Israelïsche soldaten 'opgejaagd' in het buitenland door Belgische foundation

Israelïsche soldaten die beelden van hun daden in Gaza op social media lplaatsen open de kans om vervolgd te worden in het buitenland. De Hind Rajab Foundation beweert 27 rechtszaken te zijn gestart tegen individuele Israëlische soldaten en één grote zaak tegen ongeveer 1000 soldaten bij het Internationaal Strafhof in Den Haag.

Het gevolg van deze aangiftes werd vorige week duidelijk toen een Braziliaans hof de politie opdroeg een onderzoek te starten naar een Israëlische soldaat die op vakantie was in Brazilië, na een aangigte van de Belgische foundation. De soldaat vluchtte kort na de uitspraak van de rechter het land uit met hulp van de Israëlische ambassade. Brazilië kreeg hem op de radar toen de Hind Rajab Foundation, een pro-Palestijnse organisatie uit België, het land aanspoorde om onderzoek te verrichten. De organisatie deed zelf ook onderzoek via open source intelligence, vooral via sociale media.

Haroon Raza, juridisch adviseur van de organisatie, legt uit: "Het is heel eenvoudig. Sommige soldaten delen alles op sociale media: ze filmen hoe ze een huis in brand steken, geven toe dat ze gevangenen martelen, vertellen bij welk bataljon ze horen en taggen andere soldaten." De Amerikaanse krant The Washington Post heeft verschillende video's die door Israëlische soldaten op sociale media zijn gedeeld, verzameld en geverifieerd. Dankzij het materiaal op sociale media kan de Hind Rajab Foundation volgens Raza gemakkelijk achterhalen waar en wanneer de soldaten waren en wat ze hebben gedaan. "In het geval van de man in Brazilië hadden we een dossier van 385 pagina's met foto's, video's en verwijzingen."

Met het verzamelde bewijs benadert de organisatie lokale advocaten in het land waar de aanklacht moet worden ingediend. Deze advocaten dienen vervolgens de aangifte in. Dit gebeurt ook in Nederland. Raza geeft aan dat van de 27 individuele rechtszaken die de organisatie heeft lopen, er minstens 14 tegen Nederlanders zijn. Deze personen hebben vaak een dubbele nationaliteit: Nederlands en Israëlisch.

Het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken is op de hoogte van 12 zaken waarin aanklachten zijn ingediend tegen Israëlische soldaten, maar voor zover bekend is er nog geen enkele Israëlische soldaat gearresteerd. Na de uitspraak in Brazilië heeft Israël zijn militairen gewaarschuwd om geen berichten op sociale media te delen over hun tijd in Gaza en om niet op vakantie te gaan in het buitenland. Aan het begin van de oorlog waarschuwden hoge juridische functionarissen in Israël al dat soldaten een groot risico liepen door online video's te plaatsen. 

De herhaalde waarschuwing lijkt volgens Raza weinig uit te maken: "Dit soort feiten verjaart niet. Als iemand pas over vijf of tien jaar naar het buitenland gaat, kunnen we hem nog steeds laten oppakken. Zelfs tijdens een overstap. We willen duidelijk maken dat er consequenties verbonden zijn aan die daden."

De Israëlische Minister van Buitenlandse Zaken Sa'ar noemt de actie in Brazilië een onderdeel van een "systematische antisemitische campagne" en oppositieleider Lapid spreekt op X van een "gigantische politieke blamage". De minister van Diaspora, Chikli, noemt de oprichter van de Hind Rajab Foundation, Abou Jahjah, op X een aanhanger van Hezbollah en waarschuwt dat hij "zijn pieper" in de gaten houden, verwijzend naar de aanval van vorig jaar waarbij de Israëlische geheime dienst op grote schaal piepers van Hezbollahleden liet ontploffen.

De Hind Rajab Foundation gaat vanwege deze uitspraken naar de politie. "Dit is een doodsbedreiging," zegt Raza. Over de beschuldigingen dat Jahjah een sympathisant van Hezbollah zou zijn, maakt Raza zich verder geen zorgen. "Hij is opgegroeid in Zuid-Libanon, daar kunnen we niets aan doen. Ik weet dat hij geen lid is van Hezbollah."