Kansloze nacht, krakende ochtend (2)

Lees hier: Deel 1 - De aanloop

"Ik heb de sleutels van die blonde gejat." Het was het eerste wat Cobi tegen me zei toen we ruim buiten gehoorafstand waren van de voordeur.
Terwijl we onze fietsen, die aan de overkant van de straat stonden, van het slot aan het halen waren liet ik de implicaties van deze opmerking tot me doordringen. Het was nooit voor niets. Dit soort dingen gebeurden met een reden. Wim en Donald reden weg. Ze hadden geen weet van de spanning die deze avond ineens droeg. Het enige wat ze wilden was laveloos worden. Ik wilde dat ook, maar Cobi had gereageerd en nu moesten we het spel spelen. Want spellen zijn er om gespeeld te worden.


"Zullen we eerst naar de stad gaan, en er nu even niet aan denken? Goeie ideeën komen vaak onverwachts." Ik stapte op mijn fiets en voordat mijn handen echt koud waren, zat ik achter een glas bier in de Drekstier. Onderweg was er niet veel gesproken. De stemming was omgeslagen van een soort jolige schelmerigheid, tot een serieus soort angst voor het onbekende. Ik wist dat ik die nacht in het huis van de blondine zou zijn, samen met Cobi. Donald en Wim waren daar te laf voor.

Het is niet moeilijk om in de chaos, die de Drekstier op avonden als deze is, te ontvluchten zonder dat de zatte Donald en zijn al even laveloze drinkebroeder Wim het merken. Buiten kijken Cobi en ik elkaar aan. We weten niet wat we aan het doen zijn, zoals gebruikelijk. We doen gewoon. Cobi heeft in een van zijn 'intieme' gesprekjes opgevangen in welk deel van de stad ze woont, hoe de straat er uit ziet en dat ze een bolvormige boom in de voortuin heeft staan. Een cadeau van de tuinder. De beschrijving van de straat komt me bekend voor. We zijn er zo. Aan de auto voor de deur te zien zijn de zwangere blondine en haar vriend thuis. Het huis is stil, dus we vermoeden dat ze liggen te slapen. Cobi opent de deur en we sluipen binnen. Er is geen alarmpiep.
"Doe je ding," zegt Cobi, "ik ga op zoek naar de drankkast."

De kamer is modern, IKEA en redelijk sfeervol ingericht. Langs de lange muur staat een aantal kastjes. Midden in de kamer zie ik een grote eettafel met daarop een laptop. Ik beweeg de muis en het scherm springt aan. Geen wachtwoordbeveiliging. Cobi geeft me een geopend flesje bier op zijn weg naar buiten met enkele flessen sterke drank. Ik open Outlook en neem een slokje. Olivia, zo heet de blonde blijkbaar, krijgt de gebruikelijke familie crap, spam en ander oninteressant geneuzel. Ik open de map 'vriendinnen'. Daarin zijn meestal de smeuïge dingen te vinden. Ik open een mailtje met als onderwerp: "de echoes!" Er zit ook een foto bij van de vrouw in wiens buik de vrucht aan het rijpen is. Ik ben geïnteresseerd. Het is de brunette, Tanja. Ik lees door. De mailtjes gaan voornamelijk over haar zwangerschap, tot ik stuit op een mail met als onderwerp: "zwanger worden." Ik lees over het 'probleem' van haar vriend, de tuinder. Blijkbaar schiet die medisch gezien niet echt met scherp. De conversatie gaat over kunstmatige inseminatie en de problemen die daar aan vast zitten. Héél oninteressant, tot ik op een naam stuit. Maria De Vallado. Ik ben geschokt. Die naam ken ik. Een paar keer heb ik voor 50 euro mijn kwakkie verkocht aan die vrouw. Zij verkocht het door. Anonimiteit verzekerd.

Olivia heeft vier maanden geleden een vol condoom gekocht, voor 150 euro. Ik kan mijn ogen niet geloven. Blijkbaar is het afgesproken, heeft de donor een zakje gevuld en is Olivia die gaan halen bij een tankstation in de buurt. Het kwakje, dat haar door een onbekende vrouw was geleverd, heeft ze meegenomen naar Tanja. Samen zijn ze vervolgens aan de slag gegaan, en succesvol. Wat ik niet begrijp is dat ik nergens iets zie over de zwangerschap van Olivia, die duidelijk al een stuk verder gevorderd was dan Tanja. Als Olivia zichzelf ook vier maanden geleden geinsemineerd heeft, hoe kan ze dan nu hoogzwanger zijn? Er klopt iets niet. Ik sluip naar boven en open zachtjes de slaapkamerdeur. De blondine ligt op haar rug te slapen. Er is geen buik meer. Beneden vertel ik mijn ontdekking aan Cobi. Die is klaar met de drank en heeft de sleutels op de schoorsteenmantel gelegd.
"Wat? Is ze niet zwanger?" Hij fluistert hard.
"Nee, man, wat een geschift wijf. Maar kijk hier." Ik draai de laptop naar hem toe. "Hier staat dat ze via internet zaad heeft gekocht."
"Zou jij dat doen?" vraagt Cobi als hij de dingen in zich opgenomen heeft. Dat is het mooie van Cobi: als je denkt iets schokkends te hebben, blijft hij dodelijk rustig en komt hij vaak met originele en zeer praktische vragen.
"Sterker nog, ik heb het wel eens gedaan," denk ik bij mezelf. "Nee, man! Ik ben toch niet gek of zo," zeg ik. "Heb je alles wat je wil hebben?"
Cobi knikt en loopt naar buiten. Vlak voor ik ga, installeer ik een backdoor op de computer en laat het ding aan staan. Als ik thuis ben kan ik even rustig kijken wat er aan de hand is.

Thuis log ik meteen in op de laptop van Olivia. Cobi drinkt vrij snel een fles Grand Marnier leeg. Ik verwacht dat ik binnen nu en een half uur geen last meer zal hebben van zijn gelal. Ondertussen zoek ik verder op de laptop. In de mails van Olivia naar Tanja vind ik aanwijzingen dat de vrouw een donor heeft gevonden die wat gelaatstrekken betreft redelijk overeen komt met de tuinder. Dat kan verklaren waarom ze mij, ondanks mijn onhandige versierpogingen, toch aantrekkelijk vond.
"Godverdomme, dat wijf. Die ... " Ik maak mijn zin niet af.
Een van de laatste dingen die Cobi nog bewust doet, is mij een fles Bushmills in de handen drukken. Hij mompelt: "Hehehe, je wordt vader. Ik zie het aan je ogen. Je bent in paniek." Dan valt hij terug op de bank en slaapt.
Ik wis alle aanwijzingen, alle mails naar de onbekende vrouw en alles wat ook maar enigszins naar mij zou kunnen leiden, in de hoop dat er geen backup gemaakt wordt van deze bestanden. En ja, Cobi heeft helemaal gelijk. Ik ben in paniek. Om mijn zenuwen te kalmeren zet ik de fles Whiskey aan mijn mond. Met lange teugen drink ik hem leeg. Dan strompel ik naar boven om op mijn bed te gaan liggen. Voor mijn ogen doemt een angstbeeld op, een verschrikking waarmee ik in slaap val. De deurbel gaat. Tanja staat met een heggeschaar voor de deur. Haar ogen staan blikkerig en blij. Haar mededeling hoor ik al niet meer. Ik sla op de vlucht en blijf rennen tot de dronken slaap mijn beeld zwart maakt.