Japan neemt afstand van uitspraken oorlogsverleden
De Japanse regering heeft zich gedistantieerd van recente uitspraken van rechts-nationalistische organisaties over de Tweede Wereldoorlog. Dat heeft de Japanse minister van buitenlandse zaken Fumio Kishida maandag gezegd. Rechtse politici ontkenden onlangs dat de massamoord bij het Chinese Nanjing, waarbij tussen 1937 en 1938 tussen de 100 en 300 duizend doden vielen, had plaatsgevonden. Een andere politicus bagatelliseerde het gebruik van vrouwen als seksslavinnen tijdens de Tweede Wereldoorlog.
China en Zuid-Korea reageerden kwaad op de uitspraken. Volgens Kishida is de Japanse historische interpretatie niet veranderd. "Het is erg jammer dat deze opmerkingen tot misverstanden over de positie van de Japanse regering hebben geleid", aldus Kishida. Kishida noemde verder de militaire expansie van China in de regio reden tot zorg, maar ging niet zo ver deze als bedreiging te bestempelen.
Hoewel schattingen uiteenlopen, denken historici dat Japan ongeveer tweehonderdduizend vrouwen tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft ingezet als seksslavinnen aan het front. Het leeuwendeel hiervan bestond uit Koreanen, maar er waren ook ongeveer 250 Nederlandse 'troostmeisjes'.