Dwingende ogen
Bij zijn rentree sloegen de harten van de supporters al even over. Edgar Davids was lid van de succesvolste lichting van de laatste twintig jaar bij Ajax. Zijn loopbaan bracht hem daarna bij diverse topclubs en nu kwam hij, zomaar halverwege in wat een nieuw verloren seizoen leek, terug. Naast verwachting was er scepsis. Logisch, Davids wordt een dagje ouder en had bij Tottenham Hotspur niet al te veel meer gespeeld. Inmiddels lijkt hij al die twijfel al weggespeeld te hebben.
Edgar Davids mag dan niet meer die onvermoeibare turbo van weleer zijn, die negentig minuten over het veld scheerde als een wervelwind, hij is nog altijd van grote waarde. De eredivisie noopt hem niet tot echte slijtageslagen, zodat hij met een meer gedoseerde speelstijl zijn kwaliteiten kan aanspreken in dienst van de ploeg. Dat is precies wat Henk ten Cate voor ogen had, toen hij Davids polste voor een terugkeer. Davids brengt routine en leiderschap, waardoor Jaap Stam ook ontlast wordt. De twee nemen Ajax bij de hand in wat een opmerkelijke terugkeer in de titelrace genoemd mag worden.
Davids twijfelde niet toen hij terug kon keren bij de club waar alles begon. Hij was Tottenham al lang zat en voelde wel wat voor een hernieuwde samenwerking met Ten Cate. Veelbetekenend had Davids in een interview al eens gesteld dat hij veel van Henk geleerd had bij Barcelona, terwijl de vraag toch echt was of hij veel van Frank had opgestoken. Bovendien herkent Davids vast iets in de jonge spelers die nu bij Ajax doorbreken. Hij proeft de ambitie en de branie, die zo lijkt op die van hemzelf begin jaren negentig. Zoals hij ook de twijfels, die jonge spelers hebben, moeiteloos aanvoelt.
Op die momenten ontfermt Davids zich over de jonkies. Dan praat hij met ze, waarbij de jonge Amsterdammers vanzelf stil worden. Wanneer Davids vertelt gaat het over EK's, WK's, de Champions League. Over AC Milan, Juventus, Barcelona en Tottenham Hotspur. Over Van Gaal, Capello, Zidane, Ronaldinho. Edgar Davids vertelt over de wedstrijden en competities waar de jonkies ooit hopen te komen en over de trainers en spelers die in die top leven. Dat heeft de Amsterdamse kleedkamer de afgelopen jaren gemist. Leuk en aardig, als Galásek en Anastasiou je routiniers zijn, maar wie kijkt er op tegen succesverhalen uit Tilburg en Kerkrade? Zeker een jonge Ajacied niet, die streeft het hoogste na.
Achter de zonnebril van Davids dwingen zijn ogen. De jeugd gaat mee in de eisen die Davids en Stam stellen. Het is geen toeval dat Ryan Babel weer opleeft. Want hij weet dat een foute aanname van hem direct doorzien wordt door Davids. Dan komt de pitbull aangesneld en verhelpt hij het gevaar. Zoals hij de mannetjes die Sneijder laat lopen oppikt, waardoor ook deze voetballer weer in topvorm is. Urby Emanuelson mag zijn defensieve taken in zijn enthousiasme vergeten, want dat heeft Davids al lang gezien. Na het blussen van het brandje komt Davids nog even langs. Dan legt hij nog even uit wat er fout ging. Rustig, vol respect. Vaderlijk haast of gezien zijn leeftijd meer broederlijk. De jonkies knikken en onthouden de lessen van hun idool.
Na al die jaren zijn de verhoudingen in de selectie van Ajax eindelijk genormaliseerd. Stam en Davids zijn de baas en wie niet mee wil, haakt af. De druk is er ook af voor de rest, want zij mogen weer jong zijn en de daarbij horende fouten maken. Het zou Ajax zomaar een landstitel kunnen opleveren. Een titel waarin Edgar Davids goud waard is geweest. Dat levert echter tevens een opmerkelijke conclusie op. Want mocht PSV niet verzaken en de titel dus niet in Amsterdam belanden, moeten de jonge spelers zich toch eens afvragen waarom zij Edgar Davids nodig hadden om op stoom te raken. Een vraag die ze mee mogen nemen in de toekomst, als ze zonder de bebrilde inspirator verder moeten, bij Ajax of in het buitenland. Waarmee de missie van Davids eigenlijk pas echt geslaagd is als de rest zonder zijn dwingende ogen op topniveau kan presteren.