Nationaal Jeugddebat 2012

Op maandag 23 april was het Nationaal Jeugddebat alweer toe aan de zeventiende editie. Deze editie zal de geschiedenis in gaan als een memorabele. ‘Dit is waarschijnlijk de eerste en enige keer dat het Nationaal Jeugddebat op dezelfde dag valt als het kabinet’ was een gehoorde kreet in de wandelgangen.

De middag werd geopend door NJR-voorzitter Andrea Bos. “Het is een bijzondere dag omdat dit het eerste debat is dat gevoerd wordt in de Tweede Kamer sinds het kabinet heeft aangekondigd zijn ontslag aan te bieden”, zei zij. “En we zijn blij dat de bewindslieden er toch zijn, ondanks al deze ontwikkelingen”.

De deelvoorzitter bij het eerste debat was PvdA Kamerlid Eeke van der Veen en na enkele huishoudelijke mededelingen begon het eerste debat. Het openingswoord van staatsecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner liet nog even op zich wachten.

Het openingsdebat ging tussen de fractie Groen en minister Spies en ging over agressie tegen werknemers met een publieke taak. Er is te veel agressie tegen werknemers met een publieke taak, waardoor zij hun werk minder goed kunnen uitvoeren. Fractie Groen wil dat aanpakken door een combinatie van oplossingen: de ‘Help de Helper on Tour’, een maatschappelijke stage, een noodknop en een App (applicatie).

Minister Spies luistert aandachtig naar het voorstel van Fractie Groen

Minister Spies was zeer gecharmeerd van het ‘Help the Helper on Tour’-idee. Daarbij gaan ervaringsdeskundigen in een bus het land door en informeren jongeren over het gevaar van agressie. De minister stelde zelfs voor om dat te combineren met de verschillende pilots die er nu al lopen over hetzelfde onderwerp. De minister had wel enkele vragen over de te ontwikkelen App waarmee gemakkelijk aangifte gedaan kan worden. Hoe moet die aangifte dan tot stand komen, kan dat op naam, of gaat dat anoniem? Ook begon minister Spies over drank en drugs als oorzaak van deze problemen.

Over de noodknop konden ze het echter maar moeilijk eens worden. “Het moet toch niet gekker worden, dat leraren op middelbare scholen met een noodknop moeten gaan rondlopen omdat ze niet meer bestand zijn tegen fysiek en verbaal geweld”, ageerde de minister.  Fractie Groen echter, stond erop dat er een noodknop voor leraren op scholen komt. De noodknop zou dan gecombineerd kunnen worden met de App om aangifte te doen. Beide partijen waren het grotendeels met elkaar eens,  maar minister Spies kreeg wel wat kritiek van de andere fracties. Voornamelijk om het feit dat ze bleef hameren op de drank en drugs als oorzaak voor de problemen.

Ook de applausmeter om het enthousiasme over een debat te meten was dit jaar weer van de partij, en rond het moment dat Premier Rutte bij de koningin het ontslag van zijn kabinet indiende, kwam de applausmeter in de Tweede Kamer tot 98 decibel. Voorzitter van der Veen maakte plaats voor Kamran Ullah, die de rest van de middag zou blijven.

Voorzitter Kamran Ullah

Inmiddels was staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner in de plenaire zaal gearriveerd om haar verlate openingswoord te doen. Ze praatte met een rauwe, vermoeide stem waardoor het leek alsof de commotie van de laatste dagen ook haar niet in de koude kleren was gaan zitten. “Het is vandaag een bijzondere dag, daarom kwamen we wat minder georganiseerd binnen dan oorspronkelijk gepland was”. Na een korte toelichting op de gebeurtenissen van de afgelopen weken benadrukte ze het belang van participatie van de jeugd in de politiek. “De kinderen van Nederland zijn de gelukkigste kinderen van de hele wereld”, zei ze. Daarna wees ze op de verschillende samenstelling van de aanwezige debaters. Kijkend naar een moslima uit fractie Blauw, vertelde ze met een kwinkslag dat ze het bijzonder vond dat ‘deze elegante mevrouw’ op de stoel van mevrouw Agema zat. “Aan u is de toekomst. Ik hoop dat jullie even proeven aan de grote verantwoordelijkheid, maar dat jullie ook genieten van de rijkdom die je gekregen hebt”.

