Ook geschoolde allochtoon vaak werkloos
Vorig jaar was 13% van de laagopgeleide niet-westerse allochtonen werkloos, tegenover 5% bij de autochtonen. Bij de hoogopgeleide niet-westerse allochtonen was 10% werkloos tegenover 3% van de autochtonen.
De arbeidsparticipatie onder allochtonen is wel toegenomen. In 1995 had nog maar 37% van de allochtonen een baan van twaalf uur of meer per week, in 2001 was dat toegenomen tot 50%. Vooral Turken haalden een flink deel van de achterstand in. Marokkanen hebben echter nog steeds de kleinste arbeidsparticipatie, al neemt ook deze toe.
Allochtonen hebben nog steeds 2,5 maal vaker een uitkering dan autochtonen, maar het verschil wordt vooral door oudere migranten veroorzaakt. Bij de tweede generatie is dat verschil stukken kleiner: 16% heeft daar een uitkering tegen 12% onder autochtonen.
De WAO-uitkering onder allochtonen is wel stukken hoger dan onder autochtonen. Van de Turkse mannen van 55 tot 65 jaar ontving 61% eind 2001 een WAO-uitkering. 46% van de oudere Marokkaanse mannen maakte gebruik van deze regeling. Onder oudere autochtone Nederlanders ligt dat percentage op 26. Turken en Marokkanen hebben ook nu nog een grotere kans om in de WAO terecht te komen. Dit geldt het sterkst voor Turkse vrouwen.