Officier Plooij kan zich weinig herinneren

Officier van justitie Koos Plooij kan zich nauwelijks iets herinneren van de gang van zaken rond het omstreden gebruik van verklaringen voor het terrorismeproces tegen Samir A. en vier vermeende handlangers.

Dat bleek vandaag tijdens een getuigenverhoor van de bekende officier voor het Haagse gerechtshof. Op diverse vragen van het hof, justitie en de verdediging over de kwestie uit 2005 volgde het antwoord: "Daar heb ik geen concrete herinnering aan." Een foutieve uitleg die Plooij eerder had gegeven over de verklaringen die worden gebruikt in het terrorismeproces, noemde de officier vandaag een vergissing.

Plooij werd voor de tweede keer gehoord in het hoger beroep van het terrorismeproces, dat wordt behandeld in de extra beveiligde rechtszaal in Amsterdam-Osdorp. Het OM zou ontlastende passages uit getuigenverklaringen voor die zaak hebben laten schrappen.

Voor de verdediging staat vast dat justitie een "gekuiste versie" van de verklaringen heeft gebruikt. Ook denkt zij dat Plooij daar in eerdere instantie als getuige voor het hof niet de waarheid over heeft gesproken. De advocaten vinden dat het terrorismeproces van tafel moet, omdat het OM de zaak te zeer heeft gemanipuleerd.

De raadslieden hebben eerder al het vermoeden uitgesproken dat officier Plooij meineed heeft gepleegd. Plooij liet vandaag duidelijk merken dat die aantijging hem heeft geraakt. "De beschuldiging dat je opzettelijk een valse verklaring hebt afgelegd, die komt natuurlijk aan."

Advocaat-generaal Derk Kuipers heeft in het hoger beroep van de zaak al dertien jaar gevangenisstraf geëist tegen Samir A. Diens vier medeverdachten zouden acht tot vijftien jaar celstraf moeten krijgen, aldus de aanklager.

Het proces wordt vrijdag voortgezet.