In Memoriam: B.B. King (1925 - 2015)

dekatophetspek

Gisteren is de legendarische bluesgitarist, componist en zanger B.B. King op 89-jarige leeftijd overleden. De muzikant, die werd geboren als Riley B. King, was een grote inspiratiebron voor velen en werd zelfs tot de drie beste bluesgitaristen ter wereld gerekend. In deze In Memoriam blikken we terug op het leven van de koning van de blues.

In Memoriam: BB King
In Memoriam: BB King

De jonge jaren
Riley B. King wordt op 16 september 1925 geboren op een katoenplantage in de buurt van het dorpje Itta Bena in Mississippi als zoon van de pachters Albert en Nora Ella King. Als Riley 4 jaar oud is gaat zijn moeder er vandoor met een andere kerel en wordt de kleine jongen vanaf dat moment opgevoed door zijn grootmoeder Elnora Farr in Kilmichael in Mississippi.

Als kind zong Riley al in het koor van de lokale baptistenkerk en als hij op 12-jarige leeftijd een gitaar krijgt van Bukka White, een neef van Rileys moeder, is het hek van de dam. Vanaf 1943 speelt Riley als gitarist in de populaire band St. John's Quartet, die vooral optredens verzorgd in lokale kerken maar ook te horen is op de radiozender WGRM in Greenwood, Mississippi.

BB King

In 1946 besluit Bukka White om naar Memphis, Tennessee te verhuizen en Riley besluit om met hem mee te gaan. Twee jaar later is King te horen in de radioshow van Sonny Boy Williamson op de zender KWEM in West Memphis en begint al snel naam te maken in de lokale scene. Riley gaat aan het werk als zanger en diskjockey bij de lokale radiozender WDIA en krijgt daar de bijnaam Beale Street Blues Boy en Blues Boy, dat uiteindelijk ingekort zou worden tot B.B. Als de jonge muzikant vervolgens ook nog een ontmoeting heeft met de op dat moment populaire T. Bone Walker weet hij dat zijn toekomst in de muziek ligt en dat hij op de één of andere wijze aan een electrische gitaar moet zien te komen.

Shake It Up and Go (1952)
Shake It Up and Go (1952)

De eerste opnames
Vanaf 1949 staat de muzikant onder contract bij het uit Los Angeles afkomstige RPM Records, een platenlabel van de broers Joe en Jules Bihari, waarop ook artiesten als Howlin' Wolf, Lightning Hopkins en Roscoe Gordon een aantal van hun platen uitbrachten. Veel van deze vroege opnames van B.B. King wouden worden geproduceerd door Sam Phillips, de latere oprichter van Sun Records. Datzelfde jaar verschijnt de eerste single van King getiteld 'Miss Martha King', een single die al snel weer uit de Amerikaanse hitlijsten is verdwenen. King richt zijn eigen band B.B. King Review op en begint te touren door de Verenigde Staten. King is met zijn band te zien in grote steden als Washington, Chicago, Los Angeles en St. Louis maar is ook vaak te zien in de kleinere clubs en kroegen in de zuidelijke staten van Amerika.

Als King op zekere avond een optreden doet in het plaatsje Twist in Arkansas ontstaat er in het publiek een gevecht dat een brand in de club veroorzaakt. Met gevaar voor eigen leven weet King zijn gitaar uit de vuurzee te redden. Later hoort de muzikant dat de twee mannen, die beiden bij de brand om het leven kwamen, om een vrouw genaamd Lucille vochten. King besluit om zijn gitaar Lucille te noemen om zo voor eens en altijd te onthouden dat het niet gezond is om te vechten om een vrouw of om een brandend gebouw in te rennen.

BB King 2
BB King en zijn geliefde Lucille

De grote doorbraak
In februari 1952 scoort B.B. King zijn allereerste nummer 1 hit met het liedje '3 O'Clock Blues', een nummer dat oorspronkelijk door Lowell Fulson werd uitgebracht in 1946. King zou al snel uitgroeien tot één van de toonaangevende namen in de Rhythm and Blues-scene en had een indrukwekkende lijst aan hits, met singles zoals 'You Know I Love You', 'Woke Up This Morning', 'Please Love Me', 'When My Heart Beats like a Hammer', 'Whole Lotta Love', 'You Upset Me Baby', 'Every Day I Have the Blues', 'Sneakin' Around', 'Ten Long Years', 'Bad Luck', 'Sweet Little Angel', 'On My Word of Honor' en 'Please Accept My Love'.

