In het verleden werd al de vrees geuit dat de Chinese overheid zou meekijken bij TikTok. Onder meer de Ierse databeschermingsautoriteit opende een onderzoek naar het versturen van persoonlijke gegevens van Europese gebruikers naar China.
Elf fracties in de Tweede Kamer willen dat het kabinet Tiktok oproept om te stoppen met het delen van gegevens van Europese gebruikers met Chinese medewerkers. Het socialemediaplatform kondigde woensdag aan dat vanaf 2 december nieuwe privacyregels ingaan.
Medewerkers in China krijgen vanaf die datum toegang tot de data van gebruikers in de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk. Het is aannemelijk dat de Chinese overheid ook mee kan kijken.
Eerder onthulde 'Forbes' al dat 300 Tiktokmedewerkers voor de Chinese overheid werken of gewerkt hebben.
Tiktok verzamelt diverse data van de gebruiker zoals naam, geboortedatum en telefoonnummer, maar ook de filmpjes, foto's en berichten én degegevens van contacten van de gebruiker. Meer hierover bij Trouw.
Minister Sigrid Kaag wil dat banken gaan samen werken om alle transacties van 100 euro of meer te monitoren bij verdachte personen of bedrijven. Dit zou, volgens Sigrid, ervoor moeten zorgen dat terroristen en witwassers sneller worden opgespoord. Omroep Powned merkte dat niet iedereen daar hetzelfde over denkt.
Het was al langer de droom van de hoogbejaarde Fleur uit Den Haag, en deze week was de rijles zover. Dankzij haar zus kroop ze achter het stuur van een DAF. Omroep West keek mee.
Is er een mooiere spelersnaam dan Socrates? Misschien Pitbull Erasmus. En dan gaat het niet over Edgar Davids (De pitbull). Voluit is de volledige naam van Socrates nog mooier; Sócrates Brasileiro Sampaio de Souza Vieira de Oliveira. Daar zou zelfs Evert ten Napel zijn tong over breken.
Zware misdaad tast in toenemende mate onze veilige samenleving en open economie aan. De internationale drugshandel gaat gepaard met grote sommen crimineel geld, grof geweld en intimidatie. Onze democratische rechtsstaat is de naïviteit voorbij en moet worden verdedigd. De strijd tegen de georganiseerde en ondermijnende criminaliteit wordt op alle fronten opgevoerd: vanuit de opsporing, met internationale partners en betrokkenheid van de hele samenleving. Dat schrijft minister Yeşilgöz-Zegerius van Justitie en Veiligheid vandaag aan de Tweede Kamer
"Criminele kopstukken opsporen, daar zijn we goed in. De Nederlandse opsporingsdiensten behoren tot de wereldtop. Dankzij het kraken van versleuteld berichtenverkeer hebben we samen met internationale partners de zware misdaad een slag toegebracht. Om ook de onderliggende criminele netwerken kapot te maken en Nederland zo onaantrekkelijk mogelijk te maken voor de georganiseerde misdaad moeten we volgende stappen zetten. Dat doen we in onze havens die criminelen willen misbruiken voor drugssmokkel, in onze wijken om te voorkomen dat jongeren worden geronseld en met effectievere instrumenten in de opsporing door bijvoorbeeld de kroongetuigenregeling te verbeteren", aldus minister Yeşilgöz.
Deze kabinetsperiode wordt fors geïnvesteerd in de strijd tegen georganiseerde en ondermijnende criminaliteit. Vanaf dit jaar gaat het om 375 miljoen euro incidenteel geld (verdeeld over zes jaar) en vanaf 2025 jaarlijks bijna 700 miljoen euro. Hiermee kan structureel de opsporing en strafrechtketen worden versterkt en de samenwerking worden gezocht met andere partners. Zoals de financiële sector, de Belastingdienst en de FIOD met aanpakken crimineel vermogen. Met gemeenten, scholen en jeugdwerk in het voorkomen dat jongeren grote criminelen worden. En met ondernemers, omdat criminelen graag misbruik maken van onze goede economische infrastructuur. Verder is voor het behoud van onze democratische rechtsstaat een absolute voorwaarde dat in de frontlinie van de strijd mensen ook beter worden beschermd tegen de agressie van de zware misdaad. Daarom wordt ook geïnvesteerd in het versterken en moderniseren van het stelsel van bewaken en beveiligen.
