“Nu stop ik écht!” (9)

Trudy (Zonnetje40)

De vorige aflevering lees je hier.

Pien is verliefd. Behoorlijk verliefd zelfs! En daardoor gaat ze de laatste paar weken met veel plezier en met een hart dat klopt vol verwachting naar haar werk. Tegenover de voordeeldrogisterij waar ze werkt heeft een pand lang leeg gestaan. Zij en haar collega’s waren wel benieuwd wat er nú weer in zou komen, want veel zegen lijkt er niet te rusten op de zaakjes die daar gestart worden. Een paar weken geleden kwam er leven in de brouwerij en een veelzeggende poster gaf blijk van een geweldige breakfast&lunch-zaak die binnenkort geopend zou gaan worden. De meiden van de drogisterij hebben er lacherig weddenschappen over afgesloten. “Ik geef ze een jaar!” had Pien geroepen, maar Tamara, Debbie en Sylvia denken dat de zaak het nog geen half jaar vol gaat houden. Chris, hun baas, moet er een beetje om lachen. “Laat ik dan maar vijf jaar zeggen, voor de positieve inbreng,” lacht hij.

Een paar dagen later komt de eigenaar van de broodjeszaak -zoals de meiden het maar gemakshalve zijn gaan noemen-  zich voorstellen. Hij koopt ook meteen wat schoonmaakmiddelen. Ook Pien krijgt een hand van de vriendelijke man. “Ik ben David Apperlo, leuk om kennis met je te maken!” Pien kan het niet helpen, maar ze voelt een kleur opkomen. Ze stamelt haar naam en kan zichzelf daarna wel slaan. Wat moet die man denken van haar? Maar ze kan er niks aan doen. De belangstelling die ze heeft voor de vorderingen van de broodjeszaak is over de top. Ze doet haar uiterste best om dit te verbergen voor haar collega’s, ze probeert ook om niet aan David te denken. Maar het helpt niet echt, dat hij zo’n drie keer per dag in de winkel komt met een vraag of een boodschap. En hij komt altijd naar haar toe.
Als er een feestelijke uitnodiging komt voor de opening van de zaak gaan ze er allemaal naartoe. Het is een prachtige zaak geworden, en de broodjes smaken voortreffelijk. Pien voelt zich als een magneet aangetrokken tot David, en ze merkt dat het wederzijds is, want ook hij zoekt haar gezelschap steeds weer op.
En na een tijdje merken haar collega’s het ook. Goedmoedige plagerijtjes volgen, en Pien lacht er maar een beetje om.

Sowieso gaat het heel goed met Pien. Toen het met Jos niet zo goed ging op school, en toen hij zijn ouders daar meer of min de schuld van had gegeven, toen heeft Pien een serieus gesprek met haar beide jongens gevoerd. Ze heeft zich daarin kwetsbaar opgesteld. Haar excuses aangeboden omdat ze zoveel drinkt. Ook heeft ze verteld wat voor strijd het voor haar betekent, steeds maar weer, om te stoppen met drinken, maar dat ze erg geschrokken is van de uitbarsting van Jos, en dat het laatste wat ze wil is dat haar kinderen zich voor haar moeten schamen. De jongens hebben ook aan haar gedrag gemerkt dat ze niet of nauwelijks meer drinkt. Heel af en toe in het weekend drinkt ze een wijntje, maar tot nu toe kan ze het prima in de hand houden. En dat levert aan alle kanten voordelen op. Ze gaat eerder naar bed, wordt ’s morgens met een helder hoofd wakker en ze heeft beduidend meer energie. Nu ze verliefd is heeft ze helemaal het gevoel dat ze de wereld aankan. ’s Morgens staat ze een half uur eerder op dan gebruikelijk om zich zo mooi mogelijk te maken. Al is ze iets aan de mollige kant, ze weet ook, dat ze mooie ogen en prachtig haar heeft. En nu ze bijna niet meer drinkt ziet ze er een stuk stralender uit.

