Brammetje Baas

Brammetje Baas is anders dan de andere kinderen; hij is heel slim en hij wil uitvinder worden. Nu hij zes is mag hij eindelijk naar groep drie van de basisschool. Brammetje verheugt zich heel erg op groep drie maar het valt erg tegen. Hij kan zich moeilijk concentreren en stil zitten, de meester wordt daar boos om en ook van zijn ouders krijgt Brammetje op zijn donder. Op het moment dat alles tegen lijkt te zitten komt er een nieuwe meester.

Tamara Bos schreef het boek Brammetje Baas en nu ook het script van de Nederlandse film met de gelijknamige titel en ze mag trots zijn op het resultaat. Wat een heerlijke fantasierijke vrolijke film is het geworden in de handen van regisseuse Anna van der Heide. Brammetje (Coen van Overdam) vertelt zelf via de voice-over zijn verhaal vanuit zijn eigen perspectief; de film wordt hierdoor nooit neerbuigend. Coen Overdam speelt erg overtuigend en naturel waardoor je makkelijk meekunt in het verhaal en er door ontroerd raakt.

Voor kinderen blijft dit vooral een toffe, grappige, vrolijke film, maar ouders zien het onrecht en het verdriet van Bram die zichzelf steeds meer isoleert en op een gegeven moment ook niet meer naar school wil. Daarom is deze film niet alleen voor de kinderen leuk, maar ook voor de ouders. Vaak zie je in Nederlandse familiefilms een erg kinderlijke neerbuigende houding, in die valkuil vallen de makers van Brammetje Baas gelukkig niet waardoor de film aangenaam voor het hele gezin is.

Egbert Jan Weber geeft als meester Mark ook een frisse wending aan de film op het moment dat het triestige dieptepunt bereikt lijkt voor Bram. Gelukkig is er met de komst van de nieuwe meester weer hoop voor Bram en kan er weer gelachen worden. Ook Katja Herbers als Brams moeder weet te ontroeren in haar onmacht, daar waar Tjebbo Gerritsma als vader een beetje achterblijft. Maar de ster van deze film blijft Brammetje Baas zelf natuurlijk, Coen van Overdam steelt de show met zijn ontwapenende spel.