Nederlandse deelname aan de Olympische Winterspelen

5. Snowboarden

De laatse sport met Nederlandse kanshebbers is het snowboarden. Ieder jaar zijn er wel enkele Nederlandse snowboarders op de Spelen te vinden, en ook dit jaar is niet heel erg anders. Het snowboarden vindt plaats  in het Bokwang Phoenix Park, een skiresort net buiten Pyeongchang. Alle wedstrijden vinden plaats in de Koreaanse ochtend, wat dankzij een acht uur tijdverschil bij ons midden in de nacht is. Topfavorieten zijn er niet, maar leuk kan het zeker worden.

Kwalificatie

De kwalificatie werkt voor de snowboarddiciplines ongeveer hetzelfde als bij het skeleton. Er is een bepaald aantal plaatsen beschikbaar (verschilt per onderdeel) en deze worden aan de hand van de Olympische ranglijst verdeeld. Elk land mag maximaal vier atleten sturen. Per onderdeel mogen er tussen de 30 en 40 snowboarders deelnemen.

Ook hierbij hanteert het NOC*NSF een additionele eis. Wat deze eis is verschilt per onderdeel en plek in de ranglijst. De Olympische ranglijst wordt in drie delen gesplitst, waarbij de additionele eisen strenger worden voor de lagere plaatsen. Voor de hoogste plekken gelden er geen eisen, voor het midden geldt dat er minstens één top 8 of 12 resultaat moet zijn behaald, en voor de laatste plekken geldt dat een snowboarder minstens twee keer in de top 8 of 12 is geëindigd.

Wie maakt er kans?

De enige zekerheid die we hebben is dat Cheryl Maas dankzij een sterk begin van het seizoen naar de Spelen mag. Maas valt hoe dan ook niet meer uit de top 30, en heeft al aan de strengste nationale voorwaarden voldaan. Op het WK in maart 2017 eindigde ze op een zevende plek en dit seizoen is ze tot dusver constant in de top tien te vinden geweest. Een medaille is lastig, maar kansloos is het zeker niet. Verder waren de verwachtingen voor Babs Barnhoorn op hetzelfde onderdeel ook hooggespannen, maar Barnhoorn moest dankzij een blessure haar Olympische droom voor nu opgeven.

Maas in actie op slopestyle (Foto:Pro Shots / Henk Jan Dijks )

Michelle Dekker doet goede zaken op de reuzenslaom. Op de Olympische ranglijst staat ze momenteel tiende, wat geen verdere nationale eisen met zich mee brengt. Dekker heeft echter nog geen enkele top 8 notering gehad tijdens een wedstrijd, wat betekent dat ze niet uit de top 15 mag vallen om ook aan de nationale eisen te kunnen voldoen.

Voor Niek van Velden hangt alles af van de laatste wereldbekerwedstrijd op 12 december. Momenteel staat Van Velden 51e, waar een 40e plaats nodig is. Aangezien hij met een achtste en twaalfde plaats al aan de aanvullende eisen heeft voldaan, is een top 40 genoeg voor een Olympisch ticket. Omdat er nog twaalf atleten voor hem wegvallen door de limiet per land en omdat Korea ook nog een plek toegewezen krijgt staat hij omgerekend 39e. Bij de laatste wedstrijd moet Van Velden 150 punten verliezen op de omgerekend 41e plek om naast het ticket te grijpen; een zeer onwaarschijnlijke uitkomst als er geen rare dingen gebeuren.