Ontvoerde jongen werd tot moslim gemaakt
Gill was na schooltijd op weg naar huis toen hij werd ontvoerd door Amjad Warriach, die elektricien van beroep is. Amjad transporteerde Gill naar de plaats Madressa Jamia al Qasim al Aloom, waar een islamitische school gevestigd is. Hier werd de jongen gedwongen om de kalima (de islamitische geloofsbelijdenis) te reciteren.
De jongen werd bedreigd en geslagen, waarop hij te horen kreeg dat hij vanaf dat moment moslim was. Wanneer de jongen zou weglopen of zich opnieuw tot het
christendom zou bekeren, dan moest hij dit met zijn leven bekopen. Zijn ontvoerders zouden hem dan doden.
Gill werd gedwongen om dagelijks te vasten. Ook wilde zijn ontvoerders dat hij het gebruiken van geweren, pistolen en handgranaten zich eigen maakte.
Intussen was zijn moeder Razia een zoektocht gestart. Uiteindelijk kwam ze erachter dat haar zoon in een moskee werd vastgehouden. Daarop daagde ze de moskee voor de rechter. Voor de rechtbank vertelde de jongen dat hij
overgegaan was tot de islam en dat hij niet naar zijn moeder terug wilde.
Omdat de jongen bang voor zijn ontvoerders was, bleef hij bij zijn verklaring. Hij hield opnieuw voor de rechtbank vol dat hij uit vrije wil moslim was geworden. Moeder Razia verzocht de rechter om haar zoon onder vier ogen te mogen spreken. Dit verzoek werd door de rechter afgewezen, omdat de rechter vond dat de jongen overgevoelig was.
Uiteindelijk slaagde moeder Razia er in, om samen met een andere zoon, Gill naar hun ouderlijke geboorteplaats Multan te ontvoeren. Daar werd hij in contact gebracht met de mensenrechtenorganisatie Claas, die zijn zaak nu behartigt.