Na het openingswoord volgde het debat tussen fractie Geel en staatssecretaris de Krom. Dat debat ging over perspectief op de arbeidsmarkt. In de praktijk blijken onderwijs en de arbeidsmarkt niet goed op elkaar aan te sluiten, ook niet in de technische sector. Dit is voor zowel werknemers als werkgevers een probleem. Onder het motto “jong geleerd is oud gedaan’ denkt fractie Geel denkt dat de oplossing ligt in een jongerenuitzendbureau. Daarbij moet de nadruk komen te liggen om werknemer en werkgever via social media bij elkaar te brengen. Workshops, stageplekken en meeloopdagen zijn allemaal dingen die tot de mogelijkheden behoren. Staatsecretaris de Krom vond het een goed idee, “de analyse die hier op tafel is gelegd deel ik volledig”, zei hij. Wel merkte hij op dat iedereen gewoon een uitzendbureau kan beginnen en hij vroeg zich af wat de toegevoegde waarde was.

Fractie Geel beargumenteerde dat dit een uitzendbureau voor jongeren, door jongeren is. Het uitzendbureau moet geleid worden door net afgestudeerde jongeren, die extra vertrouwen en motivatie geven. Zij hebben immers recent in dezelfde situatie gezeten en hebben ook een baan gevonden. De overheid zou daarvoor subsidie moeten geven, bovendien kan de staatssecretaris zijn invloed gebruiken om het idee ook echt uitvoerbaar te maken. De Krom was enthousiast en zegde toe dat hij het idee zal bespreken met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Vereniging van Uitzendbureaus. Geel zou graag bij die besprekingen aanwezig willen zijn, maar daar trapte de staatssecretaris niet in.

De staatssecretaris vroeg zich ook af of subsidie wel echt nodig is, eigen inbreng en initiatief vindt hij belangrijker dan subsidie. Wel wil hij alle initiatieven, waar hij kan, ondersteunen. Op de opmerking van de gele fractie dat er wel startkapitaal moet zijn om het geheel op te zetten, wees hij naar de startersregelingen die nu ook al voorhanden zijn. De discussie spitste zich een beetje toe op de subsidies, waarbij de jongeren aangaven juist geen commerciële organisatie te willen. “Bij een commerciële organisatie gaat het dan om de winst en niet om het uiteindelijke doel “.

Tot slot wilde de staatssecretaris een kleine poll houden en vroeg  wie van de aanwezigen later een technisch beroep wilde gaan uitoefenen. Toen er weinig respons kwam, zei hij geschokt: “Dat zijn er weinig, dat zijn er veel te weinig.” Om vervolgens nog een lans voor de technische beroepen te breken. Fractie Geel wilde graag spijkers met koppen slaan en vroeg hoe ze de staatsecretaris konden bereiken. Daarop grapte hij dat hij zich ‘onder druk gezet voelde’, maar dat hij in zeer besloten kring zijn telefoonnummer zou geven. De staatssecretaris kreeg enige kritiek uit de zaal vanwege het hameren op de subsidies. Maar na het uitwisselen van telefoonnummers gaf de applausmeter 95 decibel aan.

Na de pauze stond voorzitter Kamran Ullah even stil bij de gebeurtenissen van de afgelopen tijd. Hij prees het feit dat de politici op deze dag toch de tijd en moeite hadden genomen om bij het Nationaal Jeugddebat aanwezig te zijn.

