Huissleuteldier

Op zoek naar een trendy gadget, een kek accessoire om op te vallen deze zomer? Neem een sleutelhanger. En een huisdier.

Persoonlijk ben ik een groot fan van ogenschijnlijk simpele, maar o zo doeltreffende uitvindingen. Neem bijvoorbeeld de paperclip. Laatst kocht ik een doosje vol en heb in één ochtend mijn bedrijf gereorganiseerd. Maar je maakt er natuurlijk geen fashion statement mee. Nee, dan de sleutelhanger; een fantastisch multifunctioneel ding. Voor een fladderhoofd als ik zowat een eerste levensbehoefte. En je kunt er ook nog eens ongelofelijk hip mee voor de dag komen. En daarom kan de sleutelhanger rekenen op mijn meer dan gemiddelde belangstelling.

Zelf heb ik aan één sleutelhanger niet genoeg. Hoe meer hij rammelt en hoe zwaarder hij is, des te makkelijker vind ik mijn sleutelbos terug. En ook die heb ik meerdere, ieder met zijn eigen toepasselijke herkenningstekens. Zo zijn mijn huissleutels te herkennen aan een grote roze sleutel met een mierzoet tekstje erop, gekregen van mijn man toen hij nog de status van vriendje had. Het praktische in mij is vertegenwoordigd in een haakje met een winkelwagenmuntje eraan en een metalen voorwerpje dat te gebruiken is als flesopener. Altijd handig. Dan mijn autosleutels. Weer zo’n mix van sentiment en functionaliteit. In het kleine leren portemonneetje heb ik altijd wat parkeergeld zitten en in het dubbelzijdige fotolijstje herinnert mijn kroost me er altijd aan dat ik voorzichtig moet rijden. Het is mijn variant van de vroeger zo populaire ‘denk aan mij’-fotolijstjes die ik nog zo goed ken uit de Simca van mijn vader.

Ik zie dat wel vaker, van die sleutelbossen versierd met prullaria die iets zeggen over de eigenaar. Moeders met de resultaten van hun scooby doo-touwtjes knopende telgen, mannen met logo’s van auto’s of voetbalclubs, zwaarlijvigen met schildjes met teksten als ‘I’m fat, you’re ugly, I can go on a diet’ en ga zo maar door. In dat licht bezien, vraag ik me toch af wat de bezitters van de nieuwste Chinese rage willen uitstralen. “Hallo, ik heb het verstand van een goudvis”?

Een sleutelhanger met een echte vis of een echt schildpadje erin. Nee, niet eentje in de vorm van vis of schildpad, maar een levend wezentje in een luchtdicht plastic omhulseltje dat je samen met je sleutelarsenaal in je broekzak of tas stopt. Absurd? Dacht ik ook. En toch heeft het als noviteit zijn intrede gedaan op Chinese metrostations. Je eigen levende sleutelbewaarder, voor omgerekend slechts 50 euro cent per stuk. Plus altijd je huisdier op zak. Letterlijk. Een soort Tamagotchi, maar dan van vlees/vis en koud bloed. En we weten allemaal wat er met die Tamagotchi’s is gebeurd. Hier ontgaat de logica me even. Eerst komen er elektronische huisdieren op de markt die je door op knopjes te drukken in leven moet houden, anders gaan ze dood. En nu komt zoiets bruikbaars als een sleutelhanger op de markt met een levend wezen erin dat bij normaal gebruik wel een maand in leven blijft. Zegt de fabrikant. In de praktijk blijkt dat maar een paar dagen te zijn. En dan loop je dus met een dode vis in je zak rond. Snap jij het nog?

Dieren doen het altijd goed bij ons mensen. Niet alleen als huisdier, maar ook als modeaccessoire. Ondanks dat we hun spannende velletjes prima kunnen reproduceren, gaan we toch steeds weer over het randje. Hebben we net de Cruella de Vils naar de hel verbannen, paradeert Paris Hilton ineens over de rode loper met haar nieuwe modegrilletje: jawel, een hondje. Op het randje, vind ik. Het randje waar een zekere Chinees ruimschoots overheen gaat. Want welke zieke geest bedenkt anno 2011 nou dat het cool is om met een levend wezen in een gebruiksartikel rond te lopen?

Het is dat ik niet zo van het kwaad met kwaad vergelden ben, maar als ik mijn fantasie de vrije loop laat, zie ik de maker van deze diersleutelhangers in een krap bemeten, hermetisch afgesloten bol, met net genoeg lucht en voeding voor een paar dagen aan een kabel door een walvis meegesleurd worden. Als hippe walvisgadget. Wreed? Absurd? Bij mij blijft het tenminste bij fantasie.