Sander (32) overleefde liquidatiepoging bij spyshop
Het leven van de 32-jarige Sander uit Alkmaar staat sinds 28 augustus vorig jaar compleet op z'n kop. De medewerker van Spy City, een spyshop in het Westelijk Havengebied in Amsterdam, wordt die zomerochtend meerdere keren op zijn hoofd geslagen met de kolf van een automatisch vuurwapen. De dader is eigenlijk van plan hem van dichtbij dood te schieten, maar zijn AK-47 weigert. "Soms denk ik: was dat ding maar wél afgegaan."
Het Openbaar Ministerie (OM) eist 22 en 15 jaar cel tegen twee mannen die verdacht worden van de moordpoging. Een opvallend hoge strafeis.
"Het gaat om een enorm ernstig feit. Het slachtoffer is voor een groot deel arbeidsongeschikt en zal nooit meer een regulier leven kunnen leiden. Bovendien heeft dit soort misdrijven een ontwrichtende werking op de maatschappij", schetst de officier van justitie.
In het beklaagdenbankje twee verdachten: de 55-jarige Marcel S. en de 21-jarige Quizinho N., beiden geboren in Paramaribo en woonachtig in Amsterdam. Het slachtoffer zelf is niet aanwezig; hij kan het fysiek en mentaal niet aan.
Geen enkele link met criminele circuit
Justitie is ervan overtuigd dat het tweetal het slachtoffer wilde liquideren. Maar waarom? Tot op de dag van vandaag is die vraag niet beantwoord. De verdachten zwijgen in alle toonaarden en uit het politieonderzoek is geen motief gerold. Feit is dat Sander geen enkele link heeft met het criminele milieu.
De liquidatiepoging is vastgelegd door bewakingscamera's. Op de beelden is te zien hoe het slachtoffer die bewuste vrijdagochtend rond 10.00 uur bij zijn werk arriveert. De spyshop zit op het hoekje van de Moezelhavenweg, midden in het Westelijk Havengebied. Sander parkeert zijn auto achteruit in, zoals hij waarschijnlijk vaker doet.
Vuurwapen weigert
Het slachtoffer stapt uit en loopt naar de achterbak van zijn auto. Als hij iets wil pakken, komt er plotseling iemand aangerend. De man draagt donkere kleding en heeft een capuchon op. Ook heeft hij een automatisch vuurwapen in de aanslag. Het slachtoffer en de dader staan tien seconden tegenover elkaar. De schutter haalt de trekker over, maar er klinken geen schoten; het wapen weigert.
Vervolgens wordt Sander meerdere keren hard op zijn hoofd geslagen. Hij valt op de grond, steekt nog zijn hand in de lucht, maar hij kan geen verweer meer bieden. Het slachtoffer lijkt al knock-out te zijn, maar de dader blijft hem toetakelen met de kolf van de AK-47. Hij houdt het vuurwapen met beide handen vast een slaat het slachtoffer vijf keer hard op de linkerkant van zijn hoofd. Sander blijft achter in een plas bloed. Het slachtoffer ligt vervolgens minutenlang roerloos op straat. In de minuten daarna komt hij langzaam en met veel moeite overeind.
Vader verlaat rechtszaal
Het zijn akelige beelden die in de rechtszaal worden getoond. Maar volgens de officier van justitie wel noodzakelijk. "Het moet duidelijk worden hoe ernstig deze zaak is." De bewakingsbeelden worden de vader van het slachtoffer na verloop van tijd te veel. Hij verlaat korte tijd de rechtszaal. Beide verdachten geven geen krimp. Ook niet als de beelden worden afgespeeld.
Ook al is het vuurwapen niet afgegaan, het slachtoffer is zeer ernstig gewond geraakt. Sander blijkt hersenletsel en fracturen in zijn hoofd te hebben opgelopen. Hij ligt een aantal dagen op de intensive care en moet worden behandeld in een revalidatiecentrum. Het slachtoffer is blijvend doof aan één oor en heeft aan de linkerkant van zijn gezicht geen gevoel meer.
'Waarom? Wat heb ik misdaan?'
Sander beschrijft in een brief hoe zijn leven en de levens van zijn naasten overhoop zijn gegooid door de moordaanslag. De tekst wordt voorgelezen door zijn advocaat. "Na een periode van acht maanden revalideren, mocht ik naar huis. Er is een laffe aanslag op mijn leven gepleegd. Ons leven is compleet overhoop gegooid en verwoest. Zowel fysiek als emotioneel. Ik heb moeite met mijn evenwicht, met praten en lezen. Doordat mijn spraakvermogen is aangetast, zonder ik mij af en zijn mijn sociale contacten verwaterd."
"Ik kon mij inleven in anderen. Mijn empathisch vermogen is ook aangetast. Ik ben de Sander van voor de aanslag niet meer. En waarom? Wat heb ik misdaan? Soms denk ik: was dat ding maar wél afgegaan."
Stortvloed aan bewijs
Het zijn vragen die de twee verdachten vandaag ook voorgeschoteld krijgen. Antwoorden komen er niet. En dat terwijl er een stortvloed aan bewijs ligt tegen de twee mannen. Beiden zijn vlak na de moordaanslag vastgelegd door bewakingscamera's. De 55-jarige Marcel S., van wie justitie denkt dat hij de schutter is geweest, is daarop duidelijk te zien.
Hij wordt een dag later al aangehouden in de woning van een ex-vriendin aan de Burgemeester van Leeuwenlaan. In die woning vindt de politie een paar schoenen met bloedsporen van het slachtoffer. Het gaat om de schoenen die de dader droeg op het moment van de liquidatiepoging, zo blijkt uit bewakingsbeelden. Er worden die dag nog twee anderen opgepakt, maar die blijken niets met de zaak te maken te hebben.
Bloedsporen op schoenen en wapen
Agenten vinden in de woning in Nieuw-West ook een tas met kleding die matcht met de kleding van de schutter. En nog belangrijker: op een slaapkamer wordt een plastic tas (V&D) gevonden met een kalasjnikov. Ook op dat wapen zitten bloedsporen van het slachtoffer. Meerdere bekenden van Marcel S. hebben verklaard dat hij de tassen in het huis heeft achtergelaten.
Mede-verdachte Quizinho N. (21) wordt begin januari aangehouden in een woning in Diemen. De officier van justitie vermoedt dat hij nauw heeft samengewerkt met de beoogde schutter: N. zou Marcel S. op de dag van de liquidatiepoging hebben opgehaald bij de woning van zijn moeder in Oud-Zuid met een gestolen Audi Q5. Het tweetal zou vervolgens samen via de A10 en de Basisweg naar de spyshop zijn gereden. Quizinho N. zou volgens justitie de auto hebben bestuurd.
Ook in de woning waar N. tot zijn aanhouding verbleef, wordt kleding gevonden die volgens justitie overeenkomt met de kleding van de man die in het bijzijn was van de schutter, kort na de moordaanslag. De twee mannen zijn eerder in aanraking geweest met justitie, maar niet voor dit soort misdrijven.