Syrië zet derde VN-medewerker uit
De Syrische regering heeft niet twee, maar drie hulpverleners van de Verenigde Naties het land uit gezet. Naast twee medewerkers van de afdeling humanitaire zaken (OCHA) is ook een Unicef-medewerker de grens gewezen. De medewerker van de VN-kinderorganisatie en een van de OCHA-medewerkers waren in Aleppo gestationeerd.
De handelwijze van Syrië hindert volgens de VN de zo noodzakelijke hulpverlening en kan de pogingen een zesweeks bestand te sluiten voor Aleppo, de grootste stad van het land, 'ernstige schade' berokkenen. Volgens Valerie Amos, chef humanitaire zaken van de VN, zijn de uitzettingen 'een zorgwekkend precedent voor alle hulpverleners in Syrië'. Hulpverleners die contact hebben met oppositiegroepen om zo de levering van hulp te regelen 'lopen het risico tot persona non grata te worden verklaard'.
De speciaal VN-gezant voor Syrië, Staffan de Mistura, reist zaterdag naar Damascus voor overleg over een tijdelijke wapenstilstand in Aleppo. Die missie gaat ondanks de uitzettingen door. Of De Mistura meteen verhaal wil halen over de kwestie kon VN-woordvoerder Stéphane Dujarric niet zeggen.
