SCP: Allochtone sollicitant in nadeel

EconomieVandaag heeft het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) het rapport 'Discriminatiemonitor niet-westerse allochtonen op de arbeidsmarkt 2007' aangeboden aan minister Piet Hein Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Volgens het rapport worden allochtonen die naar werk zoeken, gediscrimineerd. Dat leidt het SCP af uit hun klachten.

Vooral Marokkanen voelen zich gediscrimineerd. Maar ook veel werkzoekenden van Turkse, Surinaamse en Antilliaanse komaf zeggen dat ze belemmeringen ondervinden die niet alleen met werkervaring, opleiding of taalbeheersing te maken hebben. Veel klachten komen van vrouwen die een hoofddoek dragen.

Rond 60% van de Marokkanen die in het afgelopen jaar te maken heeft gehad met een afwijzing, vermoedt of weet zeker dat er sprake is geweest van discriminatie. Bij de Turken ligt dit percentage op 49% en bij de Surinamers en Antillianen op 17%. Met name vrouwen met een hoofddoek hebben de indruk dat ze vaak voor functies met klantencontacten worden afgewezen.

De opstellers van het rapport constateren dat allochtone sollicitanten en werkenden sterk de indruk hebben dat ze zich meer dan autochtonen moeten bewijzen. Bij het zoeken naar werk houden allochtonen soms rekening met mogelijke discriminatie, bijvoorbeeld door het bewust niet vermelden van het geboorteland in het cv of het niet meesturen van een pasfoto met de sollicitatiebrief.

Evenveel kansen
Opvallend is dat als allochtonen eenmaal werk hebben gevonden, ze veel minder last ondervinden van discriminatie. Ze hebben dan ook evenveel kansen en verdienen net zo veel als autochtone collega's.

Het SCP wijt de positie van niet-westerse allochtonen in de beroepenhiërarchie en op de inkomensladder voor een belangrijk deel dan ook aan kenmerken als een lager opleidingsniveau, minder werkervaring en een geringe beheersing van de Nederlandse taal.