mens zich in vergissen, maar die bloemen? Gisteren had ze die bos van een kennisje gekregen dat even op kraamvisite was gekomen. En nu lagen ze volgens Michael in de prullenbak toen hij thuiskwam! En gisternacht had zij ook al van die rare dingen meegemaakt. Lisa, die ineens een ander pyjamaatje aan had gehad, dat flesje… Er klopte iets niet. Monique knipt het lampje naast haar bed aan. Hoe laat is het? Half twee. Zal ze Michael nog even bellen? Stel, dat er ’s nachts iemand in hun huis komt? Maar wie dan? En waarom? Ze laat zich weer in de kussens zakken. Nee, Michael heeft zijn slaap hard nodig, en zij ook. En er is Lisa om zich om te bekommeren, de rest ziet ze wel weer. Morgen weer een dag. Monique zakt langzaam weg in een onrustige slaap.
Minutenlang staat Shirley boven op de overloop. Door de deur heen hoort ze Michael snurken. Zal ze het gewoon doen? Al haar kleren uittrekken, voorzichtig zijn slaapkamer binnengaan en naast hem in bed gaan liggen? Of zal ze haar andere plannetje uitvoeren? Besluiteloos blijft Shirley staan. Dan komt er een vastberaden trek om haar mond. Ze weet wat haar te doen staat.
De volgende aflevering lees je hier.