Demon's Souls

Demon’s Souls is het spel waar het allemaal mee begon. De obscure culthit uit 2009 was het begin van een nieuw genre dat daarbuiten ook talloze ontwikkelaars zou inspireren. De Souls-games zijn sinds die tijd enorm populair geworden. De oude culthit is daarom nu een grote blockbuster en de belangrijkste PlayStation 5-launchgame.

De originele Demon’s Souls werd door From Software samen met de Japanse tak van Sony ontwikkeld. Ondanks die connectie beschouwde Sony de game in het algemeen als te moeilijk en ontoegankelijk. Shuhei Yoshida, destijds president van Sony Worldwide Studios, heeft destijds na een speelsessie intern gezegd dat hij de game “ongelofelijk slecht” vond. Sony publiceerde de game daarom enkel in Japan en liet andere uitgevers het spel overnemen voor de rest van de wereld.

Sony en Yoshida zouden later spijt betuigen. Ze hadden de game natuurlijk totaal niet goed ingeschat. Het kwam goed, want From Software en Sony hebben later Bloodborne samen verzorgd. Sony is ondanks die oude fout ook nog steeds eigenaar van de Demon’s Souls IP en daarom krijgt specifiek die game een complete remake op de PlayStation 5.

De remake wordt verzorgd door Bluepoint Games. Zij waren eerder verantwoordelijk voor een paar hele goede remasters en de Shadow of the Colossus remake voor de PS4. Demon’s Souls is hun grootste project tot nu toe en het resultaat mag er zijn. De gameplay en algemene kern van de originele game is volledig behouden, maar het spel is voorzien van een volledig nieuw next-gen jasje.

Ik had in 2009, toen ik mijn Engelse versie geïmporteerd uit Hong Kong aan het spelen was, nooit durven dromen dat dit spel er zo uit zou kunnen zien. De ooit grijzige game spat nu van je scherm met geweldige beeldkwaliteit. Bluepoint heeft Demon’s Souls geïnjecteerd met kleur zonder dat het ten koste gaat van de sombere sfeer. De verschillende gebieden in Boletaria krijgen met deze graphics een tweede leven. Met name de HDR-implementatie is indrukwekkend en geeft de omgevingen heel wat extra dimensie. Je kunt overigens ook in deze game kiezen tussen ‘fidelity’ of ‘performance’ modi. Fidelity is echt 4K en heeft iets meer effecten. Het is alleen wel ook 30fps. Performance mode biedt 60fps en is daardoor verreweg de beste keuze.

Voordat ik ging spelen vroeg ik me af hoe relevant Demon’s Souls nog zou zijn na al die sequels. Het spel is qua gameplay in grote lijnen hetzelfde als Dark Souls, maar er zijn een paar essentiële verschillen. Je maakt zoals gebruikelijk je eigen personage en kiest een klasse. Vervolgens kom je in een wrede wereld terecht waar je vrij gemakkelijk dood kunt gaan. Als dat gebeurt komen alle vijanden weer terug tot leven en krijg je eenmaal de kans om naar je verloren souls terug te lopen. Dit is bekende kost voor fans natuurlijk. Toch wijkt het ook op een paar belangrijke aspecten af.

Demon’s Souls maakt bijvoorbeeld gebruik van een hele andere structuur voor de manier waarop het de levels toedient. De nieuwere From Software-games presenteren een aaneengesloten wereld die je beetje bij beetje verkent. Demon’s Souls daarentegen bestaat uit vijf verschillende gebieden die je via de Nexus, een overkoepelend thuisgebied, kunt selecteren. Je moet beginnen met het eerste level in de Boletarian Palace, maar daarna ben je vrij om progressie te maken op willekeurige volgorde. Het is daarbij handig om als je bij een van de gebieden vast zit om even bij een ander gebied te kijken of je daar misschien iets kunt vinden dat je verder op weg kan brengen. Het is dus niet een naadloos geheel zoals in Dark Souls, maar de aanpak van Demon’s Souls heeft zijn eigen voordelen. Elk gebied heeft een eigen sterke identiteit en het feit dat ze niet met elkaar verbonden zijn zorgt ervoor dat er minder beperkingen hoeven te zijn wat betreft de level design en layouts.

