Onrust in Turkije over mogelijk verbod AKP
In Turkije is onrust ontstaan over de poging van de hoogste Turkse aanklager om regeringspartij AKP te laten verbieden wegens activiteiten die de scheiding van staat en religie schenden. Uit angst voor politieke instabiliteit verloor de Turkse lire vanochtend meer dan 4% ten opzichte van de dollar, en duikelden de aandelenmarkten met 7%.
Justitie beschuldigt de AK-partij ervan dat het Turkije wil islamiseren (veranderen in een islamitische staat). Dat is in strijd met de grondwet, die bepaalt dat Turkije een seculiere staat moet zijn. Justitie heeft aan het hoogste gerechtshof van Turkije ook gevraagd om 71 partijfunctionarissen van de AKP vijf jaar lang politieke ambten te ontzeggen. Onder hen is AKP-leider en Turks premier Recep Tayyip Erdoğan die in de jaren negentig al eens uit de politiek werd verbannen wegens het reciteren van een islamitisch strijdgedicht.
Erdogan bestrijdt de aantijgingen, en noemt ze een aanval op de democratie. Daarbij kreeg hij dit weekend steun van de Europese Unie. ''In een normale Europese democratie worden politieke kwesties in het parlement besproken en in het stemhokje beslist, niet in rechtbanken'', aldus Europees Commissaris Olli Rehn (Uitbreiding EU).
Volgens Turkse kranten probeert de regering de oppositie te bewegen om grondwetswijzigingen door te voeren, om de aanklacht onderuit te halen.
