Prins Harry doodde Taliban
Prins Harry keert terug uit Afghanistan, heeft het Britse ministerie van defensie maandag meegedeeld. Hij was daar twintig weken gedetacheerd als helikopterpiloot van het Britse leger. Hij vloog Apaches en bediende regelmatig de boordwapens, waarbij hij ook Talibanstrijders heeft gedood.
In interviews in Afghanistan zei de prins, die derde in lijn is voor de troonsopvolging, dat hij graag 'een van de jongens' is. "Mijn vader probeert mij er steeds aan te herinneren aan wie ik ben. Maar het is voor mij erg gemakkelijk om te vergeten wie ik ben als ik in het leger ben. Iedereen draagt hetzelfde uniform en is met hetzelfde bezig."
Captain Wales, zoals hij in het leger heet, heeft tientallen missies gevlogen ter ondersteuning van grondtroepen. Daarbij heeft hij ook Taliban gedood. "Een leven nemen om een leven te redden, daar draait het om, denk ik. Als mensen onze jongens kwaad proberen te doen, schakelen wij ze uit."
Prins Harry was al eerder in Afghanistan. Hij werd toen al na tien weken teruggehaald, nadat details over de plaats waar hij gelegerd was waren uitgelekt. Britse media hadden toegezegd een nieuwsstop in acht te nemen om veiligheidsredenen. Deze keer kregen de media beperkt toegang tot de prins, mits ze geen operationele details onthulden.
Veel leden van het Britse koningshuis hebben als militair gevechtstaken vervuld. Harry's oom, prins Andrew, was helikopterpiloot bij de marine in de Falklandsoorlog van 1982. Zijn grootvader, prins Philip, diende in de Tweede Wereldoorlog op oorlogsschepen van de Royal Navy. Zijn oudere broer, prins William, vliegt reddingshelikopters van de Royal Air Force. William zou ook graag aan het front willen dienen, maar dat wordt door leden van de regering te riskant geacht.