Wilders tegenover Pechtold over integratie
Alexander Pechtold van D66 kwam hierbij vaak tegenover Marco Pastors en Geert Wilders te staan. Pechtold vindt dat de integratie van minderheden en het verbeteren van normen en waarden het beste gerealiseerd kan worden door meer geld te geven aan onderwijs. Hij vond dat D66 op dat gebied succesvol was tijdens het kabinet-Balkenende II; wel vond hij dat het kabinet minderheden teveel buitengesloten heeft. Dat rekent hij ook zijn eigen partij aan. Geert Wilders en Marco Pastors verwijtten Pechtold "naief" te zijn over de integratie. Wilders vindt dat de grenzen zo snel mogelijk dicht moeten voor gelukszoekers. Pastors vindt vooral dat minderheden die ontspoord zijn, verplicht terug naar school moeten om een diploma te halen. Ook moeten er heropvoedingskampen komen om hen de juiste normen en waarden bij te brengen. Iedereen moet zich houden aan een 7-puntenplan, waarin de "kernwaarden" van Nederland instaan: zoals het respecteren van godsdiensten en democratie. Wilders stelde dat vijftig procent van de Marokkanen democratie niet accepteert en dat 1 op de 5 Marokkanen geregistreerd staat bij de politie voor het plegen van strafbare feiten.
Bas van der Vlies legde de nadruk op het gezin en de bijbel. Een betere opvoeding van het gezin zou de problemen oplossen. Ook Pastors vindt de opvoeding van het gezin erg belangrijk, al trekt hij dit niet door naar de bijbel. Pechtold streeft juist een meer individualistische samenleving na, waarin voor iedereen een plaats moet zijn. Marianne Thieme van de Partij voor de Dieren vindt dat zwarte en witte scholen voorkomen moeten worden door zwarte scholen aantrekkelijker te maken voor witte leerlingen. Zo kan er volgens haar meer geld naar zwarte scholen gaan om daar het onderwijs te verbeteren. Pastors wilde vooral laten zien dat het succes van Leefbaar Rotterdam het nut van zijn partij aantoont. Olaf Stuger van de Lijst Fortuyn wilde vooral benadrukken dat zijn partij de "kindertijd" en "puberteit" voorbij was en een serieuze partij is geworden.
Thieme stelt dat er te weinig wordt gedaan voor de dieren. Na de emancipatie van slaven en vrouwen, zouden volgens haar nu de dieren aan de beurt moeten zijn. Ze verweet de SGP beleid te steunen dat slecht is voor de dieren. Van der Vlies reageerde daarop dat hij dieronvriendelijk beleid wel moest aannemen, omdat anders de concurrentiepositie van Nederland in gevaar zou kunnen komen. Hij vindt dat dierenbeleid op Europees niveau geregeld moet worden. Zelf was hij wel voor beter beleid voor dieren: hij zei dat hij zelfs geen spinnen doodslaat thuis, maar ze in een glas stopt en buiten weer vrijlaat.