Waar King voorheen rond moest komen van zo'n 85 dollar per week verdiende hij nu een weekloon van zo'n 2500 dollar en kreeg hij de kans om op te treden in beroemde grote clubs, zoals het Howard Theater in Washington en de Apollo in New York. 1956 was een recordjaar voor King met maar liefst 342 concerten en een drietal opnamesessies. Datzelfde jaar richt King zijn platenmaatschappij Blues Boys Kingdom op, waarop platen van artiesten als Levi Seabury, The Five Stars en Milliard Lee verschijnen.

Levi Seabury - Boogie Beat (1957)
Levi Seabury - Boogie Beat (1957)

In 1962 tekent King een platencontract bij ABC-Paramount Records en brengt daar succesvolle albums op uit zoals Live at the Regal (1965), Blues Is King (1967) en Lucille (1968). In 1969 speelt B.B. King als openingsact bij de 1969 American Tour van The Rolling Stones waardoor hij bij een zo mogelijk nog groter publiek bekend wordt. Het daaropvolgende jaar ontvangt King een Grammy Award voor zijn single 'The Thrill Is Gone', waarmee hij zowel in de pop- als rhythm and blues-hitlijst een enorme hit scoort.

The Thrill Is Gone (1969)
The Thrill Is Gone (1969)

When Love Comes to Town
Vanaf de vroege jaren tachtig treed King zo'n 300 keer per jaar op en is ook een graag geziene gast in diverse televisieprogramma's. In 1988 bereikt de muzikant een nieuwe generatie muziekliefhebbers als hij te horen is in het liedje 'When Love Comes to Town' op het album Rattle and Hum van de band U2.

When Love Comes To Town (1988)
When Love Comes To Town (1988)

Ook is King in 1998 te zien in de film Blues Brothers 2000, waarin hij samen met Eric Clapton, Dr. John, Koko Taylor en Bo Diddley in de fictieve band The Louisiana Gator Boys speelt. Twee jaar later zouden King en Clapton het album Riding With the King uitbrengen.

BB King 3

In 2006 zou King beginnen aan een grote afscheidstournee. Met de Noord-Ierse gitarist Gary Moore als voorprogramma was de legendarische bluesartiest te zien op toonaangevende festivals zoals het Blues At Sunset-festival in Zwitserland en het Montreux Jazz Festival. Op dat laatste festival jamde King met een zeer indrukwekkende band, bestaande uit Joe Sample, Randy Crawford, David Sanborn, Gladys Knight, Lella James, Andre Beeka, Earl Thomas, Stanley Clarke, John McLaughlin, Barbara Hendricks en George Duke.

BB King in het Witte Huis
BB King in het Witte Huis

De laatste jaren
In de laatste jaren van zijn leven was King nog regelmatig te horen op platen van onder meer Ivan Neville's DumpstaPhunk, Cyndi Lauper, Buddy Guy en rapper Big K.R.I.T. Ook stond de muzikant in 2011 op het Glastonbury Music Festival en trad in het daaropvolgende jaar op in het Witte Huis, waarbij samen met de Amerikaanse president Barack Obama het nummer 'Sweet Home Chicago' werd vertolkt.

BB King op Glastonbury 2011
BB King op Glastonbury 2011

Op 3 oktober 2014 doet B.B. King een optreden in The House of Blues in Chicago, wat echter een vroegtijdig einde krijgt als de muzikant zich niet goed blijkt te voelen. De muzikant blijkt te lijden aan uitdrogingsverschijnselen en is bovendien oververmoeid. De laatste acht optredens van de tournee worden afgelast en de muzikant laat via zijn website weten dat hij naar zijn huis in Las Vegas is teruggekeerd om daar weer op krachten te komen.

Na nog eens tweemaal in het ziekenhuis te zijn opgenomen vanwege complicaties, die werden veroorzaakt door hoge bloeddruk en diabetes, maakte B.B. King op 1 mei 2015 bekend dat hij de laatste fase van zijn leven thuis bij zijn dierbaren wilde doorbrengen. Nog geen twee weken later blies de legendarische bluesmuzikant zijn laatste adem uit. De wereld heeft wederom een groot artiest verloren.