Het Hoerenstraatje

Francesca
Het Hoerenstraatje

Mijn ouders zijn al jaren gescheiden, na een huwelijk van bijna dertig jaar. Mijn moeder wilde het. Het ergst van alles is, dat het mijn schuld was, omdat ik zonodig naar het "theater" wilde.
Ja, het klinkt raar, maar geloof mij, het is echt mijn schuld.

Tegen mijn moeders zin, begon ik aan een avondopleiding, in een amateur-theater. Na afloop van de lessen begaven we ons direct naar de bar, in hetzelfde gebouw gelegen. Ideaal om daar het groepsgevoel te versterken, al zuipend en ouwehoerend, tot ver over twaalven. Flink aangeschoten, maar zeer tevreden kwam ik altijd thuis. Mijn moeder, stijf en puriteins opgevoed, zag er de lol niet van in. Daarom vertelde ik haar maar niet, waar precies ik tweemaal in de week te vinden was. Je moest geen olie op het vuur gooien, vond ik.

Het amateur-theater bevond zich op de eerste verdieping van een oud pand, in een doorlopende straat in het stadscentrum.
Met het pand zelf was niets mis, maar met de straat wel. Want die stond toen al niet zo goed bekend en werd door velen het Hoerenstraatje genoemd. Niet zonder reden natuurlijk.
De straat is eigenlijk niet meer dan een steeg en kent nog een paar historische waarden. Wil je richting amateur-theater moet je in het midden zijn, net na de plek waar de steeg zich vernauwt, waar het eeuwig naar pis en andere gruwelijkheden stinkt.
De steeg lijkt te eindigen bij een boog, een eeuwenlang bewaard gebleven staaltje vakmanschap, maar daarachter kom je in een bijzonder vacuüm terecht. Eeuwenoude stilte heerst daar. Overdag tenminste.
Voor een slimme, maar louche zakenman bleek het een perfecte locatie voor zijn snode plannen. Hij had zijn oog laten vallen, op enkele, dramatisch vervallen panden.
Eerst moest hij de gemeente plechtig een grondige renovatie beloven, daarna pas mocht hij de drie naast elkaar gelegen panden zijn eigendom noemen. Alles verliep zonder problemen, die kwamen later pas. De gemeente had geen poot om op te staan. De zakenman had immers niet gelogen.
Hij had er een smak geld tegenaan gegooid. Maar met de dames van lichte zeden die daarna zelfverzekerd hun intrek namen, had de gemeente geen rekening gehouden.
Gehuld in traditionele kledij en met berekenende blik, posteerden zij zich ongegeneerd voor de gerenoveerde ramen. Een elektricien vervolmaakte dit toonbeeld van bandeloosheid door de verlichting aan te passen: de rosse buurt was een feit, het geld stroomde binnen en de mannen toe.

Niemand hoefde er persé langs, je kon het amateur-theater ook via de andere kant van de steeg bereiken en vice versa. Maar waarom omlopen? Door die steeg, dat was veel korter. Ook ik had het recht om daar te lopen, net als ieder ander.
Vroeg in de avond was het meestal rustig, maar na middernacht wemelde het van de mannen, in alle soorten en maten. Tweemaal per week spitsroeden lopen, in het pikkedonker geile mannetjes passeren, oneerbare voorstellen aanhoren, het viel niet mee, hoor.
Raar maar waar: aan de begerige blikken, kotsende dronkelappen en trillende, smekende junks, raak je gewend. Zelfs aan de "gewone" mannen, die zich beschaamd verscholen in de donkere schaduwen van de huizen. Als je het maar vaak genoeg ziet en meemaakt, wordt het "gewoon" en sta je er niet meer bij stil.

Na een jaar was het zover: mijn allereerste uitvoering. Alles verliep perfect en was onvergetelijk. Mijn ouders zaten op de eerste rij, hadden de hele avond plezier.
Daarom begreep ik het ook niet, waarom ze mij die nacht - ik had eerst flink feestgevierd natuurlijk - op die manier opwachtten: mijn moeder kaarsrecht op de bank, spierwit gezicht en op elkaar geperste lippen, mijn vader verdwaasd in zijn luie stoel, met een vreemde blik in zijn ogen. Het viel mij koud op mijn dak: scheiden gingen ze en daarmee basta!

Heel soms denk ik dat het kwam, omdat mijn moeder onvoorbereid door die steeg moest, dat "iemand" mijn vader herkende of zo, maar daar stoppen die idiote gedachten, meteen. Verder durf ik niet te denken. Nee, ik weet het zeker, die scheiding, het was écht mijn schuld...