Ahmadinejad haalt uit op NPT-conferentie
De Iraanse president Mahmoud Ahmadinejad heeft maandag op de openingsdag van de toetsingsconferentie van het Non-proliferatieverdrag (NPT) iedere suggestie dat zijn land in het geheim aan kernwapens werkt van de hand gewezen. Hij haalde uit naar de Verenigde Staten, die weigeren het gebruik van kernwapens tegen andere landen uit te sluiten. Ahmadinejad nodigde de Amerikaanse president Barack Obama uit zich aan te sluiten bij een 'humane beweging', die een tijdsbestek vaststelt om alle kernwapens af te schaffen. Kernwapens zijn 'walgelijk en schandelijk', zei hij.
Delegaties van de Verenigde Staten en verscheidene andere Europese landen waaronder Frankrijk en Groot-Brittannië verlieten de zaal terwijl de Iraanse president sprak. De Amerikaanse minister van buitenlandse zaken Hillary Clinton, die na Ahmadinejad zou spreken, zei in het weekeinde al dat de Iraanse president naar New York was gekomen 'om aandacht af te leiden en verwarring te stichten'. "Wij zullen niet toestaan dat Iran probeert het verhaal te veranderen van hun verzuim om het NPT na te leven", zei Clinton.
Ook de Nederlandse delegatie stapte op, meldde minister van Buitenlandse Zaken Maxime Verhagen (CDA) via Twitter. Verhagen kenmerkte de speech van de Iraanse president als een 'aaneenschakeling van ongefundeerde beschuldigingen aan het adres van Europa, de VS en Israël'.
Van de 189 landen die zich bij het verdrag tegen de verspreiding van kernwapens hebben aangesloten is Iran het enige dat op de toetsingsconferentie is vertegenwoordigd door het staatshoofd. De VS en zijn bondgenoten verdenken Iran ervan in het geheim aan kernwapens te werken. Ze zoeken bij de Verenigde Naties steun voor een nieuwe ronde economische sancties, omdat Iran weigert te stoppen met het verrijken van uranium. Iran zegt dat het verrijkte uranium moet dienen als brandstof voor kerncentrales.
VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon zei bij de opening van de conferentie dat het aan Iran is om de 'twijfels en zorgen' over zijn atoomprogramma weg te nemen. Hij maande de regering in Teheran resoluties van de Veiligheidsraad op te volgen om te stoppen met uraniumverrijking.
Ahmadinejad klaagde dat de VS en zijn bondgenoten Iran onder druk zetten 'zonder hun aantijgingen met ook maar een enkel geloofwaardig bewijsstuk te staven'. Hij herhaalde de steun van zijn land voor de instelling van een kernwapenvrije zone in het Midden-Oosten, een door Arabische landen gepropageerd voorstel gericht op het veronderstelde nucleaire arsenaal van Israël. De Iraanse president riep de VS ook op de tactische kernwapens te ontmantelen die op NAVO-bases in Europa liggen, waaronder Nederland en België.
Het in 1970 in werking getreden NPT-verdrag is het belangrijkste internationale pact tegen de verspreiding van kernwapens. Door zich er bij aan te sluiten, verplichten landen zich af te zien van kernwapens; landen die ze wel bezitten beloven te werken aan afschaffing. Het verdrag onderschrijft het recht van alle landen om kernenergie voor vreedzaam gebruik te ontwikkelen.
De 189 aangesloten landen komen elke vijf jaar bijeen om de werking te toetsen en eventuele problemen te ondervangen, bijvoorbeeld door de rol van de toezichthouder, het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) te versterken. De enige landen die niet bij het NPT zijn aangesloten zijn India, Pakistan, Noord-Korea en Israël.
De afgelopen zeven conferenties leverden geen slotverklaring op, de laatste keer, in 2005, onder meer doordat de toenmalige Amerikaanse regering weinig voelde voor wapenbeheersingsoverleg. De huidige Amerikaanse president Barack Obama heeft de VS weer aan de onderhandelingstafel gebracht, wat al heeft geleid tot een nieuw verdrag met Rusland voor vermindering van de strategische kernbewapening. De Filipijnse voorzitter van de NPT-conferentie, Libran Cabactulan, zegt dat veel aangesloten landen willen dat de VS en Rusland, maar ook Groot-Brittannië, Frankrijk en China, meer werk maken van ontwapening.