Discriminatie: voor alle Nederlanders

Terwijl Guido van Woerkom met de billen bloot moest om Nationale Ombudsman te kunnen worden na een opmerking over Marokkanen in 2010, werd er deze week weer flink op los gediscrimineerd op tv. Maar daar horen we niemand over. Waarom? Omdat mannenhaatster Laurien Koster van het College voor de Rechten van de Mens (voorheen Commissie Gelijke Behandeling) een zelfvoldane grijns opzette terwijl ze glashard beweerde dat dat mannen in het onderwijs onder geen enkel beding een voorkeurspositie mogen krijgen bij de sollicitatie. “De wet is alleen voor vrouwen, gehandicapten en mensen uit een etnische minderheid”, grijnsde ze vals, terwijl er in het basisonderwijs een groot tekort is aan mannelijke leerkrachten. Het docententeam op basisscholen is beslist geen afspiegeling meer van de maatschappij, maar dat feministische wijf vindt dat fantastisch. Ik wilde haar slaan.

Ik houd niet van discriminatie. Maar ik walg van de hypocriete houding van mensen die zich keihard inzetten tégen bepaalde vormen van discriminatie, terwijl ze voorin de rij staan te schreeuwen om een andere groep uit te sluiten. Zo hoef je als Nederlander niet te proberen om bij een centrum tegen discriminatie melding te maken van pestende en discriminerende allochtonen. Hoe vaak de bal ook tegen je muur en door je ruit wordt geschopt, hoeveel je ook wordt uitgescholden en gespuugd omdat je een vieze christenhond bent, bij zo’n politiek correct meldpunt word je niet door de dames geholpen. Daar gebruiken ze de checklist: ben je een etnische minderheid, homo, vrouw of gehandicapte? Nee? Dan wordt u niet gediscrimineerd. Het – bestaat – niet.

Ook positieve discriminatie is discriminatie. Aboutaleb kan rustig als burgemeester van Rotterdam functioneren. Als woordvoerder voor alle Rotterdammers is het in Nederland volstrekt normaal als hij zegt dat hij zijn dochter het liefst met een moslimman ziet thuiskomen. Zelfs Henk en Ingrid moeten zeggen dat ze het volstrekt normaal vinden als hun dochter met een moslim thuiskomt, maar andersom kan het echt niet. Zodra Henk en Ingrid zeggen dat ze het liefst een blanke christenjongen voor hun dochter hebben, worden ze gelijk al uitgescholden door de buurt met de extra vraag: “En wat als ze nou pot is?” Maar laten we het daar vooral niet over hebben. Je zou maar eens iemand discrimineren.

En laat er nu net in het onderwijs een roep zijn om positieve discriminatie. In het onderwijs zijn al zo veel vrouwen, waardoor die kinderen leren dat ze alleen maar op het gras voorzichtig mogen voetballen en dat ze almaar stil moeten zitten in de klas. Die jongetjes van nu kunnen hun energie niet kwijt, leren hun grenzen niet op te zoeken en worden opgevoed tot halfzacht ei, in plaats van een sterke, slimme en daadkrachtige man. Jongens willen een leraar die met ze gaat stoeien en de bal het hardst tegen de muur trapt. En meisjes mogen ook wel leren hoe een echte man zich gedraagt.

Het onderwijs staat zelf te springen om meer mannen op de basisschool, maar wordt tegengehouden door een dertig jaar oude wet, de politiek en door die oude tang van het College voor de Rechten van de Mens. Tweede Kamerleden willen niet eens iets horen over mannen in het onderwijs. Het is echt te belachelijk voor woorden dat mensen die zich bezighouden met gelijke rechten, complete groepen en wensen van minderheden uitsluiten. Want die minderheden passen niet in hun oorspronkelijke politiek correcte plaatje. Na lang wikken en wegen is Guido van Woerkom nu uiteindelijk benoemd tot nieuwe Nationale Ombudsman. Misschien kan hij wat doen aan de functie van die nare vrouwen en andere idioten die met voorkeur ergens zijn binnengekomen, maar nu anderen discrimineren. Eén ding is nu wel duidelijk: als je beslissingen mag maken over discriminatie, dan hoef je er blijkbaar NIET voor alle Nederlanders te zijn.