Goedemorgen!

Voortaan werpt FOK-columnist Driek Oplopers bijna iedere ochtend een kritische blik op de actualiteit, om daarna een lastige vraag aan betrokkenen te stellen. In de eerste aflevering aandacht voor de hufters van de Party, die de borstkanker van Sylvie van der Vaart schandelijk uitbuiten:

Het aller-, maar dan ook allerlaagste metier in de journalistieke pikorde is de roddeljournalistiek. Nou ja, ieder zijn vak. Als blaadjes schrijven over televisiepresentator A die aan de borsten van soapie B heeft gezeten: ze doen maar. Ruzie tussen volkszanger C en zijn buurman: stop de persen! Blijkbaar is er een markt van zeer laag opgeleid paupervolk dat zulke blaadjes nog wenst te kopen ook. Mij best. Of toch niet?

We leven in een vrij land. Ik vind dat een roddelblad mag schrijven over de ruzie tussen twee zangeresjes, en ik vind dat dat soort nachtegaaltjes zelfs een medium mag worden geboden om elkander voor rotte vis uit te maken. Sterker nog, ik sta als columnist nu ook niet bepaald als fijnbesnaard te boek.

Maar er is een grens. Ernstige ziekte mag nooit worden misbruikt om de oplage van een roddelblad op te krikken. De Party lapt deze fatsoensregel aan zijn laars. Voetbalvrouw annex presentatrice Sylvie van der Vaart heeft borstkanker. Operatie. Chemokuur. Verschrikkelijk. Maar de Party vond het nodig, om op de omslag een bewerkte foto te plaatsen: Sylvie zonder hoofdhaar. Schandalig. Beledigend. Schunnig.

Mijn huisleverancier van leesvoer, schrijfgerei en rookartikelen is de Bruna in de Van Woustraat in Amsterdam. Op mijn verzoek heeft die winkel de Party uit de schappen gehaald. Goede actie! Een blaadje verbieden gaat me te ver, want de persvrijheid staat bij mij hoog in het vaandel. Maar winkeliers mogen zeggen “zulke rotzooi verkoop ik niet.”

Kunnen de directies van de Bruna, de AKO, de Primera, de Tabak&gemak, de Albert Heijn, de Dirk en noem maar op mij even laten weten, wanneer hun mailtje met de opdracht, de Party uit de schappen te halen, naar de filialen wordt verstuurd? De kordate actie van ‘mijn’ Bruna verdient navolging!