Kroongetuigenregeling
Een van de volgende stappen in het effectiever opsporen en vervolgen van zware criminelen is volgens minister Yeşilgöz het verbeteren van de kroongetuigenregeling. De inzet van kroongetuigen heeft de afgelopen jaren een belangrijke bijdrage geleverd aan grote opsporingsonderzoeken en vervolging van zware criminelen. Door middel van de verklaringen van getuigen die zelf betrokken zijn geweest bij een crimineel netwerk komt informatie naar boven van binnenuit de onderwereld: over de sleutelspelers, hun liquidatieopdrachten en over andere ernstige criminele activiteiten.
Minister Yeşilgöz wil de regeling toegankelijker maken voor een andere categorie kroongetuigen. Niet zozeer om het instrument veel vaker in te zetten, maar vooral om meer belangrijke mogelijkheden voor de opsporing te creëren. De huidige regeling is nu vooral interessant voor grote criminelen, die een lange gevangenisstraf boven het hoofd hangt. Zij kunnen een maximale strafvermindering krijgen van 50 procent. Maar de relatief minder zware criminelen kunnen ook een cruciale kennispositie hebben.
De kleinere vissen en helpers in het criminele circuit, zoals financieel experts of een sleutelfiguur voor drugssmokkel via zeehavens, kunnen over waardevolle informatie beschikken waarmee hele netwerken in de zware misdaad onderuit gehaald kunnen worden. Een halvering van de gevangenisstraf blijkt voor minder zware criminelen echter vaak niet op te wegen tegen de nadelen en risico’s bij het verklaren over andere criminelen. Om de kleinere vissen ook in het kroongetuigensysteem te krijgen wil de minister een ruimere strafvermindering mogelijk maken voor de groep met lagere strafeisen in het vooruitzicht (maximaal zes jaar gevangenisstraf). De verklaring moet dan wel zodanig bijdragen aan de opsporing en vervolging van ernstige misdrijven dat dit de strafvermindering voor de kroongetuige rechtvaardigt. Verder worden meer kaders ingebouwd voor meer transparantie en waarborgen bij de inzet van het instrument en ook voor het geval een kroongetuige zich niet aan de afspraken houdt.
Een 29-jarige man uit Veldhoven krijgt 30 maanden cel, waarvan 10 maanden voorwaardelijk, voor zijn rol als agressor bij een poging tot doodslag tijdens een stapavond in Eindhoven. De rechtbank Oost-Brabant veroordeelde een 25-jarige man uit Den Haag tot 18 maanden cel, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, voor zijn aandeel in het geweld. Een 20-jarige Eindhovenaar krijgt 200 uur werkstraf en 3 maanden voorwaardelijke celstraf.
De verdachten kregen het in november 2021 op het Catharinaplein aan de stok met een man en gingen keer op keer opnieuw op hem af om klappen en schoppen uit te delen. Op het moment dat het slachtoffer bewegingloos op de grond lag, bleven de mannen uit Veldhoven en Den Haag hem slaan en schoppen. Uiteindelijk gingen ook zij er vandoor en lieten ze het slachtoffer achter zonder hem te helpen of hulp in te schakelen. Het slachtoffer kwam er vanaf met relatief lichte verwondingen.
