Dierenbescherming: aanpak kattenoverschot nodig

Het kattenoverschot in Nederland moet snel worden aangepakt. Dat vindt directeur van de Dierenbescherming Frank Dales. Uit de jaarcijfers van de 53 aan de Dierenbescherming verbonden opvangcentra blijkt dat vorig jaar bijna 35.000 katten zijn opgevangen.

Geschat wordt daarnaast dat in Nederland inmiddels tussen de zeventig- tot honderdduizend verwilderde katten rondlopen. Jagers schieten hier jaarlijks zo'n veertienduizend van dood. De Dierenbescherming vangt daarnaast jaarlijks duizenden verwilderde katten om ze onvruchtbaar te maken.

Van de katten die in asielen terechtkomen, lukt het vooralsnog wel de meeste te herplaatsen. Dales vreest echter dat een groot probleem aan het ontstaan is om de kattenpopulatie in Nederland beheersbaar te houden. "Tot twee jaar geleden vingen we rond de dertigduizend dieren op. Nu zie je dat er duizenden dieren bij zijn gekomen en het ziet er niet naar uit dat dit minder gaat worden."

De directeur van de Dierenbescherming roept op tot een maatschappelijk debat over de kwestie, waarbij onder meer moet worden gesproken over het verplicht chippen van katten. Tot nog toe was de overheid hier tegen. Momenteel kan echter slechts veertien procent van de katten worden teruggebracht naar de eigenaar, aldus Dales.

Ook wil de Dierenbescherming dat eigenaren hun katten veel vaker onvruchtbaar laten maken. Momenteel belanden veel kittens in een doos aan de poort van asielen of worden ze achtergelaten in een bos.


Dierenbescherming: aanpak kattenoverschot nodig (Foto: Novum)