Mountain Bike Adrenaline

Tom (Pitom)
Games stellen ons in staat dingen te doen die voor velen in het dagelijks leven tot het onmogelijke behoren. Springen als Mario, skaten als Tony Hawk en knallen als een willekeurige shooterprotagonist zijn kunstjes die door een doorsnee aardbewoner niet zomaar kunnen worden uitgevoerd, totdat ze een videogame opstarten natuurlijk. Mountainbiken als een onbekende fietser lijkt niet direct in dit rijtje thuis te horen. De fietssport is immers niet heel spectaculair waardoor deze zich wat minder leent voor een game. Er zijn echter al een tal van andere sporten die zich ondanks hun alledaagse karakter hebben bewezen als geschikt gamemateriaal, helemaal ten dode opgeschreven is Mountain Bike Adrenaline dus niet.

Een sportgame valt of staat meestal met een natuurlijk aanvoelende besturing. Als we kijken naar de Tony Hawk serie vallen de hoge cijfers die de games binnenhalen te verklaren door de heerlijke souplesse waarmee je de skater aanstuurt. Invloeden uit deze skateserie zijn terug te vinden in MBA, maar helaas niet in de kwaliteit van de besturing en algehele afwerking. Je met O-benen gevormde fietser neemt als een weergaloze controle over de fiets, een beetje alsof het de eerste keer is dat hij daadwerkelijk een fiets aanraakt. Bij aansturing met de analoge stick zwabbert je fietser dwars door zijn zadel heen; animaties hebben ze bij ontwikkelaar Fresh3D blijkbaar niet hoog in het vaandel staan. Elementen zoals tijdelijke slow-motion en het kunnen springen met de daarbij behorende trucjes zijn allemaal erg leuk, maar worden door een chronisch gebrek aan snelheid de das omgedaan. Zelfs heuvelafwaarts is de snelheid van je tweewieler bedenkelijk laag. Telkens vraag je je af welk mountainbikemerk zo\'n ontzettende kutfiets heeft durven af te leveren. Het echte mountainbikegevoel, waarbij snelheid juist zo\'n belangrijke factor vormt, blijft door dit gemis de hele game uit.



De besturing wordt nog een stukje erger door vervelende manier waarop de levels zijn opgebouwd. Het zijn vrije omgevingen die vol staan met heuveltjes, struiken en keien. Continu knal je tegen deze landschapselementen op en zal je heel wat aan de analoge stick moeten frunniken om jezelf uit deze natuurrijke hel te bevrijden. Eenmaal op vastere ondergrond begint er zich dan wel weer een beetje snelheid onder de wielen te vormen, je crosst zelfs met een lichtelijk plezierig gevoel een heuveltje af, maar voor je het weet raak je weer verstrikt in een of andere struik en ben je al je snelheid kwijt. Obstakels zijn dan wel een wezenlijk onderdeel binnen de sport, maar op deze manier wekt het alleen maar agressie op. Ook het uitvoeren van trucjes wordt je zo aardig lastig gemaakt. Zonder voldoende snelheid is het namelijk moeilijk om voldoende hoogte te krijgen om een mooie draai in de lucht te maken.

De gameplay deugt niet, dus in welke modes het gegoten is doet er dan al eigenlijk niet meer toe. Toch hebben de makers meerdere gerechten verzonnen om ons dit misselijkmakende hapje toe de dienen. In de Stopwatch Mode dien je zo snel mogelijk van begin naar eind te komen. Als je liever leuke trucjes uit je hoge hoed tovert kan je terecht in de Arcade Mode. De echte zelfmartelaars vinden hun heil in de zeer frustrerende Challange Mode, waarin je via een trial-and-error systeem vervelende opdrachten moet voltooien. Tot slot is er de Freedom Mode, die vanwege de afwezigheid van opdrachten het minst erg is om te spelen.