Volgens de rechtbank maakten de twee mannen die schopten en sloegen terwijl het slachtoffer roerloos op de grond lag, zich schuldig aan een poging tot doodslag. Zij aanvaardden namelijk de aanmerkelijke kans dat het slachtoffer door hun schoppen en trappen zou overlijden. De Eindhovenaar had zich op dat moment al gedistantieerd van de groep. In zijn geval is er volgens de rechtbank sprake van een poging tot zware mishandeling. Hij werd vandaag ook veroordeeld voor openlijk geweld tegen een ander slachtoffer door hem in september vorig jaar te schoppen en te slaan.
Zwaardere straf
Bij het bepalen van de straffen heeft de rechtbank rekening gehouden met het aandeel dat de verdachten hadden in het geweld. De man uit Veldhoven was de grootste agressor, van hem ging het meeste geweld uit. Hij krijgt dan ook een zwaardere straf dan de Hagenaar. De Veldhovenaar krijgt bovendien een zwaardere straf dan de officier van justitie twee weken geleden eiste, omdat die eis (26 maanden cel, waarvan 8 maanden voorwaardelijk) onvoldoende recht doet aan de ernst van het delict.
De rechtbank koppelt aan de voorwaardelijke celstraffen een aantal bijzondere voorwaarden. Zo krijgen alle verdachten een meldplicht bij de reclassering en moeten ze meewerken aan begeleid wonen. De man uit Veldhoven mag daarnaast geen alcohol drinken en geen contact zoeken met het slachtoffer.
De Iraanse president Raisi heeft demonstranten in zijn land gewaarschuwd om niet door te gaan met de protesten. Iedereen die zelfs maar de geringste inbreuk op de veiligheid pleegt, moet weten dat ze in de richting van de vijanden van de islamitische revolutie gaan, zei hij in een toespraak ter gelegenheid van de 43e verjaardag van de bestorming van de Amerikaanse ambassade in Teheran.
De Iraanse president gaf opnieuw de Verenigde Staten de schuld van de huidige onrust in het land. In Iran vinden al wekenlang demonstraties plaats tegen de repressieve koers van het mullah-regime. Volgens mensenrechtenorganisaties zijn tijdens de protesten meer dan 280 mensen gedood en 14.000 demonstranten gearresteerd.
Toen de Amerikaanse ambassade in Teheran 43 jaar geleden werd bestormd, werden 52 Amerikanen gegijzeld en 444 dagen vastgehouden.
De rechtbank Rotterdam heeft de Stichting Rookpreventie Jeugd in het gelijk gesteld in de procedure die zij voerde tegen de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). De Stichting had de NVWA gevraagd om handhavend op te treden tegen de zogenoemde sjoemelsigaret.
Zij voert aan dat rokers van filtersigaretten veel meer van de schadelijke stoffen teer, nicotine en koolmonoxide binnenkrijgen dan op grond van de Europese Tabaksrichtlijn (Richtlijn 2014/40/EU) is toegestaan.
Meetmethode
Dat komt volgens hen doordat de in de Tabaksrichtlijn voorgeschreven methode voor het meten van de hoeveelheid teer, nicotine en koolmonoxide tekortschiet. In die methode wordt namelijk geen rekening gehouden met de kleine gaatjes die fabrikanten van filtersigaretten in het filter hebben gemaakt waardoor de in de Tabaksrichtlijn voorgeschreven rookmachine schone lucht aanzuigt en de hoeveelheid schadelijke stoffen wordt verdund. In de praktijk sluiten rokers die gaatjes grotendeels met hun vingers en lippen af.
Teer, nicotine en koolmonoxide
Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat bij metingen waarbij de gaatjes in het filter zijn afgeplakt, de gemeten waardes teer, nicotine en koolmonoxide van alle filtersigaretten veel (2 tot 20 keer) hoger zijn dan op grond van de Tabaksrichtlijn toegestaan. De NVWA heeft het verzoek om handhavend op te treden echter afgewezen omdat zij stelt gebonden te zijn aan de meetmethode die is voorgeschreven in de Tabaksrichtlijn.