Het volgende debat ging over de economische crisis. Waarbij fractie Rood de degens kruiste met VVD kamerlid Charlie Abtroot. Het probleem van de rode fractie was dat jongeren te weinig weten van de economische crisis. Uit eigen onderzoek van fractie Rood blijkt dat vier op de tien jongeren weinig tot niet op de hoogte zijn. De oorzaak ligt vooral bij de overheid, scholen en ouders. Zij lichten jongeren niet goed in over de gevolgen die de crisis heeft op hun toekomst. Ook worden jongeren niet of nauwelijks betrokken bij de besluitvorming over jongeren en daar moet iets aan gedaan worden. De oplossing ligt in de ontwikkeling van een App waarin jongeren op de hoogte worden gehouden over de economische ontwikkelingen. Daarnaast moet er een spelletje komen waarin jongeren spelenderwijs geïnformeerd worden en zelf ideeën kunnen aandragen. Dat moet mogelijk worden door het gebruik te maken van social media, bijvoorbeeld door regelmatig polls te organiseren.

Abtroot vond het ook spijtig dat jongeren ongeïnformeerd zijn en wil daar ook iets aan doen. Hij had wel moeite met het vingerwijzen naar de overheid, en vroeg hoe de fractie dit precies wilde invullen. In tegenstelling tot het Kamerlid denkt Rood dat een poll juist makkelijk te doen is door social media te benutten. Heel veel jongeren maken daar immers gebruik van. Abtroot dacht dat het misschien goed was om de App en de poll ook voor andere dingen in te zetten, waarbij het wel representatief moest zijn. “Hoe organiseren we het zo dat we een representatief beeld krijgen”, was zijn vraag aan de rode fractie. Fractie Rood benadrukte dat juist door het gebruik van social media een representatief beeld ontstaat. “Het onderzoek is gehouden onder meer dan duizend jongeren uit het hele land en dat zijn er al meer dan een gemiddeld onderzoek van Maurice de Hond. Dus het is zeker representatief genoeg”. De fractie stelde voor om in een vervolggesprek de puntjes op de i te zetten. Abtroot stemde toe en ook hier werden er telefoonnummers uitgewisseld. De applausmeter gaf aan dat de zaal dit een goed debat vond, want hij kwam 102 decibel.

Over het thema onderwijs en duurzaamheid ging de blauwe fractie in debat met Kamerlid Bas Jan van Bochove. Blauw legde de nadruk op verspilling van papier op scholen. “In dit digitale tijdperk moet dat toch anders kunnen”, was een van de statements. De oorzaak is onwetendheid van jongeren, en dat wil fractie Blauw veranderen. Het onderwijs moet meer aandacht aan duurzaamheid schenken en voorlichting geven, zodat jongeren daarin ook toekomstbestendig zijn. Daarbij is het gebruik van een tablet essentieel, vindt Blauw. “Tablets zijn goed voor het onderwijs, goed voor de portemonnee en bieden veel meer toegang tot informatie, bijvoorbeeld via het internet”, wisten de blauwen te melden. “Je kunt ze gebruiken bij huiswerk, presentaties en toetsen”. De fractie realiseert zich dat het gebruik van tablets kosten met zich mee brengt. Daarom moet er een vergelijkbaar systeem komen als het huidige boekensysteem.

Van Bochove onderschatte het gebruik van tablets niet en zei dat ze ook in de Kamer steeds meer gebruikt worden. Maar, zei hij, “het boek heeft zijn duurzaamheid bewezen. En er is eigenlijk geen uitvinding die zo duurzaam is als het boek”. Hij vroeg de fractie hoe zij die voorlichting zagen, en of het niet beter was om dat in iedere les in te bouwen, om niet boven de 1040 urennorm uit te komen.

