Vrijen bij kaarslicht

En dan gebeurt het... de stroom valt uit, voor de zoveelste keer in korte tijd. Deze keer hadden we geen twee stroomverslindende, huishoudelijke apparaten tegelijk aan en was onze huisbaas niet bezig met een klusje, het onweerde niet eens. Voordeel van donder en bliksem in Napels is wel dat je ruimschoots de tijd krijgt om kaarsen en lucifers klaar te leggen.
Tja, onverwachte dingen, niet leuk, maar je raakt er wel aan gewend in Italie, zelfs aan stroomuitval.
Deze keer moet het een storing in de grote elektriciteitscentrale zijn: het is avond, maar héél erg donker, overal, tot in de wijde omtrek. We zien donkere schimmen op straat en enkele, elkaar kruisende, lichtstralen: buurtbewoners met zaklantaarns, weten we, koppig op weg naar hun elektriciteitskastje. Een vergeefse tocht: iedereen zit zonder stroom. Een poosje later zijn de schimmen met hun zaklantaarns verdwenen en zien we alleen nog maar het licht van de maan en de flonkerende sterren.

We zitten samen op de bank, knusjes tegen elkaar aan, starend naar het vlammetje van de enige kaars die we hebben aangestoken. Voor ons staat de borrel waarmee we onszelf hebben verwend: een Metaxa voor mijn lief en een Vecchia Romagna voor mij. We toosten en nemen een flinke slok. Ik voel het meteen, de alcohol jaagt het bloed naar mijn wangen.
Het is stil in huis, op een enkel geluid na: het vredige snurken van mijn zoon. De problemen met zijn paspoort waren erg vermoeiend: voor hem, maar ook voor ons. En dat niet alleen, het was ook funest voor ons liefdesleven: ergernis verkrampt nu eenmaal je gemoed en legt een dikke knoop in je maag. De laatste paar avonden poetsten we vermoeid onze tanden, gunden we elkaar slechts een vluchtig knuffelkusje en murmelden een "welterusten, liefje", en vielen als een blok in slaap.

Maar de paspoortellende is voorbij, verzucht mijn lief opgelucht. Ik leg mijn hoofd tegen zijn schouder, geniet van zijn lichaamswarmte en zijn arm om me heen. Hij streelt me zachtjes over mijn haar.
Dan voel ik hoe zijn hand langzaam naar beneden glijdt, mijn truitje omhoog schuift, mijn blote huid begint te strelen en afwisselend zachtjes masseert. Het begint te kriebelen in mijn onderbuik, het voelt fijn en zo intiem.
De gedachte, knuffelen op de bank in de woonkamer, met slechts het licht van één flakkerend kaarsje is romantisch en opwindend, maar elkaar aanraken op onze gevoelige plekjes nog veel meer.
Liefdevol drukt hij zijn lippen op de mijne, daarna kust hij mijn hals. Ik hoor hem fluisteren, woordjes die mij nog meer opwinden, heel speciale, woordjes die ik al een hele poos, veel te lang, niet heb gehoord. Zijn kus wordt dwingender en ik weet waarop dit gaat uitdraaien.
Het kan me niets schelen dat we ons op de bank in de woonkamer bevinden, met de gordijnen wijdopen, zodat iedereen ons kan zien, zouden ze het willen. Heel even verschijnt Nuncia, onze buurvrouw, voor mijn geestesoog. Ook zij zag ons ooit op de bank, innig verstrengeld, kijkend naar tv, naar een spannende thriller. Ongeacht het late tijdstip, bonsde zij toen keihard op het raam en joeg ons daarmee de stuipen op het lijf. Zelfs die herinnering weerhoudt mij niet.

Ik ga op zijn schoot zitten, met mijn gezicht naar hem toe, mijn benen hoog opgetrokken en schrijlings naast die van hem. Met een ondeugende blik in mijn ogen, schuif ik mijn truitje omhoog, over mijn hoofd en laat het achteloos vallen. Even later valt ook mijn behaatje op de grond, net zo geruisloos. Ik ben nu halfnaakt en hij begraaft zijn hoofd tussen mijn borsten. Mijn tepels zijn keihard geworden, van opwinding, maar ook omdat ik het koud heb.
Ik heb dringend behoefte aan zijn warmte. Als ik naar voren schuif, voel ik hoe opgewonden hij is. Zijn handen omvatten gretig mijn billen, om mij met een korte ruk nog meer voorwaarts te schuiven, dicht tegen hem aan. Ongeduldig als ik ben, probeer ik zijn spijkerbroek open te maken, maar dat lukt zo niet. Hij duwt me zachtjes van zich af, weer terug op de plek naast hem en gaat staan om zich uit te kleden, tergend langzaam, expres.
Terwijl hij zich verder uitkleedt, kan ik mijn ogen niet van zijn gespierde bovenbenen en zijn stijve lid afhouden. Ik kan me niet beheersen, streel het met mijn handen, daarna met mijn lippen. Hij rilt, duwt mij achterover en begint aan mijn spijkerbroek te friemelen. Na een paar seconden ligt die ook op de grond, naast de rest van onze kleren.

Ik voel zijn warme handen overal, op mijn borsten, mijn buik, tussen mijn dijen. Hij buigt zich over me heen om me weer te kussen, zijn bovenlichaam raakt de mijne niet, maar mijn huid begint desondanks te gloeien. De gloeiende plek verplaatst zich naar beneden. Zijn warme lippen drukken natte vlinderkusjes op mijn borsten, mijn tepels, mijn buik waar hij met zijn tong om mijn navel cirkelt, steeds sneller. Genietend sluit ik mijn ogen.
Mijn lijf reageert meteen. Ik voel zijn tong plotseling op een heel andere plek, veel verder van mijn navel verwijderd. Ik span en ontspan tegelijkertijd, zo fijn heb ik me lange tijd niet meer gevoeld. Gewillig spreid ik mijn dijen en laat hem begaan. Half voorzichtig, half ruw, schuift hij zijn handen weer onder mijn billen en voel ik hoe mijn huid weer contact maakt met zijn lippen en zijn tong.
We gaan helemaal op in ons liefdesspel en zijn ons totaal niet meer bewust van onze omgeving. Er bestaat niets anders meer, hij en ik, we zijn alleen op de wereld. Als ik mijn ogen open, zie ik hoe hij naar me kijkt, zich half heeft opgericht. Dit is het moment, weet ik. Eindelijk, we zijn er allebei klaar voor. Langzaam schuift zijn lijf over het mijne. Ik moet me beheersen om niet hardop te kreunen.

En dan gebeurt het...we hebben weer stroom, het is alsof onze hele woonkamer in spotlights wordt gezet. De televisie floept aan, een vergeten alarm begint te loeien, de koelkast vertoont kuren en begint vervaarlijk te rammelen. Het ijzeren mandje er bovenop, gevuld met verse eieren, schuift langzaam naar voren, maar ik spring van de bank en kan het net op tijd opvangen.
Opgelucht draai ik me om en bekijk het tafereel voor me: mijn naakte lief op de bank, het slaperige koppie van mijn zoon daarachter en de chagrijnige blik waarmee hij ons bekijkt.
Tja, onverwachte dingen, je raakt aan veel dingen wel gewend in Italie, maar daaraan nooit!