Hof van Justitie
De rechtbank heeft zogenoemde prejudiciële vragen gesteld aan het Hof van Justitie van de Europese Unie, die door het Hof op 22 februari 2022 zijn beantwoord. Op basis van de door het Hof gegeven antwoorden, is de rechtbank van oordeel dat de meetmethode die is gebruikt om vast te stellen of in Nederland verkochte filtersigaretten voldoen aan de in de Tabaksrichtlijn gestelde grenswaarden voor teer, nicotine en koolmonoxide, niet voldoet aan de Tabaksrichtlijn.
De rechtbank komt tot dat oordeel omdat de Tabaksrichtlijn eist dat de hoeveelheid teer, nicotine en koolmonoxide wordt gemeten die vrijkomt bij het op de normale wijze roken van een filtersigaret. Met de voorgeschreven meetmethode wordt dat echter niet gemeten.
Handhaven
De rechtbank kan zelf geen andere meetmethode voorschrijven; die regelgevende bevoegdheid is van de Europese Commissie die dus een nieuwe meetmethode zal moeten voorschrijven. Voordat de Europese Commissie dat doet en de meetresultaten van die nog voor te schrijven methode zijn verkregen, is niet gewaarborgd dat de in Nederland verkochte filtersigaretten voldoen aan de grenswaarden voor teer, nicotine en koolmonoxide.
Gelet op het met die grenswaarden nagestreefde doel van een hoog beschermingsniveau voor de volksgezondheid, is de verkoop in Nederland van filtersigaretten in strijd met de Tabaks- en rookwarenregeling (waarin de Tabaksrichtlijn in Nederland is omgezet). Dat betekent dat de NVWA handhavend moet optreden tegen de verkoop van filtersigaretten. De rechtbank geeft de NVWA daarvoor een termijn van zes weken.
Onderwijsminister Dennis Wiersma is van mening dat er bij opening van een privéschool van te voren een snelle kwaliteitscontrole moet komen. Bij scholen die met overheidsgeld worden gefinancierd vindt dat al vanaf 2020 plaats. De lat om een school te stichten is daarmee bewust hoger gelegd en dat zou ook voor privéscholen moeten gelden. Wiersma wil een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer sturen om dit volgend jaar voor privéscholen te regelen.
Wiersma: “Omdat het van belang is om ook bij deze scholen te kunnen ingrijpen als sprake is van zorgelijke signalen”. De regels voor het oprichten van een publieke school zijn in 2020 aangescherpt.
Nu heeft een particuliere school tot vier weken nadat de lessen zijn begonnen de tijd om te melden dat de school is opgericht. Meer hierover bij WNL.
De 78-jarige vrouw die woensdagnacht overleed in het Jeroen Bosch Ziekenhuis in Den Bosch kwam om het leven na een 'handgemeen' met een vrouw van 81. Dat meldt de politie. Het slachtoffer lag in haar bed toen de andere patiënte haar kamer inkwam. Het slachtoffer viel na een ruzie op de grond en kwam te overlijden. De politie heeft de zaak in onderzoek. Omroep Brabant maakte een verslag.
De meeste huishoudens kunnen in 2023 iets meer lenen voor de aanschaf van een woning, als rekening wordt gehouden met de verwachte loonstijgingen. Voor tweeverdieners telt het tweede inkomen vanaf 2023 volledig mee bij bepaling van de maximale hypotheek. Daarnaast is het kabinet van plan de normen in 2024 aan te passen voor het meewegen van studieschulden en de energiezuinigheid van de woning.
Hugo de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening: “De meeste huishoudens kunnen volgend jaar verantwoord iets meer lenen voor een woning. Dit komt vooral door de verwachte loonstijgingen en de koopkrachtmaatregelen van het kabinet. Het is belangrijk dat mensen een huis kunnen kopen dat zoveel mogelijk past bij hun wensen en persoonlijke situatie. Tegelijkertijd moeten huishoudens voldoende geld overhouden voor andere essentiële uitgaven als boodschappen en energie. De jaarlijkse actualisatie van de leennormen is een goed systeem om te voorkomen dat huizenkopers te veel lenen en hun hypotheek niet meer kunnen betalen.”
