Afscheid

Op slag was ik verliefd. En op dat moment had ik alleen nog maar haar buitenkant gezien. Toen ik eenmaal binnen was, klikte het meteen. "Ja, ik wil", schreeuwde ik. Ze bood me onderdak, een nieuw thuis. Een thuis helemaal voor mijzelf.

In de weken die volgden, kneedde ik haar zoals ik dat wenste. Geen grote veranderingen, dat zou ik haar nooit aandoen. Nee, subtiele dingetjes. Inhoud. Vorm. Details. Steeds meer werd ze 'van mij', zonder haar eigen identiteit te verliezen.

Zo stond ze open voor de wereld om haar heen met haar prachtige, roomwitte deuren. Door haar vensters scheen de zon op mijn ontwakende gezicht. 's Middags volgde de zon mij, wanneer ik op haar balkon vertoefde.

Wat anderen ook over haar zeiden, zij was het voor mij. Sommigen vonden het maar raar dat ze een douche in haar keuken had. Of ze vonden haar te klein. Mijn vrienden wisten haar wel op waarde te schatten. Ze wensten ons dan ook een mooie toekomst. Op haar deurmat viel de ene na de andere kaart met gelukwensen.

Ruim een jaar lang hebben we lief en leed gedeeld. Zij was er altijd voor me. Zeker in die periode toen ik mijzelf tegenkwam en zelfs verloor. Ook toen was ze een thuis. Na dat jaar zagen we elkaar steeds minder. Ik was vaker bij die ander en liet haar steenkoud achter. Af en toe douchte ik nog in haar keuken. Soms samen met die ander. We spoelden het zand van onze bezwete lichamen af na een hete dag op het strand. Ze vond het niet erg wanneer ik iemand meenam.

De laatste maanden kwam ik alleen nog bij haar om mijn post op te halen. Toen ik mijn baan verloor, viel bij mij het kwartje. Tijdens mijn zoektocht naar een nieuwe baan leek het mij verstandiger om die te zoeken in de regio Amstelveen, waar ik steeds vaker verkeerde. En niet bij haar in Beverwijk, de plek waar ik mij zo thuis voelde.

Het besef dat onze periode samen voorbij was, veroorzaakte tranen in mijn ogen. Zei ik ruim anderhalf jaar geleden nog dat zij mijn thuis zou zijn, nu ging ik haar verlaten. Beetje bij beetje bracht ik haar weer in de staat zoals ik haar heb leren kennen. Bij elke stap werd ze minder 'van mij'. Het was goed zo.

Afgelopen week heb ik definitief afscheid genomen. Voor de laatste keer steek ik de sleutel in het slot van mijn eerste echte eigen woning. Vanaf volgende week staat ze open voor nieuwe vriendschappen en zal ze iemand anders een thuis bieden. Ik gun haar het allerbeste. Iemand die goed voor haar zal zorgen. Iemand die haar in haar waarde laat.

Het afscheid is voor nu. Met liefde zal ik aan haar terugdenken. De herinneringen zal ik koesteren. En ik zal af en toe nog bij haar door de straat lopen. En omhoog kijken. Naar die prachtige, roomwitte deuren.