Boek: Jeffrey Wijnberg - Dat moet ik nog een plekje geven

Cindy

Jeffrey Wijnberg - Dat moet ik nog een plekje gevenDat klinisch psycholoog, psychotherapeut, schrijver en columnist Jeffrey Wijnberg, tevens de vader van de nieuwe hoofdredacteur van nrc.next, niet van de softe aanpak is, mag duidelijk zijn. Zijn vorige boek was sarcastisch en provocatief en in zijn nieuwste pennenvrucht zet hij deze lijn weer door. In Dat moet ik nog een plekje geven geeft hij zijn mening over de hedendaagse psychologie en rekent hij af met de modische termen die daarbij gebezigd worden.

Psychologie is niet voor mietjes
Wederom in goed gezelschap van stripfiguur Sigmund, als ware partners in crime, geeft Wijnberg zijn ongezouten mening over wat hij psychologische onzin noemt. Termen als ‘geen klik voelen’, ‘bagage meedragen’ en ‘valkuilen’ worden regelrecht naar de prullenbak verwezen. Ook maakt de Groninger in anderhalve pagina gehakt van het populaire boek ‘The secret’ van Rhonda Byrne, al zou dat ook alleen kunnen zijn om zijn onvrede te uiten over dat FC Groningen nooit landskampioen is geworden. Maar het is Wijnberg niet alleen om het afzeiken te doen. Tussen het sarcasme spreekt in sommige columns wel degelijk een serieuze boodschap. Zo geeft hij aan wat volgens hem de oorzaak is van slecht luisterende kinderen en legt hij uit dat de trend om dingen ‘los te laten’ niet altijd als positief gezien hoeft te worden. Dit alles wordt aangevuld en geïllustreerd met dialogen die hij in zijn praktijk heeft gevoerd en hoe hij  bepaalde dingen persoonlijk ervaren heeft.

Psychologische zwaartekracht
Je kunt Wijnberg niet verwijten dat hij niet nuchter is. Van moderne, zweverige psychologie moet hij niets hebben, maar van de ouderwetse stempel is hij ook weer niet. Zijn down to earth kijk op het gedrag van mensen is verhelderend en laat hem voorkomen als een eerlijk man met het hart op de tong. Dit zorgt er echter ook voor dat sommige uitspraken, hoe humoristisch omschreven ook, best hard aan kunnen komen. De meeste columns in Dat moet ik nog een plekje geven worden met een glimlach gelezen, maar bij een enkele slaat Wijnbergs sarcasme om in een belerende toon. Maar zoals hij in het hoofdstuk ‘Leuk als norm’ uitlegt: niet alles in het leven kan leuk zijn, je mag ook best eens ergens voor werken, of accepteren dat niet alle aspecten van iets leuk hoeven te zijn. Wie nu bang is na het lezen van Dat moet ik nog een plekje geven een depressieve kanarie te worden, mag van zijn/haar zweverige psychologiewolk afkomen en het boek gewoon eens lezen, om je weer met beide benen op de grond te krijgen.