Efteling beleeft vuurdoop Vliegende Hollander
Een jaar na de aanvankelijk geplande opening beleefde De Efteling zaterdag alsnog de vuurdoop van De Vliegende Hollander. Het is met 20 miljoen euro de duurste en grootste attractie in de 55-jarige geschiedenis van het Brabantse pretpark.
Voordat De Efteling op 1 april de poorten voor het publiek opent, mochten genodigden en de media een eerste testrit maken. Een week eerder hadden de Nederlandse autoriteiten de laatste benodigde vergunningen afgegeven.
De Vliegende Hollander is een mix van achtbaan, waterbaan en een donkere, mistige tocht in een sloep langs fraai opgetuigde schepen uit het verleden. Bezoekers met een minimale lengte van 1.20 meter kunnen plaats nemen in een van de elf sloepen. De Vliegende Hollander heeft een capaciteit van 1900 personen per uur.
De Vliegende Hollander moet het eerste jaar 200.000 extra bezoekers trekken, zo hoopt directievoorzitter Ronald van de Zijl van De Efteling. Daarna zal het effect langzaam afnemen, zo verwacht de directeur. Hij benadrukt dat de toegangsprijs ongewijzigd blijft.
Van de Zijl liet nogmaals zijn ongenoegen blijken over het voornemen van het nieuwe kabinet om het btw-tarief voor pretparken met 13 procent te verhogen. Volgens de directievoorzitter is De Efteling met attracties als De Vliegende Hollander een 'oer-Hollands product'. "Het behoort tot het culturele erfgoed van Nederland. Wij willen net zoals theater en ballet worden ontzien. Met een prijsverhoging dupeert het kabinet alleen maar de Nederlandse gezinnen."