In haar lunchpauzes gaat Pien tegenwoordig een broodje eten bij David in de zaak. Eigenlijk kan ze zich dat financieel niet veroorloven, en nam ze voorheen brood mee van thuis, maar ze wil hem zo graag zien. En vaak matst hij haar ook, dan heeft ze koffie gedronken, een broodje gegeten, en dan rekent hij maar twee euro, of zoiets. Met een vette knipoog geeft hij haar dan veel te veel wisselgeld, en weet dan altijd een verraste glimlach op haar gezicht te toveren. Ook komt hij vaak even aan haar tafeltje zitten als ze alleen is, en praten ze wat. Al snel komt ter sprake dat Pien gescheiden is en samen met haar ex-man door middel van co-ouderschap voor hun zoons zorgt. David blijkt ook single maar ‘getrouwd met zijn werk’ zoals hij zelf lachend beweert. Het is hard werken om een eigen zaak te hebben. Zodra het lukt wil hij wel personeel aantrekken, maar nu is het nog te onzeker, en doet hij het alleen, met een goede vriend van hem als achterwacht. De zaak gaat ’s morgens om zeven uur open, en steeds meer mensen blijken het heerlijk te vinden om te komen ontbijten, zodat ze thuis al die rompslomp niet hebben.
Als bij Pien ’s morgens de wekker afloopt, dan is het eerste wat ze denkt: “David is nu al een paar uur aan het werk.” Zijn zaak gaat om vier uur ’s middags dicht, maar ook dan heeft hij het nog druk met boodschappen doen voor de volgende dag en de administratie. Vaak vraagt hij aan Pien: “Kom jij bij me in de zaak, als ik het me financieel kan veroorloven? Ik ben toch veel leuker dan die baas van jou!” Pien lacht dan maar wat, maar voelt zich natuurlijk wel gevleid.

“Mam, morgenavond is die schoolmusical waar Koen en ik naartoe willen, weet je nog?” Ze zitten aan tafel. Pien knikt, terwijl ze macaroni op de borden schept. “Mogen we dan morgen uit school in de stad blijven en een patatje halen? Anders moeten we eerst naar huis, dan wachten tot jij uit je werk bent, en we moeten om zeven uur alweer op school zijn,” legt Jos uit. Pien denkt even na. Het klinkt wel logisch. “Of ik moet wat macaroni voor jullie bewaren, dat je het morgen even in de magnetron opwarmt?” bedenkt ze eerst. Ze heeft deze maand best wat geld uitgegeven, ze is naar de kapper geweest, heeft nieuwe kleren gekocht… en het duurt nog lang voordat haar baas weer geld zal storten. “Ah toe mam, voor één keertje? Mijn vrienden blijven ook allemaal op school, dat is toch juist vet!” probeert Koen.
Ach, wat maakt het ook uit. Als die jongens dat nou zo leuk vinden! “Oké dan, de man vijf euro, en de rest pas je maar bij van je zakgeld,” hakt ze dan de knoop door. “En na de musical kom je meteen naar huis hoor, anders wordt het echt te laat,” besluit ze. Natuurlijk knikken de jongens om het hevigst, ze willen alles wel beloven!

De volgende dag gaat Pien lunchen bij David. “Hebben jullie nou al een keer gezoend?” wil collega Debbie weten voordat Pien naar ‘de overkant’ gaat. “Schei toch uit, we vinden mekaar gewoon aardig,” lacht Pien, maar ze voelt een blos opkomen.
Het is rustig in de broodjeszaak, Pien is de enige klant. Zij vindt dat heerlijk, maar David maakt zich een beetje zorgen. “Het is té rustig Pien, ik ben dan zo bang dat de klanten zullen wegblijven.”
“Natuurlijk niet!” roept Pien stellig, terwijl ze in haar cappuccino roert. “Het ligt gewoon aan het weer. Als het zo regent, dan gaan mensen niet winkelen en dus ook niet lunchen. Als het droog is, dan stromen de klanten weer binnen, dat zul je zien!”
David lacht naar haar. “Je bent zo’n lieve vrouw,” zegt hij. En Pien bloost.
“Heb je anders zin om vanavond met mij een hapje te gaan eten?” De vraag van David komt toch nog onverwacht bij Pien. Even denkt ze na. Dat komt even goed uit, de jongens zijn naar de schoolmusical, dus waarom niet? “Dat lijkt me heel leuk!” antwoordt ze daarom ook blij.