Maximale leenruimte
Indien rekening wordt gehouden met de door het CPB verwachte loonstijging van 3,7% en een gelijkblijvende rente, kunnen de meeste huishoudens volgend jaar iets meer lenen. Zonder loonstijging daalt de maximale leenruimte voor alle huishoudens. Wijzigingen in de hoogte van de rente hebben ook invloed op de hoogte van de hypotheek. Het afgelopen jaar is de hypotheekrente fors gestegen wat een negatieve invloed heeft gehad op de maximale hoogte van de hypotheeklening. Zoals gebruikelijk heeft het kabinet de leennormen voor 2023 vastgesteld op basis van het onafhankelijk advies van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud).
Volledig meetellen tweede inkomen
Hypotheekverstrekkers kunnen vanaf 2023 bij tweeverdieners het tweede inkomen volledig meenemen bij de bepaling van de maximale hypotheek. Het Nibud heeft dit geadviseerd. Dit jaar weegt het tweede inkomen nog voor 90% mee. Het zwaarder meewegen van het tweede inkomen van tweeverdieners voorkomt dat de leencapaciteit van tweeverdieners terugloopt als gevolg van de afbouw van de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting. De impact van deze wijziging op de leenruimte is beperkt. Tweeverdieners kunnen gemiddeld over alle inkomens zo’n € 3.200 meer lenen dan wanneer het tweede inkomen voor 90% wordt meegeteld.
Nieuwe methode meewegen studieschulden
Het kabinet heeft het voornemen om in 2024 over te stappen naar een nieuwe methode om de invloed van studieschulden op de leenruimte van oud-studenten te bepalen. In het coalitieakkoord is vastgelegd dat voor starters de actuele stand van de studieschuld bepalend wordt bij het aanvragen van een hypotheek. Dit moet oud-studenten die extra hebben afgelost meer ruimte bieden om te lenen.
Het Nibud constateert namelijk dat de huidige methodiek een accuraat beeld geeft van de maandelijkse lasten die horen bij een studielening wanneer een oud-student niet extra heeft afgelost – dus naast de reguliere aflossingen – op de studieschuld. Maar in situaties waarin wél extra is afgelost op de studieschuld kan de huidige methodiek leiden tot onnodige beperking van de leenruimte. Daarom adviseert het Nibud om de mogelijkheid uit te werken om per 1 januari 2024 over te stappen op een methode gebaseerd op de actuele maandlasten van de studielening.
Differentiatie leennormen naar energieverbruik
Het kabinet is van plan om vanaf 2024 bij de vaststelling van de maximale hypotheek meer rekening houden met het uiteenlopende energieverbruik van woningen. Bij de aankoop van een woning met een laag energieverbruik of bij het nemen van energiebesparende maatregelen, kan de consument verantwoord een hogere hypotheek aangaan. De maandelijkse energielasten zullen voor deze consument namelijk relatief laag zijn. Het Nibud adviseert om bij de uitwerking goed te kijken naar enkele punten rondom het gebruik van het energielabel. De ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en Financiën zullen deze punten samen met de sector uitwerken.
In 2021 zaten meer mensen in detentie dan een jaar eerder. Over een langere periode gemeten neemt het aantal gedetineerden juist af. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.
In 2021 zaten 29.370 mensen in detentie. Dat is een stijging van 8 procent ten opzichte van 2020, toen 27.300 mensen in detentie zaten. De coronamaatregelen van 2020 zijn van invloed geweest op het aantal gedetineerden dat jaar.
De afgelopen vijftien jaar is het aantal gedetineerden gedaald. In 2007 zaten bijna 48 duizend mensen in detentie. Dit is in lijn met de daling van de geregistreerde criminaliteit en de daling van het aantal mensen dat aangeeft slachtoffer te zijn geweest van traditionele criminaliteit.
