CD: Fat Freddy's Drop - Blackbird

dekatophetspek

Bij het noemen van de termen dub en reggae zullen er weinigen zijn die aan Nieuw-Zeeland zullen denken. Toch is de uit Wellington afkomstige zevenmansformatie Fat Freddy's Drop met Blackbird alweer aan haar vijfde album toegekomen. Fat Freddy's Drop ontstond in de late jaren negentig toen muzikanten uit bands zoals The Black Seeds, TrinityRoots en Bongmaster regelmatig met elkaar jamden. Toen in 2003 de single 'Midnight Marauders' opnieuw werd uitgegeven door een Duits label, brak de groep internationaal door en toert sindsdien bijna elk jaar door Europa.

Fat Freddy's Drop - Blackbird

Fat Freddy's Drop is een band die een aanstekelijke mix maakt van dub, roots-reggae, soul, jazz en rhythm-and-blues, met hier en daar zelfs een snufje techno. Vier jaar na het zeer succesvolle album Dr Boondigga and the Big BW is het zevenkoppige gezelschap terug met een nieuw album. Als er één ding is dat meteen opvalt bij het beluisteren van Blackbird, dan is het wel het geimproviseerde karakter van de negen tracks op deze schijf. Met het titelnummer 'Blackbird', waarmee het album opent, wordt meteen duidelijk wat voor vlees we in de kuip hebben. De bijna tien minuten durende track laat ons een aangename combinatie horen van spacende dub-reggae en traditionele roots-reggae, waarbij een blazersselectie een grote rol speelt. Ook bij 'Russia' speelt rootsy dub de hoofdrol in een fijn stuk muziek die in geen enkele coffeeshop zou misstaan.

Na het jazzy 'Clean the House' is het tijd voor het trippy 'Silver and Gold', een nummer dat al eerder als single verscheen, als voorproefje voor dit album. De zon begint spontaan uit je speakers te schijnen bij deze swingende zomerse klanken. Bij 'Bones' ligt de nadruk wat meer op een verrassende mix van soul en jazz. Het dronerig opbouwende nummer komt langzaam op gang maar eindigt in een kakofonische climax waarna het nummer in alle rust tot een einde komt. 'Never Moving' doet wel een beetje aan als een liedje uit een obscure blaxploitation-film, maar dan wel in een modern jasje. Denk daarbij aan iets wat ergens tussen Zion Train en Underworld in zou passen. Ook 'Mother Mother' klinkt als een track die tijdens een jamsessie in de studio is ontstaan en waarbij we ook een beetje aan de band Faithless moeten denken.

Met 'Bohannon' zijn we dan alweer aangekomen bij het laatste nummer van deze zomerse plaat. 'Bohannon' met haar duidelijke discoritmes laat wederom horen, dat we met een stel door de wol geverfde muzikanten te maken hebben, die een breed scala van muziekgenres op hun repertoire heeft staan. We kunnen ons dan ook alleen maar voorstellen dat deze groep op een podium pas echt een sensatie en een feest voor muziekliefhebbers moet zijn. Wil je deze band een keer live aan het werk zien dan kun je zondag aanstaande naar het Mundial festival in Tilburg of op 7 juli naar het Pitch festival in Amsterdam, waar Fat Freddy's Drop ook op het programma staat.