Als Pien die avond de deurbel hoort, voelt ze zich net een schoolmeisje met haar eerste date. David ziet er keurig uit in zijn pak, en hij maakt haar een groot compliment over haar outfit. Pien heeft zich echt uitgesloofd om er zo mooi mogelijk uit te zien. Ze gaan naar een klein, intiem restaurantje, en David bestelt een fles wijn. Even bekruipt Pien een gevoel van paniek, maar ze besluit om niet moeilijk te doen en gewoon gezellig een glaasje mee te drinken. Ondanks het feit dat het eten heerlijk is, kan Pien bijna geen hap door haar keel krijgen. Haar handen voelen klam, haar keel droog, en ze is steeds maar zo trillerig over haar hele lijf. Ze drinkt toch wat te snel en te veel van de wijn. Maar David schijnt dat heel normaal te vinden. Steeds schenkt hij haar glas bij, en ook zijn tempo ligt aardig hoog, qua drinken. De sfeer wordt steeds intiemer. David pakt haar hand en speelt met haar armband. Dan kijkt hij haar aan. “Ik ben verliefd op je Pien,” zegt hij. Pien zegt zacht: “Ik ook op jou.”
Ze is bijna vergeten hoe heerlijk het is om gezoend te worden. En ze geeft zich er helemaal aan over. Als David de rekening heeft betaald willen ze nog geen afscheid nemen. In een gezellig cafeetje nemen ze nog een paar wijntjes. “Ik hou van een vrouw die net als ik van een Bourgondisch leven houdt,” fluistert David haar tussen twee zoenen door in het oor.
Dan geeft eigenaar van het café aan dat het tijd is om te gaan. Eén uur al! En morgen moeten ze allebei weer vroeg op.
“Nog een paar uurtjes, dan loopt mijn wekker af,” zegt David, en waarom weten ze niet, maar dat werkt enorm op hun lachspieren. Pien voelt zich heerlijk. Wat een geweldige man! “Ga je met mij mee naar huis?” waagt ze brutaal. “Die paar uurtjes kan je dan ook nog wel zonder slaap!” voegt ze er ondeugend aan toe.
David vindt het een goed idee. Maar ze gaan wel lopend, want autorijden, nee, dat gaat niet meer. Onderweg hebben ze steeds de slappe lach, en ze vinden echt ,dat er onder iedere straatlantaarn stevig gezoend moet worden. Het is al bij tweeën als ze het huis van Pien bereiken.

Pien steekt de sleutel in het slot en doet de deur open. “Drinken we eerst nog een wijntje?” vraagt ze aan David. Hij vindt het prima. In de gezellig woonkamer van Pien drinken ze nog wat, roken een sigaretje, en dan vraagt Pien aan David of hij ook zo verschrikkelijk moe is. Even kijkt hij haar niet-begrijpend aan, maar als hij haar ondeugende blik ziet, zegt hij: “O ja, ik ben ook heel erg moe. Heb jij toevallig een bed? Dan zou ik wel even willen gaan liggen.” Pien moet weer enorm lachen. Tjonge, wat een plezier heeft ze toch met deze man! Was Rob nou maar iets gezelliger geweest, dan… nee, nou niet aan Rob denken. Nu is ze met David.

Even later lopen ze schaterend van het lachen de trap op. Pien struikelt bijna op elke tree en David strompelt al net zo als zij. Dan gaat er ineens een deur open, boven. Een slaperig, boos en geschrokken jongensgezicht boven aan de trap. “Wat dóe je toch allemaal mam? Ik werd wakker van al die herrie!  O nee hè, je hebt weer eens teveel gezopen! Zie je nou wel, het is ook altijd hetzelfde hier!”
Totaal ontnuchterd blijft Pien als versteend op de trap staan. Nooit meer aan gedacht dat de jongens hier zijn, en niet bij Rob! O, dat komt natuurlijk omdat ze hier niet hebben gegeten. Ook David lijkt ontnuchterd. “Je hebt weer eens teveel gezopen?” citeert hij met opgetrokken wenkbrauwen Jos. “Waar bemoeit dat joch zich mee? Dat zal je toch zeker zelf uitmaken, het is jouw huis, jouw leven, waar haalt die knul het recht vandaan?”
“Misschien is het toch beter dat je gaat,” zegt Pien een beetje angstig. “Laat jij je door dat joch regeren dan? Je moet toch zelf weten met wie jij omgaat?”
“Je snapt het niet, echt, je kan maar beter gaan. Ik vond het een heerlijke avond, echt geweldig. Het is stom, dat ik er niet aan gedacht heb dat mijn jongens bij mij zijn en niet bij mijn ex.” Even blijft het stil. Dan haalt David zijn schouders op en zegt koeltjes: “Oké, zoals je wilt.” De voordeur slaat met een klap dicht.

Als Pien haar oor tegen de slaapkamerdeur van Jos aanlegt hoort ze onderdrukt gesnik. Ze doet de deur open en loopt naar het bed waar haar oudste zoon ligt. Ze weet niet wat ze moet zeggen. Het is weer eens uit de hand gelopen. Even legt ze haar hand op zijn hoofd en zegt ze zachtjes: “Je hebt gelijk. Ik heb ook veel teveel gezopen. Maar je moet je moeder geloven als ik zeg: Nu stop ik écht!”

De volgende aflevering leest u hier.