Minder jongeren in detentie
De laatste zes jaar zaten minder jongeren (18- tot 25-jarigen) in detentie dan in de jaren ervoor. Het aandeel 45- tot 65-jarigen in detentie is toegenomen. Rond de 60 procent van de gedetineerden was tussen de 25 en 45 jaar oud.
Vaker langere gevangenisstraffen
De laatste jaren is het aandeel gedetineerden met een strafduur van een jaar of langer gestegen. In de afgelopen drie jaar had 66 procent van de gedetineerden een straf van een jaar of langer. In 2007-2009 was dat nog 55 procent. Vooral in 2020 kwamen minder mensen als gevolg van de coronamaatregelen in de gevangenis voor lichtere delicten.
Gedetineerden in oudere leeftijdsgroepen hebben over het algemeen een langere gevangenisstraf dan jongere gedetineerden. Zo had de helft van de gedetineerden van 65 jaar of ouder de afgelopen vijftien jaar een gevangenisstraf van drie jaar of langer. In de jongste leeftijdsgroep (18 tot 25 jaar) had 21 procent deze straf. Andersom hebben gedetineerden in de jongere leeftijdsgroepen vaker een korte strafduur dan oudere gedetineerden.
De helft van de gedetineerden had op 30 september 2021 een opgelegde vrijheidsstraf of vervangende hechtenis/dwangmaatregel. 40 procent van de gedetineerden zat in voorlopige hechtenis en 6 procent verbleef in een inrichting voor stelselmatige daders. Deze verhoudingen zijn nagenoeg constant gebleven de afgelopen vijftien jaar.
Aantal gedetineerden van 2011 tm 2021 (bron:CBS)
In de laatste week van oktober (week 43, 24 tot en met 30 oktober 2022) overleden naar schatting 3.350 mensen. Dat zijn er ongeveer net zo veel als in de week ervoor (3.327) maar meer dan verwacht voor deze periode. In heel oktober overleden bijna 1.800 mensen (16 procent) meer dan verwacht, er was oversterfte in alle vier de weken. De sterfte was vooral hoger onder Wlz-zorggebruikers en 65-plussers. Dat meldt het CBS op basis van de voorlopige sterftecijfers per week.
De sterftecijfers van oktober gaan over vier weken, week 40 tot en met week 43 (3 oktober tot en met 30 oktober 2022). In elk van deze weken lag het aantal overledenen boven de verwachte sterfte, en ook buiten het interval van gewoonlijke fluctuaties, zodat er sprake was van oversterfte. In september was er nog in drie van de vier weken sprake van oversterfte. Die maand overleden wekelijks gemiddeld bijna 200 mensen meer dan verwacht, in oktober is dat meer dan verdubbeld tot bijna 450 per week.
Sterfte in oktober vooral bij Wlz-zorggebruikers hoger dan verwacht
De sterfte bij mensen die zorg ontvingen in het kader van de Wet langdurige zorg (Wlz), zoals bewoners van verpleeghuizen en gehandicaptenzorginstellingen, was in week 43 iets afgenomen ten opzichte van de week ervoor. De sterfte onder de overige bevolking was op basis van de schatting juist iets toegenomen. Er overleden bijna 1.300 Wlz-zorggebruikers en ongeveer 2.050 mensen van de overige bevolking. Bij beide groepen was dit meer dan verwacht, en was er sprake van oversterfte.
In heel oktober overleden 1.000 meer Wlz-zorggebruikers dan verwacht. In alle vier de weken van oktober was er oversterfte en ongeveer 24 procent hoger dan verwacht. De sterfte onder de overige bevolking was in oktober ongeveer 750 hoger dan de verwachte sterfte. De sterfte lag eveneens in alle vier de weken buiten het interval van gewoonlijke fluctuaties en was bijna 10 procent hoger dan verwacht.
