Interview: Frost van Satyricon

Asta
Fortarock is in volle gang in het mooie Nijmeegse Park Brakkenstein en Fok! heeft een interview kunnen regelen met de drummer van Satyricon, Frost (Kjetil-Vidar Haraldstad) op deze zaterdag 11 juli. Satyricon is een Noorse black metal-band, wat geldt als een extreem subgenre binnen de metal-scene. Dit heeft deels te maken met de aard van de muziek zelf maar zeker ook met de veelal antichristelijke of ronduit Satanische teksten. Bovendien worden artiesten in dit genre nogal eens geassocieerd met zaken als nationaal socialisme, het in brand steken van kerken en zelfs moord. Dit onheilspellende imago wordt veelal versterkt door zogenaamde 'corpse paint', het beschilderen van het gezicht met zwart en wit, hoewel Satyricon hier tegenwoordig minder gebruik van maakt.

Opgericht in 1990 door Czral (Carl-Michael Eide) en Wargod (Vegard Blomberg) draait de band inmiddels geheel om Satyr (Sigurd Wongraven), die sinds 1991 de zang voor zijn rekening neemt en Frost, die vanaf 1992 toegetreden is als drummer. Deze twee-man sterke band maakt gebruik van sessiemuzikanten voor hun opnames en live optredens. Frost is als drummer goed bekend in het wereldje en heeft met vele bands samengewerkt, waaronder Keep of Kalessin, 1349 en het illustere Gorgoroth.

Al met al belooft dit interessant te gaan worden. Ik heb me dan ook grondig voorbereid op mijn praatje met Frost, heb netjes wat vragen klaar en sta ruim op tijd al te popelen om te beginnen. Helaas krijg ik een berichtje dat de band te laat is... of het na het optreden kan. Uiteraard zeg ik toe, want zo'n kans laat ik niet ontlopen, maar tegelijk besef ik ook dat er een verschil zal zijn tussen een artiest die zich aan het oppeppen is voor een aanstaand optreden en eentje die net een uur heeft zitten drummen. Wel heb ik zo de gelegenheid om het optreden van Satyricon te zien. Het is goed druk voor het podium en ondanks dat het raar is om black metal op klaarlichte dag te zien lijkt iedereen erg enthousiast. Jammer genoeg zie ik weinig van Frost, doordat er gretig gebruik wordt gemaakt van de rookmachine is zowel hij als het gehele drumstel veel aan het oog onttrokken.

Het interview staat uiteindelijk gepland voor 21.00 uur, een klein half uur na het einde van hun optreden en ik ben stipt op tijd aanwezig. Ik krijg echter te horen dat hij nog niet klaar is. Afwachtend sta ik voor een van de kleine backstage tentjes waarin hij zich bevindt. Af en toe lopen er sessiemuzikanten van Satyricon in en uit, waardoor het tentzeil wat verschuift en ik een glimp van Frost opvang. Hij staat zijn lange haar te borstelen.

Inmiddels is het 21.10 uur en ik mag het tentje in. Wel krijg ik te horen dat ik moet opschieten, ze moeten zo alweer weg. Ik heb tien minuutjes de tijd. Tien minuutjes om een veelbesproken drummer van een veelbesproken genre te interviewen. Ik schud netjes zijn hand, stel me voor en ga zitten op één van de twee klapstoeltjes die in het tentje staan. Hij blijft staan en neemt zich de tijd om nog even een shirt over zijn ontbloot bovenlijf aan te trekken. Hij is bleek en gespierd. Lang zwart geverfd haar met uitgroei. Paarse oogschaduw, zwarte mascara en eyeliner. Volgens mij ook nog een soort van witte poeder op zijn gezicht. Meer make-up dan ik, in ieder geval. Licht bruine ogen. Ik vraag me af of ik me geïntimideerd moet voelen nu ik daar zo zit en letterlijk tegen hem op kijk. Zou hij het bewust doen? Eindelijk gaat hij zitten en hij kijkt me vriendelijk aan. Wat had ik ook eigenlijk anders verwacht? Met een half oog op de tijd stel ik snel mijn eerste overduidelijk vraag, zo kort na het optreden: hoe was het?

Helaas is hij er niet zo enthousiast over als ik. Hij is moe van het vele reizen, wat begrijpelijk is, maar hoewel hij in de eerste instantie zegt dat het optreden van vanavond 'fine' was begint hij meteen over het publiek van vandaag. Ze waren moeilijk om mee te werken, maar hij weet ook wel hoe dat komt: wiet. Niet dat vies is van een jointje, maar het publiek was 'mellow' en dat is geen houding voor metal, "that's a way to enjoy loungemusic". Ik probeer hem te verzekeren dat men echt wel zin had in het concert en begin dan maar snel over het album dat ze in november 2008 hebben uitgebracht: Age of Nero.

