Vrijdag in de Ikea

Jaap (portier)
Alleenstaanden, gezinnen, moeders met een uit-huis-gaand kind en andere formaties lopen langs de voorgestippelde route door de bekendste interieurwinkel van Nederland. De zoektocht naar die specifieke kast, een nieuw bed of gewoon een mooi douchegordijn levert een lijstje op van de meest fantasievolle Scandinavisch aandoende namen. Overal worden deurtjes, stoelen en bedden uitgeprobeerd en wordt er strijd geleverd tussen de Bjorn en de Billy. Door de speakers schalt om de paar minuten een vriendelijke vrouwen- of mannenstem die de ouders van Bram of Annemiek vriendelijk verzoekt om hun kind op te komen halen bij de ballenbak. Ik heb persoonlijk nog nooit twee ouders op zien schrikken om zich naar de desbetreffende balie te begeven. Het zal wel een complot zijn, of een bandje.

Als je tot de gelukkigen behoort die weet wat ze nodig hebben mag je gewapend met je lijstje je naar het magazijn begeven. Vakkundig personeel zorgt ervoor dat de Stolmen of de Lillehammer van de torenhoge stellages gelicht worden. De rechthoekige dozen waar onmogelijk een heel bed in kan zitten stapel je op op je vliegveldwagentje. De tocht langs de kassa is lang en je ziet over de rolband bij de verschillende kassa’s de meest vreselijke douchegordijnen en lampen langskomen. De pinautomaat lacht je bankrekening uit en als je langs de woekerprijzen van de horeca-aangelegenheid loopt zie je nog kansarmere gezinnetjes zich te goed doen aan veel te duur appelgebak. Als je de pakketten in de auto hebt gepropt kan je met een voldaan gevoel de blauwgele horizonvervuiling verlaten door jezelf de parkeerplaats uit te wurmen dringt het besef pas tot je door dat je door het verlaten van die blokkendoos voor een verschrikking komt te staan waar de openhaard nog 2 jaar van kan branden.

Gewapend met een slingertje/moerenvastdraaisleuteltje stal je de verpakking uit op de grond. De plaatjes van de gebruiksaanwijzing lachen je toe. Met het showroommodel in je hoofd begin je vol goede moed aan de queeste van de woongigant. Vier uur en 78 plankjes later schittert je garderobekast je tegemoet en kan je trots de onverklaarbaar overgebleven 12 moertjes in de prullenbak mikken.

Hier wou mijn moeder vandaag naartoe.
Gelukkig brak haar besef vanmorgen door en gingen we niet.
Maar over een paar maanden ga ik op kamers en kan ik er niet onderuit.
Ik ben al in therapie.