Demon’s Souls bevat verder unieke bazen en gameplaymechanieken. Veel van de bazen in deze game zijn niet simpelweg hele sterke vijanden. Ze hebben in plaats daarvan een gimmick die je moet doorzien om ze te verslaan.  De gevechten krijgen daarmee een klein puzzelelement dat bij latere games een stuk zeldzamer is. De bazen zijn daarom nog altijd relevant en leuk om uit te vogelen. Demon’s Souls heeft daarnaast allerlei coole ideeën. Wat te denken van de eindbaas die door een andere speler overgenomen kan worden? De game is in zekere zin nog steeds radicaal en revolutionair.

Demon’s Souls heeft ook cryptische mechanieken zoals ‘World Tendency’ en ‘Character Tendency’. Als je dood gaat, bazen verslaat of bepaalde vijanden en NPCs vermoordt heeft dat effect op zowel de wereld als je personage. Het spel legt zoals gewoonlijk zo goed als niets uit en zelfs veteranen vinden het soms lastig om deze systemen helemaal te begrijpen. Je hebt wellicht een internetgids nodig om deze aspecten goed te snappen, maar dit soort raadselachtige elementen dragen bij aan wat de serie zo leuk maakt.

Ik ben na al die games inmiddels een ervaren rot in het genre, maar toch was Demon’s Souls geen makkie. Meer recente games zijn vrij gul met bonfires en checkpoints. In Demon’s Souls heb je ook af en toe shortcuts die de route naar de baas sneller maken, maar vaak moet je gewoon het hele level in één keer doen. Je hebt ook geen Estus Flasks en moet beperkte heal items gebruiken, waardoor je daar meer conservatief mee bent.

Dat wil niet zeggen dat je het jezelf niet makkelijker kunt maken. Je kunt met een magie-klasse beginnen en zoals altijd andere mensen via online oproepen om je met een level of baas te helpen. Heal items grinden kan ook, maar Bluepoint heeft het gewicht van heal items gewijzigd zodat je niet ongelofelijk veel in een keer kan dragen. Dat is overigens een van de weinige veranderingen die Bluepoint heeft aangebracht.

Een belangrijkere wijziging is het feit dat je nu elke richting op kunt rollen. Op de PS3-versie kon dat alleen in vier richtingen, iets dat tegenwoordig vrij janky aanvoelt. Bluepoint heeft verder een paar nieuwe ringen toegevoegd en de manier waarop de zeldzame hagedissen werken meer vergevingsgezind gemaakt. Het zijn kleine dingetjes, maar samen met het feit dat het spel nu dus 60fps is en de razendsnelle laadtijden maakt de PS5-versie het een stuk fijner om te spelen. Nieuwe content is er niet, maar dat is in dit geval niet erg.

Demon’s Souls op de PlayStation 5 maakt dus over het algemeen de originele versie overbodig. Er is enkel één aspect waar discussie over mogelijk is: de muziek. Voor de remake maakt Bluepoint gebruik van een groot orkest en het resultaat is een epische soundtrack. Toch voelt de muziek ook soms te bombastisch en film-achtig. De originele soundtrack is meer esoterisch en in sommige delen meer intiem. Ik vind ze zelf ongeveer even goed, maar het is dus nog steeds de moeite waard om af en toe naar de originele muziek te luisteren.

Conclusie:
De cirkel is rond voor Demon’s Souls. Het ooit afgewezen project wordt nu gebombardeerd tot killer app voor de PlayStation 5. Bluepoint Games heeft daarbij uitstekend werk verricht en een zo goed als perfecte remake afgeleverd. Echter, één aspect is nooit veranderd: het feit dat dit een top spel is. Dat was in 2009 al het geval en in 2020 geldt dat nog steeds.

Exclusief voor PS5.