Daarna vlogen de goede argumenten over en weer. Fractie Blauw heeft een enquête gedaan en daaruit blijkt dat 87 procent van de jongeren liever een tablet heeft dan een boek. “De kennis is er wel, maar het bewustzijn niet”, was een goede formulering. Ook zal door digitalisering de lesstof beter worden opgenomen. Van Bochove bracht daar tegenin dat tablets niet noodzakelijk zijn voor digitalisering, dat kan ook gewoon via normale computers. “Ik maak geen keuze tegen de tablet, ik houd een pleidooi voor een zorgvuldige afweging van het boek enerzijds en het benutten van digitale vormen anderzijds”, zei hij. Hij is wel voor investeren in het onderwijs, maar twijfelt over de tablets. Volgens Blauw is de tablet ook veel lichter, “een kind dat boeken naar school sjouwt, sjouwt gemiddeld zeven boomstammen naar school. Er zijn sporten waarbij boomstamgooien een Olympische sport is, dat kunnen wij de kinderen niet aan doen”. Van Bochove wilde zeker verder praten met fractie Blauw en het applaus van de dag was voor dit debat; met 105 decibel was dit het hardste applaus van de middag.

Tot slot het slotdebat waar alle fracties gezamenlijk in debat gingen met PvdA Kamerlid Lea Bouwmeester over stemrecht voor jongeren. Bouwmeester vroeg zich af wat het doel is van het verlagen van de stemgerechtigde leeftijd naar zestien jaar. Heel veel mensen in Nederland stemmen niet en onder jongeren leeft politiek al helemaal niet. “Dus wat heeft het voor zin om de leeftijd te verlagen als jullie toch niet gaan stemmen?”, was haar vraag aan de jongeren. Er waren veel verschillende meningen, er waren net zoveel debaters tegen het stemrecht, als voor.

Iemand was tegen het stemrecht omdat jongeren bijvoorbeeld niet veel van politiek afweten en daarom niet kunnen beslissen. Een ander was dan weer voor omdat er heel veel over jongeren beslist wordt, en dat jongeren daarom juist wel moeten meebeslissen. Weer een ander was tegen omdat ze dacht dat jongeren misbruik gaan maken van hun stemrecht en voor de grap op bijvoorbeeld de PVV gaan stemmen. “Sinds kort is de leeftijd voor autorijden ook naar zestien gegaan. Dat is een hele grote verantwoordelijkheid, dus waarom zou dat niet kunnen met stemmen?”, vroeg de fractie Blauw zich af.

Bouwmeester maakte complimenten aan de jongeren vanwege hun scherpte en slimheid in dit debat. Toch wilde ze nog meer argumenten horen. Fractie Geel vond dat jongeren die verantwoordelijkheid niet kunnen dragen omdat ‘de prefrontale cortex nog niet goed is ontwikkeld’, wat applaus uit de zaal opleverde. Ook werd aan Bouwmeester gevraagd waarom de nieuwe slogan van de PvdA, ‘Nieuwe Energie’, niet toepasbaar is op het stemrecht voor jongeren. Na een hoop voors en tegens, was Bouwmeester toch overtuigd geraakt en zegde toe te kijken of er iets van stemrecht voor jongeren in het verkiezingsprogramma van de PvdA kan worden opgenomen. “Nog niet voor de komende verkiezingen, want dat is te snel”, zei ze. “Maar ik hoor goede voorstellen”. Op de vraag van mevrouw Bouwmeester hoe jongeren dan naar de stembus gelokt moeten worden, kwamen uiteenlopende antwoorden. Er werd gepleit voor een stemplicht, en ook de social media werden weer aangehaald. Fractie Rood stelde voor om het stemmen aantrekkelijk te maken met een muziekje, een hapje en een drankje.

Afsluitend hield Bouwmeester nog een poll met de vraag wanneer de verkiezingen gehouden zouden moeten worden. De meerderheid van de debaters vond dat er zo snel mogelijk verkiezingen moeten komen. Daarna gaf ze aan zeker een aantal suggesties mee te nemen naar haar verkiezingsprogramma.

Na een afsluitend woord van de voorzitter van NJR werd de applausmeter voor de laatste keer dit jaar ingezet. En met 102 decibel kwam er een eind aan een historisch Nationaal Jeugddebat.

Bekijk ook de rest van de foto's op pagina 2.

Foto's: Bram Muller