Oog in oog met Dinand... DEEL 2!

Ja, wie had dat ooit gedacht. Een vervolg op het Dinand verhaal. Nee, ik zelf ook niet… Dus ja, dat is dan toch wel weer leuk! Denk ik dan. In ieder geval. Meneer Dinand stond, voor de verandering, weer in de winkel!

Dit keer, had ik het pas écht heel erg laat door. Hij liep zeker al een tijdje in de winkel, want vanuit m’n ooghoeken zag ik al heel lang iemand in een zwarte outfit door de winkel zwerven. En toen ik even uit mijn concentratie raakte (ik was zo geconcentreerd bezig…) herkende ik ineens dat lichaam, en het gezicht. Oh, my, god. Hij was er weer. Hij was er OP MIJN LAATSTE WERKDAG. Dit kon gewoon geen toeval zijn. Weken heb ik met een gevoel van spijt rond gelopen dat ik niet met ‘m op de foto stond… En nu ineens. Stond ‘ie daar. M’n baas werd lichtelijk gek van mijn groupie gedrag. Hij vond het heel erg laag… Ik baalde dat ik niet met m’n andere collega stond die zelfs nog aanbood om een foto te maken. Want toen ik het voorstelde aan m’n baas… Verklaarde ‘ie me compleet voor gek. Jammer dan.

Even later verscheen het gezicht van Dinand dan eindelijk achter de toonbank. Hij was liever dan vorige keer. En dat baseerde ik alleen al op de manier waarop ‘ie gedag zei. Oh, my, god, wat ken ik ‘m toch goed. Anyway. Hij vroeg met z’n allerliefste stem of we niet de karton versie hadden van Catwalk Criminal. Oh, my, god. Hij kocht z’n eigen single. Two times. Ik vond het echt triest. Maar toen ‘ie met een lief lachend gezicht uitlegde dat ‘ie thuis een hele rij singles had staan met alle versies, vond ik het al minder triest. Het liefst had ik willen vragen: ‘Oh, mag ik het zien?’ Maar dat leek me toch een beetje teveel van het goede. Eerst die foto maar eruit slepen, dat was een beter plan.

Ik schraapte al de moed die ik in me had bij elkaar en toen ik ‘m het tasje met de singles, de cd (van Radiohead) en het bonnetje (dat ‘ie dit keer, heel cool, NIET zelf had gepakt) gaf, zei ik heel erg bescheiden: “Het is misschien een beetje een rare vraag… Maar wil je met mij op de foto?” De lach die toen op zijn hoofd verscheen zal me nog lang bij blijven. Het was geen uitlach-lach, maar gewoon een lach van: ‘Haha, dat ze dit vraagt… Wat lief…‘ M’n baas stond echt met een gezicht van: vraag je dat nou serieus? En ik huppelde naar achter om m’n camera te pakken. Met een big smile kwam ik terug, duwde ik de camera in de handen van m’n baas die de andere klanten even liet wachten. Ik ging naast Dinand staan, die door z’n knieën ging en heel dicht bij me kwam staan (OEH!). M’n baas vroeg: “En wil je nog een speciale achtergrond?” Waarop Dinand ging lachen en zei: “Ja, doe maar die exotische! Lijkt me wel wat!” M’n baas was van plan om een foto te maken op het moment dat Dinand lachte, maar aangezien ‘ie niet echt snapte hoe mijn camera werkte (het is ook zó intens moeilijk…) moest ik eerst nog he-le-maal uitleggen dat je wat langer moest drukken. Inmiddels had Dinand z’n serieuze look weer aangenomen en nu heb ik dus een foto met een big-smile-Biebz en een serieuze-Dinand. Ach ja. Het is iets.

M’n baas heeft ongeveer nog de hele avond geprobeerd te realiseren dat ik echt aan Dinand vroeg of ‘ie met me op de foto wilde. En zich er tegelijk aan geërgerd omdat ‘hij toch al met genoeg mensen op de foto moet, en precies JIJ, hem er dan ook nog eens mee moet lastig vallen in MIJN winkel’. Goed, uiteindelijk kon het me vrij weinig schelen wat ‘ie ervan vond. Ook al zei ‘ie aan het einde van de avond wel dat ‘ie het cool van me vond dat ik het serieus vroeg. Toch nog iets goeds gehoord van ‘m. Én natuurlijk de foto der foto’s. Ja ja, het is me dan toch gelukt, op de foto met Dinand Woesthoff. Wie had dat ooit gedacht.

Als ik nog bij de Free Record Shop had gewerkt, had ik volgende keer gevraagd of ik z’n single verzameling mocht zien. Maar helaas, dat zit er niet meer in. Bummer.