Muziekcolumn / Pink Floyd - Keep Talking

Een morgen in de vroege lente, 1994. De plaats van handeling is een slaperige suburb van Rochester, New York, genaamd Henrietta. Het is enkele minuten over zeven, en ik zit in de bus onderweg naar school. De chauffeur heeft de radio aan staan op WPXY98, of een andere onnavolgbare serie van letters en cijfers, zoals alleen radiostations in Amerika die hebben. De commercials na het nieuws zijn afgelopen, en er begint een liedje dat ik niet ken.

Subtiel, maar indringend speelt een gitaar in staccato een ritme, als een vervormde computerstem stem begint te praten. Na het intro wisselen verschillende elementen elkaar af, een mannelijke zanger, vrouwelijke vocals, gitaarsolo's, de robotstem keert nog terug, en zo gaat het dik zes minuten door, tot het nummer ten einde komt. Vol spanning wacht ik op de aftiteling, maar tot mijn ontsteltenis komt die niet. Er wordt een nieuw nummer gestart, en voor het einde daarvan heb ik mijn bestemming bereikt, en moet ik uitstappen. Ik vraag de chauffeur en de mensen om mij heen of ze weten welk nummer of welke artiest dat was, zojuist op de radio. Maar niemand heeft op zitten letten, niemand kan het me vertellen.

Een nazomermiddag, 1994. Na de pauze heb ik een tussenuur, terwijl mijn vrienden wel gewoon les hebben. Omdat ik in het tussenuur niets te doen heb, biets ik de walkman van één van hen. "Wat staat er op het bandje?" Jaja, we hadden toen nog bandjes (voor de jongere lezers: dat is een stuk plastic met een opgerold magnetisch lint erin, waarop de data staan). "Het nieuwste album van Pink Floyd," kreeg ik als antwoord. Ik moet eerlijk bekennen, dat ik toen nog hetzelfde vooroordeel had, wat ik sindsdien bij ontelbare andere mensen ook heb aangetroffen. Pink Floyd hebben dat ene nummer over die muur wat wel aardig is, maar verder hebben ze niks leuks gemaakt. Typisch geval van onbekend maakt onbemind.

Maar goed, ik ging in de kantine met een stoel bij de ramen zitten, en keek uit over de parkeerplaatsen, de sloot met het houten fietsbruggetje erover en de sportvelden erachter. Het bandje was teruggespoeld naar het begin. Om een album goed te kunnen waarderen, moet je wel beginnen bij het begin, vind ik. Ik drukte op de play-knop (die in mijn herinnering bijna net zo groot was als een volledige moderne MP3 speler). De zon scheen in mijn gezicht, en al snel sloot ik mijn ogen om volledig te kunnen genieten van het prachtige samenspel van piano en gitaar, briljant in al z'n eenvoud. Daarna volgden nog veel meer mooie liedjes, en nog voor kant A was afgelopen (ja, die lompe bandjes moest je nog omdraaien halverwege ook), had ik besloten dat ik na school langs de muziekwinkel zou gaan om de cd te kopen.

Ik moest wel opschieten, want diezelfde avond zou ik nog gaan eten bij mijn broer. In de trein ging meteen de cd in m'n draagbare cd-speler (wat het qua formaat ook echt was, een draagbare cd-speler). Weer luisterde ik naar het magnifieke begin van het album, en dit keer kwam ik niet verder dan liedje zeven, toen ik aanbelde bij mijn broer.

Weer in de trein, op de terugweg naar huis, wilde ik nu eindelijk wel eens het einde van het album horen, en startte bij liedje zes. Een prachtig nummer, maar de echte shock kwam pas bij liedje negen. Subtiel, maar indringend speelt een gitaar in staccato een ritme, als een vervormde computerstem stem begint te praten. Na het intro wisselen verschillende elementen elkaar af, een mannelijke zanger, vrouwelijke vocals, gitaarsolo's, de robotstem keert nog terug, en zo gaat het dik zes minuten door. Een half jaar en een halve wereld verder sinds ik het voor het eerst hoorde, had ik het onbekende nummer terug gevonden. Het voelde destijds als de afsluiting van een wereldreis, maar terugkijkend was het ook het begin van een ontdekkingsreis door de discografie van een 'philosopher band', die haar grootste successen beleefde toen ik nog niet of amper geboren was, maar in al die jaren geen spat aan relevantie heeft ingeboet.


Pink Floyd – Keep Talking (album: The Division Bell, 1994)

For millions of years mankind lived just like the animals
Then something happened which unleashed the power of our imagination
We learned to talk

There's a silence surrounding me
I can't seem to think straight
I'll sit in the corner
No one can bother me
I think I should speak now (Why won't you talk to me)
I can't seem to speak now (You never talk to me)
My words won't come out right (What are you thinking)
I feel like I'm drowning (What are you feeling)
I'm feeling weak now (Why won't you talk to me)
But I can't show my weakness (You never talk to me)
I sometimes wonder (What are you thinking)
Where do we go from here (What are you feeling)

It doesn't have to be like this
All we need to do is make sure we keep talking

Why won't you talk to me (I feel like I'm drowning)
You never talk to me (You know I can't breathe now)
What are you thinking (We're going nowhere)
What are you feeling (We're going nowhere)
Why won't you talk to me
You never talk to me
What are you thinking
Where do we go from here

It doesn't have to be like this
All we need to do is make sure we keep talking