Integratie minderheden gaat goed

De integratie van minderheden verloopt volgens minister Van Boxtel in het algemeen "uitstekend". De werkloosheid van etnische jongeren is tussen 1994 en 1999 gedaald van 26 naar 14 procent. De jeugdwerkloosheid onder allochtonen daalde van 25 naar 12 procent.

Van Boxtel (Grote Steden- en Integratiebeleid) zei dit donderdag in Amsterdam op een bijeenkomst van het nieuwe Centrum voor politiek, religie en zingeving, een initiatief van CDA-voorzitter Van Rij.

De minister reageerde op een opmerking in de discussienota 'Nieuwe buren, nieuwe verantwoordelijkheden' van dit centrum. Daarin staat dat de integratie van minderheden slecht verloopt en dat de problemen van de derde generatie groter zijn dan die van de generaties ervoor.

De minister gaf nog twee voorbeelden. Volgens de Integratiemonitor 2000 presteert de tweede generatie allochtonen aanmerkelijk beter dan de eerste. Het slagingspercentage van Turkse en Marokkaanse havo/mavo-leerlingen lag in 1999 hoger dan in 1998. Voor Marokkaanse jongeren bedroeg de stijging 8 procent. "Topprestaties", aldus Van Boxtel.

Volgens recent onderzoek zijn er inmiddels ruim 180 allochtone gemeente- en deelraadsleden. Dat is ruimschoots meer dan een verdubbeling ten opzichte van 1984. Zij voelen zich prima op hun plaats in hun politieke functies. De minister noemde dit van belang omdat de politieke participatie bijdraagt aan de integratie en emancipatie van de etnische groepen.