Pubers drinken veel meer dan ouders denken

Pubers drinken drie keer zo veel als hun ouders denken. Dat blijkt uit onderzoek van het Trimbosinstituut. Ouders hebben vaak een rooskleuriger beeld van het drankgebruik van hun kinderen.

Naarmate de kinderen ouder worden, staan ouders alcoholgebruik ook vaker toe, ook bij kinderen onder de zestien jaar. Daarmee raken de ouders geleidelijk hun grip en zicht kwijt op het alcoholgebruik van hun kinderen.

Het onderzoek is in Den Haag aangeboden aan minister André Rouvoet (Jeugd en Gezin). De aanbieding vormt tevens het begin van een regionale voorlichtingscampagne gericht op het vergroten van de kennis en het bewustzijn van ouders. De website uwkindenalcohol.nl speelt daarbij een belangrijke rol.

Het onderzoek is vorig jaar uitgevoerd bij ruim vierduizend ouders en ruim 7500 leerlingen van het voortgezet onderwijs. Het is voor het eerst dat veel ouders voor een dergelijk onderzoek zijn benaderd.

Bijna alle ouders vinden ieder weekend vijf of meer drankjes schadelijk, maar niet meer dan 55 procent van de ouders vindt ieder weekend een tot twee drankjes al schadelijk. Driekwart van de ouders van 12-jarige kinderen vindt dat jongeren onder de 16 jaar helemaal geen alcohol mogen drinken. Bij ouders van 15-jarigen vindt nog maar de helft dit nog.

Een meerderheid van de ouders vindt dat een kind jonger dan 16 jaar mag beginnen met alcohol proeven. Een derde van de ouders van kinderen onder de 16 jaar vindt zelfs dat kinderen voor het zestiende jaar met enige regelmaat alcohol mogen drinken.

Bijna de helft van de ouders vindt het goed dat hun kind thuis in het bijzijn van de ouderséén glas alcohol drinkt. De regels van ouders blijken echter niet altijd duidelijk voor de kinderen. Zo vindt maar een op de twaalf ouders het goed dat hun kind op feestjes alcohol drinkt, terwijl een kwart van de kinderen zeker zegt te weten dat dit wel mag.