Hogere sterfte in oktober bij 65-plussers
De sterfte onder 80-plussers was in week 43 net iets hoger dan in de voorgaande drie weken: er overleden naar schatting bijna 1.900 mensen van 80 jaar of ouder. Dat zijn er bijna 300 meer dan verwacht voor deze periode, er is oversterfte. In heel oktober overleden ongeveer 1.150 meer 80-plussers dan verwacht voor die maand. In alle vier de weken van oktober was er oversterfte in deze leeftijdsgroep en was de sterfte 18 procent hoger dan verwacht.
Onder mensen van 65 tot 80 jaar overleden in week 43 naar schatting 1.080 mensen, ongeveer 175 meer dan verwacht. In heel oktober overleden naar schatting bijna 600 meer mensen van 65 tot 80 jaar dan verwacht, in alle vier weken was er oversterfte. De sterfte was 16 procent hoger dan verwacht.
De sterfte was onder mensen jonger dan 65 jaar in week 43 naar schatting 385, iets minder dan verwacht. Voor deze leeftijdsgroep was de sterfte in oktober iets meer dan de verwachte sterfte voor die maand. Er was in geen enkele week sprake van oversterfte.
Vooral oversterfte onder vrouwen in oktober
In week 43 overleden naar schatting 1.600 mannen en bijna 1.750 vrouwen. Voor beide groepen is dit meer dan verwacht en is er sprake van oversterfte. In heel oktober overleden ongeveer 750 meer mannen dan verwacht voor die maand. De sterfte onder vrouwen was in oktober bijna 1.050 hoger dan de verwachte sterfte. In alle vier de weken was er oversterfte, maar onder vrouwen was de oversterfte relatief hoger.
Sterfte aan COVID-19 tot en met juni bekend
De cijfers over de (over)sterfte zijn gebaseerd op de berichten over het aantal overledenen die het CBS dagelijks van gemeenten ontvangt. Deze berichten bevatten geen informatie over de doodsoorzaak. Die informatie ontvangt het CBS later via een doodsoorzakenverklaring. Voor alle overledenen tot en met juni 2022 is de doodsoorzaak bekend. Volgens deze cijfers overleden 44.760 mensen aan COVID-19 van maart 2020 tot en met juni 2022. Naast de coronapandemie is er vanaf half maart dertien weken lang een griepepidemie in Nederland geweest (RIVM).
Schatting week 43
De cijfers over week 43 van 2022 zijn een schatting gebaseerd op de aanname dat 82 procent van alle sterfgevallen een bericht is ontvangen. Vrijdag 11 november publiceert het CBS voorlopige cijfers over de sterfte in week 43. De cijfers zijn dan completer.
Vanochtend is het half tot zwaar bewolkt en vooral in noordelijke helft van het land komen enkele buien voor. Bij de buien is onweer niet helemaal uitgesloten. De wind waait op de meeste plaatsen uit het zuidwesten en is matig boven land. In het noordelijk kustgebied is de wind west tot noordwest en matig tot vrij krachtig.
Vanmiddag komen en nog steeds plaatselijk buien voor, verder is er ook af en toe zon. Het wordt ongeveer 12°C. De wind is matig, aan zee plaatselijk vrij krachtig en draait naar noordwest.
Vanavond wordt het op de meeste plaatsen droog, hoewel vooral het westen gevoelig blijft voor een bui. De wind draait van noordwest naar west en is matig, langs de kust soms vrij krachtig.
Komende nacht komen verspreid over het land nog enkele buien voor. De minimumtemperatuur loopt uiteen van 4°C in het oosten tot 9°C aan zee. De wind komt uit zuidwest tot west en is zwak tot matig, aan zee mogelijk af en toe vrij krachtig. (Bron: KNMI)
zo nu en dan bewolkt en winderig, ook op grotere hoogtes (Foto: Stephan5)
Jouw foto of filmpje bij het weerbericht? Mail hem naar weer@fok.nl onder vermelding van je username en waar je de foto (ongeveer) hebt gemaakt. Dan kom je 'm vanzelf tegen!