Frost leeft weer een beetje op en vertelt dat ze het album zien als "our great work". Ieder album moet voor zijn gevoel een uitdrukking zijn van de weg die een band tot dan toe heeft afgelegd, van alles wat ze tot dan toe geleerd hebben. Het moet een weergave zijn van schrijf- en speeltalent. Met het album Age of Nero hebben ze een magisch geheel geschapen waarbij dat geheel groter is dan alle losse delen apart. Bij dit album heeft hij het gevoel dat ze voor het eerst nummers hebben met een optimale flow, wat klassiekers zouden moeten hebben. Ook komen op Age of Nero alle verschillende karakteristieken van de muziek van Satyricon aan bod, zowel de grote epische nummers zoals The Sign of the Trident en Den Siste, maar ook agressieve woedende nummers. "We have really really dark songs and we have groovy parts. Everything is put together but it all makes sense". Ze voelden zich niet beperkt tot één aspect, maar hadden het idee dat ze alles konden doen en kregen dat naadloos voor elkaar. Dit hele proces, rondom Age of Nero, heeft Frost veel plezier gebracht.



Satyr en Frost


Net als Moonspell, waar ik eerder op de dag een interview mee had, heeft ook Satyricon zijn fanbase zien veranderen in de loop der jaren. Frost ziet dit als een goed teken. Hoewel hij uiteraard het liefste zou hebben dat alle fans voor honderd procent achter alle nummers zouden staan realiseert hij zich ook dat dit niet mogelijk is. Toch is er een vaste kern van fans en merken ze ook dat ze nieuwe mensen aantrekken. Het doet hem goed dat Satyricon nog steeds levend en aanwezig is aangezien ze dat niet echt onder controle hebben, behalve door gewoon hun best te doen op muziek- en showgebied. Ook de Noorse black metal-scene ziet hij een als een levend, creatief geheel dat daardoor ook zal blijven veranderen. Alles wat stilstaat vergaat en veranderingen moeten daarom ook niet worden geschuwd. De afgelopen tijd hebben ze binnen Satyricon veel gepraat over de richting waarin ze verder willen groeien en dat houdt vooral in dat ze hun sterke punten blijven cultiveren en dat muzikaal uitdragen. Ze hebben een startpunt nodig dat goed voelt en van daaruit zal het creatieve proces vanzelf groeien. Ze zijn erg zelfbewust over hun werk en merken daardoor al snel wanneer ze op het goede pad zitten of teveel daarvan afwijken. Frost vindt dat energie in Satyricon nog nooit zo goed is geweest als nu en heeft er dus alle vertrouwen in. Een absolute richting kan hij echter niet aangeven, ze willen zich niet binden. Wel hebben ze al wat ideeën voor nieuwe projecten en ze zullen dan ook binnenkort hieraan gaan werken.

Hier neem ik het besluit toch nog even te vragen hoe hij dit zeer positieve voorgaande kan rijmen met zijn teleurstelling over vanavond. Het begin van het optreden ging erg goed, "but", zo vertrouwt hij me toe, "we had to do a couple of moves". Frost noemt Satyr een goede observant met veel mensenkennis. En volgens Satyr was het moeilijk werkzame publiek dus echt te wijden aan het rookgedrag en hoewel dat niet atypisch is voor Nederland was het vanavond erger dan ze normaal van ons gewend zijn. Frost heeft niet echt meer een favoriet land om in te spelen, vooral omdat ze nu heel onverwacht goed publiek aantreffen op plekken waar ze het niet direct verwachten. Aan bepaalde optredens in Amerika en Canada heeft hij een goed gevoel overgehouden, Italië is altijd prima en tegenwoordig is ook het publiek in Rusland en andere Oost-Europese landen erg goed. Volgens Frost komt dit vooral omdat blijkbaar in deze landen de mensen wat meer 'spirit' hebben en zich meer inleven.

We krijgen ons 'tien minuten zijn om' seintje en op de vraag of hij nog wat te zeggen heeft tegen de Nederlandse fans antwoordt hij: "the most important thing is to communicate musically, there are a lot of things we could say but we don’t write books, we play music".

Voor ik het weet sta ik weer buiten. Ik heb lang niet alles kunnen vragen wat ik wilde, deels door de verkorte interviewtijd, deels door het feit dat dit ná het concert was in plaats van ervoor waardoor ik het uiteraard ook over het optreden zelf wilde hebben. Maar een interview doen is ook meer dan vragen stellen en antwoorden krijgen. Het is een ontmoeting met iemand die normaal alleen ver weg op een podium staat. Het was boeiend. Deze man fascineert me. Misschien is het puur de ietwat mysterieuze Noorse black metal achtergrond of zijn het de lichtbruine ogen die me tien minuten lang aanstaarden. Misschien is het de make-up die ik eraf zou willen poetsen om meer Kjetil te zien en minder Frost. Het zou zijn zachte hoge stem kunnen zijn, die niet past bij de licht arrogante elitaire divahouding die hij aanneemt. Misschien is het zijn halfblote bezwete lijf of de wetenschap dat hij verdomd lekkere muziek maakt... maar een indrukwekkende belevenis was het zeker.

Website Satyricon
Festivalverslag Fortarock The Festival
Interview Moonspell