'Vertrouwen kabinet afgelopen jaar verdubbeld'
Het vertrouwen in de ministersploeg van premier Mark Rutte (VVD) is het afgelopen jaar verdubbeld. Had vorig jaar nog veertien procent van de Nederlanders vertrouwen in het kabinet, nu is dat 32 procent, blijkt maandag uit het Eenvandaag opiniepanel dat onder bijna twintigduizend mensen is uitgevoerd.
De samenwerking tussen het kabinet en de oppositiepartijen wordt door veel deelnemers gewaardeerd. Ook zijn ze te spreken over de onderlinge relatie tussen coalitiepartijen VVD en PvdA. Daadkracht spreekt verder uit 'de durf' zware hervormingen door te zetten en de manier waarop de kabinetsploeg is omgesprongen met de nasleep van de vliegramp met de MH17.
Het vertrouwen dat de Nederlander uitspreekt in de regering is overigens nog altijd lager dan toen het kabinet in 2012 aantrad. Toen sprak 42 procent van de deelnemers zijn vertrouwen uit in het kabinet.
Met een score van 59 procent hebben VVD-kiezers het meest vertrouwen in het kabinet. Het vertrouwen is er ook bij de zogenoemde 'bevriende' oppositiepartijen, voor de steun in de Eerste Kamer is het kabinet van hen afhankelijk. Bij D66 (57 procent), ChristenUnie (52) na, en de SGP (45 procent) staat het kabinet er goed op.
Voor PvdA-kiezers geldt dat niet. Van de achterban van de tweede coalitiepartij heeft 39 procent vertrouwen in het kabinet. Aanhangers van de SP en de PVV zijn eensgezind in hun afwijzing van Rutte en zijn ploeg. Van beide partijen heeft slechts zes procent vertrouwen in het kabinet.
Het vertrouwen in Rutte is gestegen: van zestien procent vorig jaar naar 41 procent dit jaar. Als rapportcijfer krijgt hij een krappe voldoende: een 5,5. Vorig jaar was dat overigens een 3,8. Een reden voor de stijging is het optreden van Rutte in de nasleep van de vliegramp in Oekraïne.
